Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat

ZITTING 1996-1997


Bulletin 1-46

27 MEI 1997

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands ­ (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

Vraag nr. 218 van de heer Verreycken d.d. 4 april 1997 (N.) :
Gemeenteraadscommissies.

In het boek Praktisch Handboek voor Gemeenterecht waaraan u uw wetenschappelijke medewerking verleende, wordt op bladzijde 183 gestipuleerd over de gemeenteraadscommissies : « zo kan de gemeenteraad vaste commissies, bijvoorbeeld een commissie voor financiėn of ad hoc-commissies om bepaalde beleidsdossiers voor te bereiden instellen. Het is de bevoegdheid van de gemeenteraad om in zijn reglement van orde de samenstelling en werking van deze commissies te bepalen. Vermeld artikel 120, § 1 (van de nieuwe gemeentewet), verplicht de gemeenteraad wel de commissies evenredig uit de verschillende politieke fracties, vertegenwoordigd in de raad, samen te stellen ».

Op 25 maart 1997 werd door de gemeenteraad van Antwerpen een subcommissie opgericht ter voorbereiding van de wijze waarop de gelden van het Sociaal Impulsfonds zullen worden verdeeld. In de reglementsaanvulling van zelfde datum wordt ook de naam « Sociaal Impulsfonds » gebruikt om de taak van de bewuste commissie te omschrijven.

De omschrijving subcommissie is in het praktisch handboek niet terug te vinden en gezien de specifieke taaktoewijzing betreft het hier dus ontegensprekelijk een ad hoc-commissie, zoals bedoeld in de geciteerde paragraaf uit het handboek. Toch werd voor de samenstelling van deze commissie niet de evenredigheid als samenstellingssleutel weerhouden. Mijns inziens is dit dus strijdig met de gemeentewet en moet door de gemeenteraad dit huiswerk worden overgedaan.


Antwoord : Luidens artikel 120, § 1, van de nieuwe gemeentewet, zoals vervangen door de wet van 11 juli 1994, kan de gemeenteraad in zijn midden commissies oprichten, die als taak hebben de besprekingen in de gemeenteraadszittingen voor te bereiden en waarvan de mandaten evenredig worden verdeeld over de fracties, waaruit de gemeenteraad is samengesteld. Het reglement van orde van de gemeente dat, ingevolge artikel 91 van dezelfde wet, verplicht is, dient de nadere regels voor de samenstelling van deze commissies te bepalen.

Uit deze bepalingen volgt dat de bedoelde commissies enkel uit gemeenteraadsleden kunnen samengesteld zijn, die desgevallend deskundigen of belanghebbenden kunnen horen.

Uit wat voorafgaat blijkt bovendien, bij analogie en opdat het voormeld artikel 120 niet zou worden ontdoken, dat de bedoelde subcommissie, waarvan het geacht lid gewag maakt, volgens het evenredige stelsel moet worden samengesteld.

De beslissing waarbij de gemeenteraad een subcommissie opricht valt onder de controle van de toezichthoudende overheid.