(Vervolg-Suite)

MONDELINGE VRAAG VAN DE HEER HOSTEKINT AAN DE STAATSSECRETARIS VOOR ONTWIKKELINGSSAMENWERKING OVER « DE AANHOUDENDE STROOM SCHANDALEN BINNEN HET ABOS »

QUESTION ORALE DE M. HOSTEKINT AU SECRÉTAIRE D'ÉTAT À LA COOPÉRATION AU DÉVELOPPEMENT SUR « LA SUCCESSION DE SCANDALES À L'AGCD »

De Voorzitter . ­ Aan de orde is de mondelinge vraag van de heer Hostekint aan de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking over « de aanhoudende stroom schandalen binnen het ABOS ».

Het woord is aan de heer Hostekint.

De heer Hostekint (SP). ­ Mijnheer de Voorzitter, de stroom van nieuwe ABOS-schandalen lijkt niet op te houden. De voorbije dagen werden drie ABOS-ambtenaren aangehouden op verdenking van valsheid in geschrifte en misbruik van vertrouwen. Men heeft de indruk dat deze aanhoudingen slecht het topje van de ijsberg zijn.

Via de media vernam ik ook dat twee kabinetsmedewerkers van de staatssecretaris niet vrij van verdenking zijn en dat die verdenking reeds bestond voor hun benoeming op het kabinet. Welke functie bekleden zij daar en aan welke maatregel denkt de staatssecretaris ?

Het ABOS maakt momenteel het voorwerp uit van verschillende audits. Voor het najaar heeft de staatssecretaris een drukke agenda aangekondigd. Er is de herziening van de programmafinanciering voor NGO's, de oprichting van de zogenaamde Educatieve Stichting en de herstructurering van het ABOS naar de ADIS. Tegelijkertijd zet de parlementaire opvolgingscommissie rond de problemen bij het ABOS haar werkzaamheden gestadig en degelijk voort. De eindconclusies worden tegen einde 1996 in het vooruitzicht gesteld.

In welke mate zal de staatssecretaris rekening houden met de besluiten van de opvolgingscommissie bij de hervormingen die hij voor het najaar heeft aangekondigd ?

De Voorzitter . ­ Het woord is aan staatssecretaris Moreels.

De heer Moreels, staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Eerste minister. ­ Mijnheer de Voorzitter, één van de vermelde personen die in mijn kabinet als indicateur/inschrijver werkte, heb ik, in het belang van het onderzoek, tijdelijk uit mijn kabinet verwijderd. Ik voeg er echter aan toe dat deze persoon door het gerecht slechts éénmaal, enkele weken geleden, is verhoord.

Een tweede persoon werd, sinds hij in mijn kabinet als expert werkt, een vijfde werktijd, nog nooit verhoord door het Hoog Comité van toezicht noch door het gerecht en ik heb geen kennis van bezwarende elementen tegen hem.

Er lopen thans twee audits, een met CADA-Conseil waarvan ik de besluiten gisteren heb voorgesteld aan het bijna voltallige ABOS, en een met Coopers-Lybrand. Voorts worden er nog een aantal dossiers door het OSI-team of de anti-fraudecel onderzocht en de resultaten systematisch aan mij medegedeeld. Ik breng dan op mijn beurt de opvolgingscommissie op de hoogte van deze dossiers.

In het licht van de reflecties en brainstorming die ik gepland heb voor het einde van de maand juli betreffende de toekomstige herstructurering van het ABOS, heb ik de voorzitter van de opvolgingscommissie, de heer Van der Maelen, officieel gevraagd mij een tussentijds rapport met een aantal bedenkingen of wensen te laten geworden.

Anderzijds zal ik tijdens de periode van brainstorming geregeld contact opnemen met de verantwoordelijken van de parlementaire opvolgingscommissie ten einde de herstructurering te versnellen. Wegens de huidige crisissituatie moet de herstructurering in een versneld tempo worden gerealiseerd. Ik hoop dat de parlementaire opvolgingscommissie hiervoor het nodige begrip zal opbrengen.

De Voorzitter. ­ Het woord is aan de heer Hostekint voor een repliek.

De heer Hostekint (SP). ­ Mijnheer de Voorzitter, ik dank de staatssecretaris voor zijn antwoord.

In de eerste plaats is het positief dat kabinetsmedewerkers die worden verdacht van een misdrijf, in het belang van de werking van het kabinet uit de dienst worden verwijderd.

Er werd inderdaad een opvolgingscommissie geïnstalleerd, maar het heeft maanden geduurd voor zij op volle toeren werkte. Het eigenlijke onderzoek is thans van start gegaan. De door de staatssecretaris aangekondigde hervorming van het ABOS is zeker terecht. Er mogen echter geen overhaaste beslissingen worden genomen. Gezien de opvolgingscommissie haar conclusies tegen einde 1996 zal bekendmaken, is het beter dat de staatssecretaris de aanbevelingen van deze commissie afwacht alvorens hij definitieve beslissingen neemt. Dit is hij aan het Parlement verschuldigd.

De Voorzitter. ­ Het incident is gesloten.

L'incident est clos.