(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
In mijn eerdere parlementaire vraag van december 1997 (vraag nr. 734, bulletin van Vragen en Antwoorden, Senaat, nr. 1-66 van 17 februari 1998, blz. 3411), wees ik de geachte minister op het ontbreken van een gewestelijke reglementering die de plaatsing van zendantennes regelt.
In zijn antwoord op mijn parlementaire vraag van 23 december 1997 (vraag nr. 734) geeft de geachte minister toe dat deze basiszenders voor mobiele telefonie wel degelijk een gezondheidsrisico kunnen inhouden voor de mens. Wel voegt de geachte minister er in zijn antwoord aan toe dat de electromagnetische velden van deze basiszenders, die op de daken van appartementsgebouwen worden geplaatst, « niet echt een probleem opleveren wanneer de afstand tot de bron voldoende groot is, enkele meters zouden ruimschoots moeten volstaan ».
Aangezien vele gezinnen die in appartementen wonen juist op « enkele meters » van deze zenders wonen neem ik geen genoegen met deze vage omschrijving. Eigenlijk sluit de geachte minister in zijn antwoord niet uit dat er voor deze gezinnen wel degelijk een risico bestaat en kan hij dus niet garanderen dat er geen gevaar bestaat voor de volksgezondheid.
Van de geachte minister had ik dan ook graag op de volgende vragen een antwoord verkregen :
1. Uit het antwoord van de geachte minister kan ik afleiden dat hij mij niet voor 100 % kan garanderen dat er geen risico bestaat voor de volksgezondheid. Deelt de geachte minister mijn vaststelling ?
2. Meent de geachte minister niet dat zolang vele duizenden gezinnen slechts op « enkele meters » verwijderd van de bron dagelijks leven men ervoor moet zorgen dat er geen blootstelling is aan dit mogelijk gevaar ?
3. Meent de geachte minister niet dat vanuit het standpunt van de volksgezondheid er reglementen moeten komen om de wildgroei aan zendantennes tegen te gaan ?
4. Welke maatregelen zal de geachte minister ondernemen opdat er een verbod komt om zendmasten op gebouwen te plaatsen waar mensen wonen en slapen ?
Antwoord : De antennes zijn niet de enige bron van electromagnetische straling : tv's, microgolfovens, computerbeeldschermen, GSM's en elektrische motors zijn evenzeer electromagnetische bronnen die deel zijn gaan uitmaken van onze leefomgeving en waarvan de stralingen moeten gadegeslagen worden, vooral op gebied van de volksgezondheid.
Te noteren valt, dat in deze problematiek, de afstand niet de enige factor is die de electromagnetische straling verzwakt. Zo bijvoorbeeld, draagt de aanwezigheid van een betonnen structuur tussen de zendmast en de woonruimtes ook bij tot het verzwakken van de straling vooral wanneer er een metalen bewapening is die als een kooi van Faraday fungeert.
Tot op heden, zijn de internationaal aanvaarde veiligheidsnormen, wel degelijk toegepast door de leveranciers van deze diensten. De Hoge Gezondheidsraad, en meer bepaald haar expert professor Van Loock, houdt zeer nauwgezet de wetenschappelijke stand van zaken bij. Bij elke mogelijke gevarenindicatie zal men mij onmiddellijk op de hoogte stellen. Er wordt tevens nagekeken of wij Europees en nationaal niet tot een wettelijke omkadering voor bepaalde normen moeten komen.
De ongerustheid van de mensen wordt zeker niet weggelachen maar wel getoetst aan de reële feiten. Indien blijkt dat optreden noodzakelijk is zal de overheid dit niet nalaten. Het houvast en het slappe koord zijn ook hier de aan ons verstrekte wetenschappelijke adviezen.