2-114

2-114

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 17 MAI 2001 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Demande d'explications de Mme Mia De Schamphelaere au ministre des Finances sur «le projet de communication de masse et d'autres projets que le gouvernement nourrit dans la perspective de l'introduction de l'euro en tant que moyen de paiement» (n° 2-459)

M. le président. - M. Antoine Duquesne, ministre de l'Intérieur, répondra au nom de M. Didier Reynders, ministre des Finances.

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CVP). - Mijn vraag om uitleg is gericht aan de minister van Financiën, maar zijn kabinet laat me weten dat de minister mij pas op 31 mei een antwoord kan verschaffen. Gezien het dringend karakter van mijn vraag, heb ik besloten daar niet op te wachten en ze nu te stellen.

Vanaf 1 januari 2002 betalen we in ons land met de euromunt. Begin maart 2002 wordt de euro het enige geldige betaalmiddel, net als in de andere landen van de eurozone. In tegenstelling tot de andere landen is in België de campagne via tv, radio, dag- of weekbladen ter voorbereiding van de overschakeling nog niet op gang gekomen. Verschillende sociale organisaties, beroepsgroepen en banken hebben reeds de alarmbel geluid.

In de ons omringende landen heeft de overheid wel reeds massale communicatie opgestart. In Nederland bijvoorbeeld lopen reeds weken dagelijkse tv- en radiospots en is er aangepast materiaal in gebarentaal en braille. De spots en brochures zijn er beschikbaar op het internet. Er zijn speciale toolkits voor de media met bijhorende elektronische magazines die al massaal verspreid worden. Voor de bedrijven en de lagere overheden zijn er aangepaste campagnes aan de gang met, onder andere, controlelijsten, trainingen in het gebruik en gerichte ondersteuning voor afzonderlijke beroepsgroepen uit de detailhandel. De overheid zal er zelf massaal eurokits met de acht euromunten gratis ter beschikking stellen in banken, postkantoren, benzinestations en bepaalde distributiezaken, die nu reeds zijn aangewezen. Banken en postkantoren zullen op 31 december en op 1 januari open zijn om voldoende beschikbaarheid van de euro te garanderen. Alle projecten in Nederland zijn goedgekeurd en worden nu al concreet uitgewerkt en opgestart.

De Belgische regering heeft nog steeds geen uitgewerkt, concreet en voldoende gefinancierd scenario voor de massacommunicatie in de tweede helft van 2001, laat staan dat ze de bevolking via tv- en radiospots massaal inlicht over de omschakeling naar de euro. Enkel de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten heeft op het ogenblik een massacampagne lopen, ook al is ze daarvoor helemaal niet bevoegd.

Nochtans is het zogenaamde zesde masterplan 2001 goedgekeurd, dat zal aangeven welke communicatieprojecten de overschakeling op de chartale euro verder zullen begeleiden. Op enkele maanden van de effectieve introductie van de euro als betaalmiddel weet de regering nog steeds niet welke projecten zeker worden uitgevoerd en welke niet. Ook over de nodige budgetten bestaat onzekerheid.

Zwakkeren in de samenleving dreigen het slachtoffer te worden van de laattijdige en dus gebrekkige massacommunicatie van de overheid. Het is niet ondenkbaar dat het gebrek aan goede informatie misbruiken in de hand zal werken. Malafiden zullen er niet voor terugschrikken onzekerheden bij bepaalde bevolkingsgroepen uit te buiten. Het beste wapen hiertegen is informatie via massacommunicatie en aandacht voor alle doelgroepen.

Bovendien is de gebrekkige massacommunicatie nefast voor het vertrouwen van de bevolking en de ondernemers, en bijgevolg ook nefast voor de economie. Daarnaast zal een manke overschakeling naar de euro de positie van de euro op de wisselmarkten geen goed doen. De regering draagt hier een enorme verantwoordelijkheid, maar lijkt dat niet te beseffen.

Een aantal vragen verdienen een dringend antwoord van de minister. Waarom heeft de regering de massacommunicatie rond de overschakeling naar de euro nog niet volledig uitgewerkt en ingezet, terwijl dit in buurlanden wel al het geval is en we ons op enkele maanden van de overschakeling bevinden? Waarom is het zesde masterplan 2001 nog niet van start gegaan? Welke financiering is er voor dit plan en hoeveel zal de federale overheid moeten bijpassen? Zijn deze budgetten al ingeschreven?

Vindt de regering dat de Eurolijn voldoende bekend is bij de bevolking? Hoe lang zal de regering nog wachten om de bevolking massaal te informeren? Welke bijkomende concrete projecten zullen worden opgezet en wanneer gaan ze van start? Wat gaat de regering terzake doen voor de kansarmen en voor de ouderen? Bestaat er vanuit de overheid een campagne voor de ondernemers en specifiek voor de detailhandel?

Komen er bijzondere maatregelen om misbruiken te bestraffen of denkt dat de regering dat de bestaande instrumenten volstaan? Zijn er in België speciale pakketen voor blinden in braille, of geluidsinformatie, of materiaal in gebarentaal? Heeft de regering reeds projecten ontwikkeld gericht op jongeren, desgevallend in samenspraak met de deelstaten? Zal de Belgische regering erop aansturen dat banken en postkantoren op 31 december 2001 en 1 januari 2002 geopend zullen zijn?

De heer Antoine Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken. - De minister van Financiën verzocht mij volgend antwoord mee te delen. De massacommunicatie over de euro verloopt via verschillende kanalen. In de eerste plaats behoort dit tot het domein van de Europese Commissie en de Europese Centrale Bank. De Nationale Bank helpt deze laatste om de informatie op nationaal niveau via het commissariaat generaal voor de euro in België te verspreiden. Daarenboven is dit punt regelmatig aan de orde in de Eurogroep, die samengesteld is uit de ministers van Financiën van de eurozone.

De communcatie met betrekking tot de invoering van de euro is een van de prioriteiten van de Eurogroep. Aldus werd op 9 mei, in samenwerking met de gemeenschappen, een campagne in de scholen opgestart. Later zullen ter gelegenheid van de informele Ecofin van Luik in september, van de Top van Laken op 14 en 15 december en op 31 december specifieke campagnes worden gelanceerd.

Op nationaal vlak wordt ook informatie verstrekt door de minister van Economische Zaken en door de Federale Voorlichtingsdienst (FVD), die afhangt van de Diensten van de eerste minister. De Federale Voorlichtingsdienst beheert overigens de werkgroep Com-Euro-Com, opgericht in het kader van het commissariaat-generaal voor de euro. De minister van Financiën verzoekt het geachte lid derhalve om haar precieze vragen tot deze ministers te richten.

De minister van Economische Zaken houdt specifieke maatregelen in beraad tegen misbruiken bij de invoering van de euro. De loketten van de banken en De Post zullen open zijn op 31 december 2001 en gesloten zijn op 1 januari 2002. Het Belgische scenario voor de overschakeling op de chartale euro bepaalt dat de bevolking vanaf 1 januari biljetten uit de geldautomaten kan halen en dat vanaf 2 januari muntstukken en biljetten kan verkrijgen aan de loketten van deze instellingen. Niettemin kan de bevolking vanaf 15 december 2001 euro-minikits ter waarde van 500 Belgische frank of 12,4 euro verkrijgen. Die mogen echter pas worden gebruikt vanaf 1 januari 2002.

Mevrouw Mia De Schamphelaere (CVP). - Het antwoord verwijst naar de communicatiediensten van de eerste minister en naar de minister van Economische Zaken.

Ik ben echter ten zeerste bezorgd. In vergelijking met de andere landen komt de campagne in België zeer traag op gang. Volgens mijn informatie had de vorige minister van Financiën reeds drie jaar geleden een budget van 200 miljoen per jaar voorzien en een campagne voorbereid. Nu zouden er meningsverschillen bestaan tussen de communicatieadviseur van de eerste minister, de heer Noël Slangen, en de directeur van de Federale Voorlichtingsdienst over de inhoud van deze campagne.

Dat is bijna perfide. Waarschijnlijk zijn hiermee promotiebelangen van de eerste minister gemoeid. Het gaat nochtans om de sociale doelstelling om breed te informeren. We moeten vooral vermijden dat de zwakke groepen in de samenleving geen slachtoffer worden van een verkeerde inschatting van de waarde van het geld of van misbruiken. Ik zal hierover zeker nog een vraag stellen aan de eerste minister. Het antwoord van de minister van Financiën is allesbehalve voldoende.

-L'incident est clos.