1-54

1-54

Sénat de Belgique

Belgische Senaat

Annales parlementaires

Parlementaire handelingen

SÉANCES DU JEUDI 27 JUIN 1996

VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 27 JUNI 1996

(Vervolg-Suite)

MONDELINGE VRAAG VAN DE HEER BOUTMANS AAN DE VICE-EERSTE MINISTER EN MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN OVER « DE BURGEMEESTER VAN KAPELLEN »

QUESTION ORALE DE M. BOUTMANS AU VICE-PREMIER MINISTRE ET MINISTRE DE L'INTÉRIEUR SUR « LE BOURGMESTRE DE KAPELLEN »

De Voorzitter. ­ Aan de orde is de mondelinge vraag van de heer Boutmans aan de Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken over « de burgemeester van Kapellen ».

Het woord is aan de heer Boutmans.

De heer Boutmans (Agalev). ­ Mijnheer de Voorzitter, in de gemeente Kapellen is sinds de laatste gemeenteraadsverkiezingen nog steeds geen nieuwe burgemeester benoemd.

De vorige burgemeester bleef in functie, in afwachting van de benoeming van een opvolger. De huidige burgemeester is onlangs veroordeeld tot een zware, zij het voorwaardelijke gevangenisstraf wegens fraude en valsheid in geschriften, ofschoon deze veroordeling nog niet definitief is.

Meent de Vice-Eerste minister dat de betrokkene nog het morele gezag heeft om het ambt van burgemeester verder uit te oefenen ?

Acht hij het wenselijk dat het gemeentebestuur zo lang wordt voorgezeten door een waarnemend burgemeester, of draagt die functie een andere officiële titel ?

Heeft hij enig initiatief genomen om aan deze situatie te verhelpen en om eventueel tot een nieuwe benoeming over te gaan ?

De Voorzitter. ­ Het woord is aan Vice-Eerste minister Vande Lanotte.

De heer Vande Lanotte, Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken. ­ Mijnheer de Voorzitter, zoals u weet, kan een burgemeester niet voorlopig worden geschorst. Wanneer een burgemeester na een eerste ambtstermijn voor een nieuwe benoeming wordt voorgedragen en er tegen hem een gerechtelijk dossier bestaat, dan is de algemene regel dat met de nieuwe benoeming wordt gewacht. Intussen blijft de betrokkene waarnemend burgemeester en is het nogal moeilijk om tegen hem sancties te nemen zolang er nog geen definitieve uitspraak is. Pas als die er wel is, kunnen we optreden met schorsing, afzetting of het aanvaarden van het vrijwillig ontslag of zelfs met de vaatstelling dat het ambt vervallen is.

Ik wens van deze algemene lijn in geen enkel geval af te wijken. Er is nog altijd het principe dat iemand onschuldig is tot hij wordt veroordeeld. We kunnen iemands functie dus niet afnemen zolang er geen veroordeling is, behalve wanneer de betrokkene er om vraagt.

De Voorzitter. ­ Het woord is aan de heer Boutmans voor een repliek.

De heer Boutmans (Agalev). ­ Mijnheer de Voorzitter, het is natuurlijk lovenswaardig dat de Vice-Eerste minister zich bekommert om de rechten van de mens, maar ik heb hem niet altijd zo gereserveerd geweten en hier is er toch wel een fundamenteel probleem. In gelijksoortige omstandigheden reageert niet iedereen op dezelfde manier. Ik herinner hier aan de schepen van Antwerpen die in dezelfde zaak enkele dagen voor het proces ontslag heeft genomen om zich in eer en geweten te kunnen verdedigen. Ik neem aan dat de Vice-Eerste minister zo iets niet kan opleggen, maar zijn stilzwijgen verbaast mij toch. Hij is niet in alle omstandigheden zo terughoudend en hij mag in zijn functie over deze zaak toch zijn mening zeggen. Hij kan ook de gemeente uitnodigen om hierin een initiatief te nemen.

De Voorzitter. ­ Het woord is aan Vice-Eerste minister Vande Lanotte.

De heer Vande Lanotte, Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken. ­ Mijnheer de Voorzitter, ik wil hier toch even kort op antwoorden. Ik begrijp niet waarop de heer Boutmans zinspeelt. Ik denk dat ik ten opzichte van burgemeesters altijd dezelfde houding heb aangenomen.

De Voorzitter. ­ Het woord is aan de heer Boutmans.

De heer Boutmans (Agalev). ­ Mijnheer de Voorzitter, ik bedoelde niet noodzakelijk minister Vande Lanotte zelf, maar ik herinner mij zeer eminente ministers van Binnenlandse Zaken die zeer duidelijk hun mening hebben gezegd en een stokje hebben gestoken voor dit soort zaken.

De heer Vande Lanotte, Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken. ­ Niet wanneer het ging om een burgemeester in functie.

De Voorzitter. ­ Het incident is gesloten.

L'incident est clos.