2-157

2-157

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 8 NOVEMBER 2001 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Wetsontwerp ter vergemakkelijking van de uitoefening van het beroep van advocaat en van de vestiging in België van advocaten die onderdaan zijn van een andere lidstaat van de Europese Unie (Stuk 2-836)

Algemene bespreking

Mme Clotilde Nyssens (PSC), rapporteuse. - L'examen de ce projet de loi en commission de la Justice fut extrêmement rapide. Le ministre nous a brièvement exposé la directive européenne que nous devions transposer en droit belge pour faciliter l'exercice de la profession d'avocat dans un État membre, tant dans le nôtre que dans les autres.

La directive vise à permettre à un avocat établi et inscrit au tableau dans son pays d'origine depuis au moins trois ans, de circuler librement et de s'installer dans un autre État membre, tout en gardant sa dénomination. La condition est de faire preuve d'une expérience professionnelle tant en droit communautaire qu'en droit belge. Désormais, il ne sera plus nécessaire de présenter d'examens prouvant ses capacités ou ses qualités professionnelles.

Ce projet de loi qui a uniquement pour but de transposer une directive n'a pas donné lieu à moult discussions en commission de la Justice.

Les quelques remarques émises ont été les suivantes :

Nous avons demandé au ministre si les milieux concernés avaient été consultés, essentiellement les avocats et les nouvelles structures des avocats, c'est-à-dire l'ordre des barreaux francophone et germanophone et l'ordre néerlandophone. La réponse a été affirmative.

La deuxième question a porté sur les examens éventuels que ces avocats devraient présenter. Le ministre nous a répondu que ces avocats, après une pratique de trois ans en Belgique dans le secteur du droit communautaire et en matière de droit belge ne devraient plus présenter d'examen, à l'inverse d'avocats ou de stagiaires originaires d'autres pays qui n'auraient pas encore obtenu le titre d'avocat dans leur pays d'origine.

Troisième question débattue : la directive permet dans les États membres, à certains avocats, de s'associer avec d'autres professions et d'autres disciplines. Le texte de transposition belge ne le permet pas. En effet, en droit belge, selon le Code judiciaire, notre législation et surtout les déontologies professionnelles, il n'est pas permis actuellement aux avocats de s'associer avec d'autres disciplines. Nous ne tirerons donc pas profit de la directive sur ce point.

Enfin, quelques remarques ont été faites quant au texte, à propos de la déontologie. Vous savez tous que transposer un texte de droit européen dans notre droit national pose parfois problème en ce qui concerne la terminologie, puisque les mots employés par la directive ne correspondent pas toujours aux mots employés par le droit national. Cependant, c'est avec satisfaction et à l'unanimité que la commission de la Justice du Sénat a approuvé la transposition de cette directive puisqu'elle permet dorénavant aux avocats, non seulement de prester librement des services d'un État à un autre, mais de s'établir tout en gardant leur titre d'origine et de ne plus présenter des examens.

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CD&V). - Het spreekt voor zich dat de CD&V-fractie het voorliggend wetsontwerp met betrekking tot de noodzakelijke omzetting van de Europese richtlijn in principe goedkeurt. Uiteindelijk vormt dit de laatste fase in het realiseren van het vrij verkeer van advocaten in de Europese Unie.

Niettemin hebben we in de commissie tegen artikel 18 gestemd, omdat we niet akkoord gaan met de regeling over de multidisciplinaire vennootschap. Kunnen er zogenaamde multidisciplinaire vennootschappen, met bijvoorbeeld advocaten, accountants en revisoren, worden opgericht? Het wetsontwerp laat dit over aan de respectieve orde van advocaten.

Nochtans besliste de raad van afgevaardigden van de Vereniging van Vlaamse Balies op 13 december 2000 met grote meerderheid dat elke structurele samenwerking tussen advocaten, accountants en bedrijfsrevisoren verboden moet zijn, waarbij structurele samenwerking staat voor duurzame en geïnstitutionaliseerde samenwerking in de zin van het Nationaal Reglement "Recht het beroep uit te oefenen in samenwerking met andere advocaten" van 8 maart 1990.

De Vereniging is van oordeel dat een wettelijk initiatief noodzakelijk is om de principes van onafhankelijkheid en partijgebondenheid met respect voor het beroepsgeheim, algemeen erkend als grondbeginselen van de advocatuur, te bevestigen en te sanctioneren.

Een dergelijk wettelijk verbod op de multidisciplinaire vennootschappen werd niet opgenomen in het ontwerp. Dit kan aanleiding geven tot belangenconflicten en een andere invulling van de normering, afhankelijk van de reglementen van de Franstalige of Nederlandstalige orden.

De CD&V-fractie is het eens met de visie van de Vlaamse advocatuur en is dan ook tegen artikel 18 van dit ontwerp.

Tot slot heb ik nog een specifieke vraag aan de minister die niet in de commissie werd gesteld, maar toch enige verduidelijking behoeft.

Artikel 430 van het Gerechtelijk Wetboek zal luiden: "In de hoofdplaats van ieder gerechtelijk arrondissement wordt uiterlijk op 1 december van elk jaar een tableau opgemaakt van de Orde van Advocaten, een lijst van de advocaten die hun beroep uitoefenen onder de beroepstitel van een andere lidstaat van de Europese Unie en een lijst van stagiairs, die hun kantoor in het arrondissement hebben."

Deze definitie kan een probleem opleveren voor Belgische advocaten die zich in een andere EU-lidstaat willen vestigen. Ingevolge de Europese richtlijn is een advocaat die zich in het buitenland wil vestigen, immers verplicht zijn inschrijving te behouden in het land van herkomst. Als men deze verplichting combineert met het voorgestelde artikel 430 van het Gerechtelijk Wetboek, betekent dit dat een Belgisch advocaat verplicht is naast zijn vestiging in het buitenland kantoor te blijven houden in België.

Deze vereiste van het kantoor werd overgenomen uit de vorige versie van artikel 430, maar kan nu worden beschouwd als een inbreuk op het recht van vrije vestiging. Het is moeilijk in te zien wat het nut is van deze kantoorvereiste, aangezien de advocaat zich in het buitenland heeft gevestigd om daar zijn beroep uit te oefenen.

Hoe kan dit probleem worden opgelost? Is het niet wenselijk een bepaling toe te voegen aan artikel 430 van het Gerechtelijk Wetboek, dat stelt dat advocaten, ingeschreven op een lijst van hun orde maar die zich vestigen in het buitenland, ingeschreven blijven maar niet langer hun kantoor in België dienen te behouden?

Gelet op het principieel belang van dit ontwerp, zal de CD&V-fractie niet tegenstemmen, maar zich onthouden, vooral omdat het verbod op multidisciplinaire vennootschappen ontbreekt.

De heer Marc Verwilghen, minister van Justitie. - Het is goed dat mevrouw De Schamphelaere even heeft verwezen naar artikel 4, want we moeten toch de exacte draagwijdte van dit artikel voor ogen houden. Ik wil meteen elk misverstand uit de weg ruimen. Artikel 4 bepaalt dat in de gerechtelijke arrondissementen in België lijsten moeten worden opgemaakt van alle personen die binnen dat gerechtelijk arrondissement het beroep van advocaat uitoefenen. Dat betekent dat deze lijst behalve de advocaten en stagiairs-advocaten die ook vandaag al op de lijst staan, ook de advocaten bevat die hun diploma in het buitenland hebben behaald, maar hun beroep in België uitoefenen. Dat is de echte draagwijdte van de wijziging van artikel 430.1. Volledigheidshalve voeg ik eraantoe dat in andere landen de richtlijn op een gelijkaardige wijze zal worden geïmplementeerd, zodat een Belgisch advocaat die zijn beroep uitoefent in het buitenland zijn kantoor zal moeten houden in het gerechtelijk arrondissement waar hij werkt, wat niet betekent dat hij zijn oorspronkelijk kantoor in België moet behouden. Zoals de tekst nu is en met deze uitleg, zie ik geen problemen.

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CD&V). - Ik dank de minister voor deze toelichting, die wel noodzakelijk is voor de juiste interpretatie van artikel 430 van het Gerechtelijk Wetboek.

-De algemene bespreking is gesloten.