Vragen waarop niet werd geantwoord binnen de tijd bepaald door het reglement
(Art. 66 van het reglement van de Senaat)
(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
Minister van Landsverdediging
- Vraag nr. 3 van mevrouw Sémer d.d. 27 september 1995 (N.) :
- Anti-personenmijnen. Ontmijningsdienst.
Na de aanneming van de wet betreffende anti-personenmijnen, valstrikmijnen en soortgelijke mechanismen van 9 maart 1995 (Belgisch Staatsblad
van 1 april 1995) is België een internationale voorloper in de strijd tegen deze wrede wapens, die dagelijks nog vele doden en gewonden maken. De beelden van burgers met afgerukte ledematen in Cambodja, Afghanistan, Angola en Mozambique zijn ons maar al te goed bekend.
Naast een algemeen produktie-, invoer- en doorvoerverbod van anti-personenmijnen voorziet deze wet in een vijfjarig moratorium, bij koninklijk besluit verlengbaar, op het bezit en gebruik van anti-personenmijnen door het Belgische leger. Met het van kracht worden van deze wet moet België in principe de volledige reserve aan bestaande anti-personenmijnen vernietigen.
In antwoorden op schriftelijke vragen tijdens de vorige zittingsperiode maakte de minister van Landsverdediging bekend dat het Belgisch leger momenteel beschikt over zo'n 340 000 anti-personenmijnen. De enige uitzondering die in de wettekst voorzien is, betreft het gebruik en de aanschaf van AP-mijnen in het kader van de opleiding van ontmijningsspecialisten.
Op een studiedag, georganiseerd door de Vlaamse Vredesbeweging op 13 mei 1995 te Antwerpen, verklaarde de heer Ivo Mechels, kabinetsmedewerker, dat er plannen bestonden om het aantal mijnen af te bouwen tot 120 000. De oorzaak hiervan zou liggen in de moeilijkheid om dit enorme aantal mijnen op korte termijn te vernietigen. Dit bericht werd bevestigd in Het Belang van Limburg
van 22 augustus 1995.
Naar mijn mening is de vooropgestelde voorraad van 120 000 anti-personenmijnen een opmerkelijke uitholling van de nieuwe wetgeving.
1. Heeft het Belgisch leger daadwerkelijk 120 000 mijnen nodig voor trainingsdoeleinden ?
2. Zo niet, wat is het juiste aantal anti-personenmijnen dat nodig is voor een efficiënte opleiding van ontmijningsspecialisten ?
3. Liggen er budgettaire redenen aan de basis van de beslissing om 120 000 mijnen in voorraad te houden ?
4. Vindt u niet dat deze beslissing onze vooruitstrevende en toonaangevende wet dienaangaande dreigt uit te hollen ?
5. Indien er budgettaire beperkingen aan de basis liggen van deze beslissing, kan er dan niet geopteerd worden voor een bindende kalender om over te gaan tot de vernietiging van de overbodige mijnen, gespreid over een langere periode ?
|