2-125/3

2-125/3

Belgische Senaat

ZITTING 2001-2002

6 NOVEMBER 2001


Wetsvoorstel betreffende de overdracht van apotheken


VERSLAG

NAMENS DE COMMISSIE VOOR DE SOCIALE AANGELEGENHEDEN UITGEBRACHT DOOR DE HEER D'HOOGHE


De commissie heeft dit wetsvoorstel besproken tijdens haar vergaderingen van 17 oktober en 6 november 2001.

I. TOELICHTING DOOR DE INDIENER

Bij de overdracht van een apotheek wordt de waardering van de zaak onderworpen aan een aantal objectieve criteria, ingesteld door het koninklijk besluit van 13 april 1977. Momenteel moet worden vastgesteld dat de oorspronkelijke bedoeling van dit koninklijk besluit, namelijk remediëren aan de overwaardering van apotheken, omzeild wordt, wanneer de verkoop van de apotheek als handelszaak gepaard gaat met de verkoop van het vastgoed waarin de apotheek gevestigd is. Immers, vaak blijkt dat vooral over de waarde van het gebouw onderhandeld wordt en dat dit aan uitzonderlijk hoge prijs wordt verkocht. Dergelijke praktijk maakt het jonge apothekers quasi onmogelijk om op een normale manier een eigen apotheek te verwerven. Zij worden daarom steeds vaker overgenomen door groepen of anders door zelfstandige apothekers die een overdreven schuldenlast moeten torsen. Geen van beide situaties komt het beleid gericht tegen de overconsumptie van geneesmiddelen ten goede.

Gegeven de oorspronkelijk bedoeling van het koninklijk besluit van 13 april 1977 wil de indiener bij een overwaardering van meer dan 40 % van het bijhorende vastgoed deze overwaardering aftrekken van de waarde van de apotheek.

De indiener wijst erop dat de enige doelstelling van het wetsvoorstel eruit bestaat om te remediëren aan de omzeiling van het koninklijk besluit van 13 april 1977 via een overwaardering van het vastgoed. Het wetsvoorstel heeft dus geen betrekking op de verwerver van het vastgoed en noch op het antwoord op de vraag wie een apotheek kan bezitten. Dat vormt een ander debat dat via een andere tekst moet geregeld worden, bijvoorbeeld door het voorstel houdende wijziging van de bepalingen betreffende de opening, de overdracht en de fusie van apotheken (stuk Senaat, nr. 1-35) dat reeds ingediend werd gedurende de voorbije regeringsperiode.

II. ALGEMENE BESPREKING

De minister steunt initiatieven in de richting van de koppeling van één apotheker-titularis aan één bepaalde apotheek.

Immers, in het kader van de toekomstige gezondheidszorg, waar diverse partners samenwerken in een zorgregio en samen de eerstelijnszorg op zich nemen, bestaat de bekommernis naar een apotheker-titularis die ook verantwoordelijkheid kan dragen. Daarom ondersteunt de minister niet de groepering van verschillende apotheken in één bepaald concern. Er kan dan immers een vervreemding ontstaan tussen de belangrijke opdracht die de apotheker heeft in het kader van de volksgezondheid en de mogelijke commerciële belangen in de schoot van een keten.

Alle leden onderschrijven dit voorstel. Bovendien merken verschillende leden op dat zij eveneens de doelstelling steunen om zoveel mogelijk apothekers ook titularis te laten zijn van hun apotheek.

Eén lid merkt daarbij op dat in de steden ook vastgoed, waarin een apotheek is gevestigd en met een uitstekende commerciële ligging, wordt aangekocht om er een andere commerciële activiteit in te vestigen. Aangezien een apotheek wettelijk aan een bepaald adres wordt gekoppeld, veroorzaakt deze koppeling problemen. Het immobiliënprobleem is met de stemming van dit voorstel dus niet volledig opgelost.

III. ARTIKELSGEWIJZE BESPREKING

De indiener van het wetsvoorstel treedt de opmerking van een lid bij dat een overwaardering van een apotheek ook via een overdreven huurprijs kan plaatsvinden. Hij dient daarom amendement nr. 1 in dat ertoe strekt dit te verhinderen.

IV. STEMMINGEN

Artikel 1 wordt eenparig aangenomen door de 11 aanwezige leden.

Het amendement nr. 1 en het aldus geamendeerde artikel 2 worden eenparig aangenomen door de 11 aanwezige leden.

V. EINDSTEMMING

Het geamendeerde wetsvoorstel in zijn geheel wordt eenparig aangenomen door de 11 aanwezige leden.

Dit verslag is goedgekeurd door de 8 aanwezige leden.

De rapporteur, De voorzitter,
Jacques D'HOOGHE. Theo KELCHTERMANS.

TEKSTVERBETERING

Aangezien het huidige artikel 3 van het koninklijk besluit van 13 april 1977, tot vaststelling van de regels die toelaten de waarde van de overdracht der apotheken vast te stellen en toezicht uit te oefenen op deze overdracht, verwijst naar de deskundigen bedoeld in artikel 1, aanvaardt de commissie dat ook het artikel 2bis naar dit artikel 1 verwijst.