1-81 | 1-81 |
Sénat de Belgique |
Belgische Senaat |
Annales parlementaires |
Parlementaire handelingen |
SÉANCES DU JEUDI 19 DÉCEMBRE 1996 |
VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 19 DECEMBER 1996 |
De Voorzitter. Aan de orde is de mondelinge vraag van de heer Vautmans aan de minister van Buitenlandse Zaken over « de financiering van het Internationaal Tribunaal voor Rwanda ».
Het woord is aan de heer Vautmans.
De heer Vautmans (VLD). Mijnheer de Voorzitter, op 14 november heb ik een vraag gesteld over het Internationaal Tribunaal voor Rwanda. Ik heb de antwoorden die men mij had beloofd, nog steeds niet gekregen. Vandaar dat ik op het onderwerp terugkom.
Het Internationaal Tribunaal werd ingesteld door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties bij resolutie 955 van 8 november 1994. Het werd belast met de berechting van de personen die ervan worden verdacht aansprakelijk te zijn voor daden van volkerenmoord of voor andere ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht begaan op het grondgebied van Rwanda en van de Rwandese burgers die ervan worden verdacht aansprakelijk te zijn voor zulke daden of schendingen begaan op het grondgebied van de buurstaten, dit tussen 1 januari en 31 december 1994.
Het Internationaal Tribunaal had moeten bijdragen tot de verzoening en had een einde moeten maken aan de straffeloosheid. Uit het antwoord van de minister van Justitie, op mijn vraag om uitleg van 14 november 1996, in verband met de werking van dit tribunaal, kunnen we niet anders dan besluiten dat er nog iemand werd veroordeeld en dat er weinig beklaagden zijn. Een honderdtal personen worden vervolgd en 21 personen zullen vermoedelijk worden vervolgd. De situatie zou bovendien helemaal niet duidelijk zijn.
Omdat ik de indruk heb dat het Rwanda-Tribunaal niet meer is dan een middel om het internationaal geweten te sussen, had ik graag van de minister vernomen op welke manier België bijdraagt tot de financiering van dit Internationaal Tribunaal. Heeft de minister enig zicht op de wijze van aanwenden van de middelen van het tribunaal ? Welk is het totaal budget voor dit tribunaal ? Is de minister op de hoogte van grote onkostennota's die nog steeds niet betaald werden ?
De Voorzitter. Het woord is aan minister Derycke.
De heer Derycke, minister van Buitenlandse Zaken. Mijnheer de Voorzitter, in antwoord op de vraag van de heer Vautmans over de werking van het Internationaal Tribunaal voor Rwanda kan ik volgende gegevens meedelen.
De begroting voor 1996 voor het Rwanda-Tribunaal werd door het VN-secretariaat geraamd op 38 770 900 dollar. België betaalt daarvan ongeveer 1 pct. als verplichte bijdrage. De bijdragen van de VN-lidstaten bestaan, zoals in 1995, nog steeds uit een deel van de 50 pct. dat rechtstreeks wordt betaald en een deel van de 50 pct. dat wordt aangerekend op overschotten van de inmiddels stopgezette VN-vredesmissie in Rwanda, de fameuze UNAMIR. Op het ogenblik heeft België alle rechtstreeks verschuldigde bijdragen in totaal 129 869 dollar betaald.
In 1996 stortten wij bovendien een vrijwillige bijdrage van 25 miljoen Belgische frank. Een tweede vrijwillige bijdrage van 25 miljoen Belgische frank zal in de volgende weken worden gestort.
Ik herinner er trouwens aan dat ons land in 1995 reeds een vrijwillige bijdrage betaalde van 1 miljoen dollar. De VN-lidstaten beschikken over de nodige informatie in verband met de aanwending van deze verplichte en vrijwillige bijdragen. In het ene geval gebeurt dat door middel van een in detail uitgewerkte begroting en in het andere geval gebeurt het na overleg en in het kader van overeenkomsten met het VN-secretariaat.
Naar aanleiding van recente geruchten in de pers over financiële onregelmatigheden bij het Rwanda-Tribunaal, hebben wij contact opgenomen met de bevoegde instanties van het tribunaal, zijnde het bureau van de procureur in Den Haag, Kigali en Arusha, de griffie in Den Haag en in Arusha en het secretariaat van de Verenigde Naties in New York. Uit deze contacten blijkt dat momenteel een extern kantoor een onafhankelijke audit uitvoert in verband met de administratie van het tribunaal. Er zouden echter geen concrete aanwijzingen zijn over financiële onregelmatigheden, noch over hoge onkostennota's die onbetaald zouden zijn gebleven. Wij moeten natuurlijk wel wachten op het definitieve resultaat van de audit om een sluitend antwoord te kunnen geven.
De Voorzitter. Het woord is aan de heer Vautmans voor een repliek.
De heer Vautmans (VLD). Mijnheer de Voorzitter, ik hoop dat de resultaten van die audit er snel komen. Ik stel vast dat men op een vraag over onregelmatigheden in verband met de aanwending van de middelen, telkens antwoordt dat er een audit loopt. Intussen blijven de zaken echter op hun beloop. Ik hoop dat wij snel inzicht krijgen in alles wat er gebeurt in verband met het Internationaal Tribunaal.
De Voorzitter. Het incident is gesloten.
L'incident est clos.