2-178

2-178

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 31 JANVIER 2002 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de M. Vincent Van Quickenborne à la vice-première ministre et ministre de l'Emploi, au ministre des Finances et au ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations publiques, chargé des Classes moyennes, sur «la mise à la disposition de certaines catégories de la population d'ordinateurs personnels» (nº 2-854)

De heer Vincent Van Quickenborne (VU-ID). - Ik las gisteren in de veel gelezen Vlaamse krant Het Laatste Nieuws dat de minister van Werkgelegenheid grootse plannen koestert om aan bepaalde categorieën van de bevolking computers aan te bieden met de nodige software en een voordelige internetaansluiting. Een gelijkaardig bericht vond ik ook in een uitgave van La Dernière Heure van begin januari.

Volgens de krant het Laatste Nieuws is er sprake van een budget van 60 miljoen euro, gespreid over meerdere jaren, en van ongeveer 200.000 pc's.

De medewerkers van de minister zouden reeds verregaande contacten hebben gehad met bepaalde ondernemingen, namelijk Microsoft, Compaq en Belgacom. In lezersbrieven van Het Laatste Nieuws wordt terecht de vraag gesteld of het wel verstandig is computers te geven aan mensen, die niet eens een opleiding hebben genoten. Ware het niet beter hen eerst een opleiding te geven en pas daarna een personal computer?

Intussen wordt in de prioriteitennota van de regering gezegd dat de fiscus de aankoop van informatica door werknemers niet langer als een voordeel van alle aard zal beschouwen. Dat is een goede zaak, die ikzelf samen met senator Destexhe ook al via het indienen van een wetsvoorstel heb bepleit. Zullen in het voorstel van de minister ook particuliere niet-werknemers, zoals gepensioneerden en andere mensen zonder een job een fiscaal voordeel kunnen krijgen bij de aanschaf van informaticamateriaal?

Kan de minister bevestigen dat dit project in de stellingen staat? Zo ja, kan zij dit wat meer toelichten? Welke categorieën van de bevolking komen ervoor in aanmerking? Kan de minister aangeven waar zij de 60 miljoen euro zal halen om dit project te financieren?

Klopt het dat de minister contact heeft gehad met de drie genoemde bedrijven? Is dit niet in strijd met de regels van openbare aanbesteding? Vindt ze niet dat ze daarvoor naar de Europese markt had moeten gaan, daar een openbare aanbesteding bekendmaken en elk bedrijf in Europa de kans bieden om zich aan te bieden?

Kan ze beschrijven wat de budgettaire impact is van de maatregel die werd opgenomen in de prioriteitennota van de regering waarbij het aanschaffen van informatica niet langer als een voordeel van alle aard wordt beschouwd?

Hoe denken de verschillende ministers de particuliere niet-werknemer mee te laten genieten van de informatietechnologie? Ik denk bijvoorbeeld aan een fiscale aftrek.

Mevrouw Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid. - In de algemene beleidsverklaring van oktober 2000 heeft de eerste minister aangestipt dat de regering had beslist een fonds op te richten met als doel de digitale kloof tussen de verschillende bevolkingslagen, die vandaag de dag breder wordt, te verkleinen. Er werd beslist dat dit fonds zou worden gefinancierd met de opbrengst van het overlaten van de staatsparticipatie in Shangai-Bell.

Teneinde de problemen voor de bevolking en de werkhypothese te onderzoeken, werden er inderdaad contacten gelegd met deskundigen van de maatschappijen Intel, AMD, IBM, Packard Bell, Compaq, vertegenwoordigers van de wereld van de computerprogramma's Open Source, Linux en Microsoft en met de firma's Dell, Bull, ABX, Belgacom, enzovoort, met de bedoeling de haalbaarheid na te gaan en de kosten ervan te kunnen schatten.

Sedertdien, en met het akkoord van minister Daems, heb ik een beroep gedaan op deskundigen die het dossier technisch moeten voorbereiden en onder meer de aanbesteding bij inschrijving moeten opstellen en de volledige naleving moeten verzekeren van alle regels die de aanbestedingen bij inschrijving regelen. Na afloop van de procedure zal een groep van deskundigen de verschillende projecten onderzoeken en een verslag opstellen.

Tot wie is deze actie gericht? Het is de wens van de regering om de technologische breuk te verkleinen. Een aantal gezinnen zijn uitgesloten uit de markt van de nieuwe technologieën. Het gaat om de gezinnen met een laag of zeer laag inkomen. In samenwerking met mijn collega Vande Lanotte stellen wij momenteel het profiel op van de gezinnen die deze voorziening zullen kunnen krijgen. Het zal vanzelfsprekend gaan om: gezinnen die een leefloon ontvangen, maar met nauwe begeleiding van de OCMW's; gezinnen van werkzoekenden die zich in een omscholingsfase bevinden; gezinnen met een laag inkomen met kinderen; mindervaliden en ten slotte jongeren die beslissen hun eigen werkgelegenheid te scheppen en zelfstandige te worden.

Een project van een dergelijke omvang kan niet worden opgezet zonder de actieve medewerking van de gewesten en de gemeenschappen. Het zijn inderdaad zij die de toegang van de gezinnen tot de voorziening zullen verzekeren door het afleveren van een attest dat de minimumbekwaamheid erkent die vereist is voor het gebruik van de uitrustingen die worden voorgesteld aan de kandidaten of aan een gezinslid.

De gezinnen die momenteel zijn uitgesloten uit de wereld van de moderne technologieën wil ik de mogelijkheid geven toegang te krijgen tot het internet - eveneens met het vooruitzicht op e-government - om zichzelf op te leiden en inlichtingen in te winnen, spellen te spelen - het spel betekent een ware opening voor kinderen maar ook voor volwassenen - en zich te kunnen profileren bij de aanpak van telewerk.

Het is ook de bedoeling de gezinnen te responsabiliseren vermits een financiële bijdrage zal worden gevraagd. Die zal in verhouding zijn met het gezinsinkomen.

In de aanbesteding bij inschrijving zal worden gestipuleerd dat de voorgestelde oplossingen in overeenstemming zijn met de standaarden die door bedrijven en universiteiten worden gehanteerd.

Wat het begrotingsaspect betreft, moet dit project niet worden verward met het project dat werd ingediend door minister Reynders, dat zich enkel richt tot de bedrijven en hun werknemers.

De heer Vincent Van Quickenborne (VU-ID). - Ik dank de minister van harte voor haar antwoorden, maar twee van mijn vragen blijven onbeantwoord.

Ten eerste, klopt het dat het om 200.000 computers gaat of zit ik er volledig naast?

Ten tweede, de regering wil iets doen voor de sociaal zwakkeren en voor de werknemers, maar wat doet zij voor wie noch sociaal zwak, noch werknemer is? Er bestaan gelukkig nog altijd zelfstandigen in ons land want zij doen onze economie draaien. Wat doet de regering voor hen? Kunnen zij de aankoop van een computer van hun belastbaar inkomen aftrekken? Of vallen zij buiten de prijzen?

Mevrouw Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid. - De problematiek van de zelfstandigen behoort tot de bevoegdheid van collega Daems.

De heer Vincent Van Quickenborne (VU-ID). - Mijnheer de voorzitter, ik had mijn vraag gericht tot de drie bevoegde ministers. Het was natuurlijk de bedoeling om van elk van hen een antwoord te krijgen.

Op mijn vraag over de zelfstandigen kreeg ik nog steeds geen antwoord. Verder zou ik toch nog willen vernemen of het cijfer van 200.000 juist is.

Mme Laurette Onkelinx, vice-première ministre et ministre de l'Emploi. - Le gouvernement a un plan global pour permettre l'accès aux nouvelles technologies. Ce plan complexe requiert un investissement global. En ce qui me concerne, j'ai agi dans le cadre de mes compétences en matière d'égalité des chances, de commun accord avec mes collègues Vande Lanotte et Daems. Le ministre Reynders a étudié les aspects fiscaux susceptibles d'influencer l'acquisition d'ordinateurs par les travailleurs. Le ministre Daems, qui a aussi examiné la question sous l'angle du service universel, présente de son côté une série de propositions. Je précise, au nom de l'ensemble de mes collègues, que cette problématique fait partie des priorités du gouvernement, ainsi que le premier ministre l'a d'ailleurs rappelé à l'occasion de son discours d'octobre 2000. Donc, toutes les compétences du gouvernement sont mobilisées pour réduire la fracture numérique de façon à ce que les nouvelles technologies représentent des gisements d'emploi au profit du plus grand nombre.

La question posée par M. Van Quickenborne avait essentiellement trait au projet « ordinateurs » pour les familles à revenus modestes ou correspondant à des profils particuliers relevant de la politique d'égalité des chances, mais je suis disposée à faire le point sur l'ensemble des projets du gouvernement en matière de réduction de la fracture numérique à l'occasion d'une prochaine demande d'explications.