Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat

ZITTING 1995-1996


Bulletin 1-12

12 MAART 1996

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands ­ (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Volksgezondheid en Pensioenen

Vraag nr. 22 van de heer Destexhe d.d. 15 januari 1996 (Fr.) :
Aanpassing van de kleine slachthuizen voor pluimvee aan de richtlijnen 93/43/EEG en 92/116/EEG.

De richtlijnen 93/43/EEG en 92/116/EEG schrijven voor dat een veearts-deskundige permanent instaat voor de controle in de slachthuizen met een capaciteit van 1 000 slachtingen en meer per dag; voor die met minder dan 1 000 slachtingen per dag daarentegen gelden deze voorschriften niet.

Als de slachthuizen zich niet aanpassen, wordt het aantal kredieturen van de opdrachthouders verminderd.

Wat bent u van plan te doen om de kleine slachthuizen voor pluimvee aan te sporen zich aan te passen aan de richtlijnen 93/43/EEG en 92/116/EEG ?


Antwoord : Hoewel richtlijn 92/116/EEG niet de aanwezigheid oplegt van een keurder in de inrichtingen die minder dan 150 000 stuks gevogelte per jaar slachten, is in België in deze inrichtingen de keuring door een dierenarts verzekerd.

De produktie van iedere slachtdag wordt namelijk door een keurder ter plaatse gecontroleerd.

Het werkvolume van de dierenartsen is hoofdzakelijk afhankelijk van het aantal geslachte eenheden.

De richtlijn 93/43/EEG is niet van toepassing op de slachthuizen van vermelde categorie aangezien deze de primaire landbouwproduktie uitsluit, waaronder het slachten.

De richtlijn 92/116/EEG legt aan de slachthuizen een auto-controle op. De taak van de overheid bestaat in het valideren van de betrouwbaarheid van het door de exploitant ingevoerde systeem van autocontrole. In de mate van het mogelijke stimuleert de overheid de aanwending van soortgelijke systemen. Daartoe werden herhaaldelijk besprekingen met de beroepsorganisaties gevoerd en worden aanbevelingen voor de betrokken inrichtingen uitgewerkt.