1-28

1-28

Sénat de Belgique

Belgische Senaat

Annales parlementaires

Parlementaire handelingen

SÉANCE DU MARDI 5 MARS 1996

VERGADERING VAN DINSDAG 5 MAART 1996

(Vervolg-Suite)

VOORSTEL VAN RESOLUTIE

OVER DE AANSLAGEN IN ISRAEL

Beraadslaging en stemming

PROPOSITION DE RÉSOLUTION

SUR LES ATTENTATS EN ISRAËL

Discussion et vote

De Voorzitter. ­ Wij vatten de bespreking aan van het voorstel van resolutie over de aanslagen in Israël.

Nous abordons l'examen de la proposition de résolution sur les attentats en Israël.

Het voorstel van resolutie luidt als volgt :

« De Senaat,

Diep geschokt door de golf van moordaanslagen die de voorbije dagen de Israëlische bevolking met volle kracht heeft getroffen,

Met afschuw vervuld door de wreedheid en het blinde geweld van extremistische en fanatieke terroristen,

Ervan overtuigd dat het vredesproces onomkeerbaar is en dat een volgehouden zoeken naar vrede alle obstakels zal overwinnen,

Veroordeelt krachtig deze eerloze en hatelijke daden die door de integristen van Hamas worden gepleegd,

Biedt aan de voorzitter van de Knesset en aan de families van de talrijke slachtoffers zijn rouwbeklag aan en betuigt de Israëlische bevolking al zijn medeleven,

Hoopt dat de Israëlische en de Palestijnse leiders en de Israëlische en de Palestijnse bevolking niet zullen wijken voor de vijanden van de vrede, in weerwil van de dramatische omstandigheden,

Vraagt aan de Palestijnse autoriteiten alles in het werk te stellen, in overleg met de Israëlische autoriteiten, om het netwerk van terroristen die het vredesproces tot staan willen brengen, te ontmantelen,

Zegt de Israëlische Staat zijn steun toe in de strijd voor de vrede. »

« Le Sénat,

Consterné par la vague d'attentats meurtriers qui a touché de plein fouet la population israélienne au cours de ces derniers jours,

Horrifié par la barbarie et la violence aveugle des terroristes extrémistes et fanatiques,

Persuadé que le processus de paix est irréversible et que la persévérance dans la recherche de la paix vaincra tous les obstacles,

Condamne avec virulence ces actes de haine dégradants commis par les intégristes du Hamas,

Présente ses condoléances au président de la Knesseth et aux familles des nombreuses victimes et assure la population israélienne de toute sa sympathie,

Espère que les responsables tant israéliens que palestiniens ainsi que la population israélienne et palestinienne ne céderont pas aux ennemis de la paix, et ce malgré les circonstances dramatiques,

Demande à l'autorité palestinienne de mettre tout en oeuvre, de concert avec les autorités israéliennes, pour démanteler le réseau des terroristes qui entendent détruire le processus de paix.

Assure l'État d'Israël de son soutien dans le combat pour la paix. »

Het woord is aan de heer Erdman.

De heer Erdman (SP). ­ Mijnheer de Voorzitter, op een zeker ogenblik scheen er weer licht in het Midden-Oosten. Men had de gerechtvaardigde hoop dat door onverdroten inspanningen langs beide zijden de vrede werkelijk vorm kon aannemen. Ik ga u in deze dramatische ogenblikken niet te uitgebreid herinneren aan de onderhandelingen in Oslo, het Akkoord van Washington en de historische handdruk. Ik ga u veeleer herinneren aan het leed en het bloed dat aan beide zijden nutteloos werd verspild. Of misschien werd dit bloed niet nutteloos verspild, want vrede wordt in de geschiedenis spijtig genoeg altijd gebouwd op leed, op tranen en op ten onrechte vergoten bloed.

Nog niet zolang geleden werd in een reactie van blinde haat de Eerste minister van Israël neergeveld, vroeger een soldaat, maar nu door de internationale gemeenschap erkend als een heraut van de vrede. Zijn werk werd voortgezet. Aan beide zijden werden beloften gedaan, waardoor de broze hoop op vrede weer vorm kon aannemen. Aan beide zijden wilde men inspanningen doen om de economische en sociale ontplooiing van twee volkeren in één samenleving mogelijk te maken.

Ongeveer tien dagen geleden werd dit vredesproces verstoord door een moorddadige aanslag. Sommigen meenden dat het hier enkel ging om een individuele terroristische daad, die spijtig genoeg vooral slachtoffers maakte onder de burgerbevolking.

Hoewel de gehele wereld de voorbije week de nadruk legde op het verderzetten van het vredesproces, werd hij, opnieuw op een zondagmorgen, opnieuw geschokt door een afgrijselijke terroristische aanslag op de burgerbevolking.

Terroristische groepen beloofden toen dat dit de laatste waarschuwing was en dat ze zouden afwegen in hoever dat signaal zou worden geïnterpreteerd door de verantwoordelijken. Terecht hebben de verantwoordelijken deze waarschuwing, dit chantagesysteem, afgewezen omdat in het streven naar vrede niet met terroristen wordt onderhandeld en geen beslissingen die essentieel zijn voor de regio en voor de volkeren die er wonen worden genomen onder druk van terroristische daden. Desondanks werd gisteren nog een even moorddadige terroristische aanslag gepleegd in een shopping center.

Wij zijn van oordeel dat wij deze situatie moeten onderzoeken in het kader van de opdracht die aan de Senaat werd gegeven, en die erin bestaat dat de Senaat het onderzoek van alle internationale betrekkingen op zich neemt. Daarom hebben wij de leden van de Senaat deze middag een voorstel van resolutie overhandigd waarin wij onze afschuw uitspreken, de veroordeling van terroristische daden verwoorden, maar ook nadrukkelijk de hoop op het verderzetten van het vredesproces vertolken. We doen ook een oproep aan alle verantwoordelijken tot wie wij ons kunnen richten, tot de Belgische Regering en ook tot de Europese Unie, opdat alle mogelijk hulp worde verleend in de strijd tegen het terrorisme.

In de democratische wereld zoals wij die opvatten, waar mensen zijn gestorven, waar bloed werd vergoten en waar leed, tranen en smart de offers waren voor het opbouwen van een hoopgevend licht naar vrede, kan het niet dat door blind terrorisme al deze inspanningen teniet worden gedaan. We kunnen alleen maar aandringen opdat alle verantwoordelijken hun verantwoordelijkheid op zich nemen.

Ik dank de Voorzitter van de Senaat en de Senaat zelf omdat zij hebben aanvaard dit voorstel van resolutie bij hoogdringendheid te behandelen. (Applaus.)

M. le Président. ­ La parole est à M. Foret.

M. Foret (PRL-FDF). ­ Monsieur le Président, face à la vague d'attentats meurtriers qui, au cours de ces derniers jours, ont endeuillé cruellement la population israélienne, il m'apparaît que la démocratie doit s'unir spontanément pour dénoncer unanimement de semblables actes de barbarie et de violence aveugle perpétrés contre des populations innocentes.

Confrontés au fanatisme et à l'extrémisme dans leurs formes d'expression les plus horribles, osons clamer à haute voix et sans ambages nos espoirs et nos convictions.

En premier lieu, je voudrais associer tout mon groupe à l'émotion intense et générale que suscite, chez tous les hommes de paix, semblable recours à la violence horrible, lorsque l'argument politique disparaît au profit de la haine aveugle et stérile. Le deuil des populations israéliennes est aussi notre deuil. En enterrant les morts de Jérusalem et de Tel Aviv, c'est aussi une part non négligeable de la démocratie et de la dignité humaine que l'on porte en terre.

Je voudrais ensuite souligner combien l'illusion des commanditaires de ces attentats est vaine. Rien ne doit et ne pourra entraver le processus de paix israélo-palestinien initié à Tunis, Oslo et Washington. Ce processus est irrémédiable pour l'unique mais fondamentale raison qu'il correspond à l'aspiration profonde et irréversible des populations concernées d'enfin découvrir et de pratiquer, côte à côte et au quotidien, les vertus de paix et de fraternité.

Enfin, nous devons réaffirmer tous ensemble qu'Israël et l'autorité palestinienne ne doivent pas voir, dans ces tragiques événements, une nouvelle occasion d'affrontements mais, au contraire, une opportunité ­ exceptionnelle mais bien réelle ­ de renforcer leur coopération au profit de la paix. Face aux tentatives de déstabilisation, face aux commanditaires du terrorisme, la rigueur et la fermeté de cette coopération entre Israéliens et Palestiniens contre un même ennemi permettront d'éradiquer les derniers germes d'hostilité au processus de paix. Cette coopération efficace et confiante prouvera au monde entier que le fanatisme et l'extrémisme, de quelque bord qu'ils soient, et malgré d'inévitables et cruelles résurgences, ont une vocation absolue de perdant.

Tel est le message d'espoir que j'adresse, au nom du groupe PRL-FDF, à l'État d'Israël et à sa population cruellement éprouvée.

Nous nous joignons bien entendu aux termes de la résolution proposée. (Applaudissements.)

M. le Président . ­ La parole est à Mme Lizin.

Mme Lizin (PS). ­ Monsieur le Président, le groupe socialiste tout entier soutient la résolution proposée. Outre notre émotion, nous souhaitons exprimer au gouvernement israélien l'espoir fou que nous entretenons encore de sauver ce qui peut encore l'être aujourd'hui. Je ne doute pas que le ministre partagera notre sentiment.

L'Europe doit être présente aux côtés du gouvernement israélien. Nous devons le convaincre de poursuivre ce processus bien qu'il soit aujourd'hui au coeur du plus difficile des débats de la politique israélienne.

Nous souhaitons également que la Knesseth reçoive les condoléances du Sénat et le soutien actif d'un Parlement démocratique d'Europe.

Tant le président de groupe que la plupart des membres du parti socialiste connaissent à des degrés divers le contenu de ce processus de paix, et ce depuis l'époque où les thèses en présence étaient encore tellement contradictoires que l'on pouvait croire que l'aboutissement était illusoire. Aujourd'hui, nous pouvons saisir la signification du moindre recul. Les terroristes aussi en mesurent la portée et se jouent d'une politique dont ils connaissent la réalité.

Il faut également dire à Yasser Arafat qu'il est l'homme légitime pour mener correctement la guerre contre les terroristes. Il n'est pas un homme que l'on met dans le coin, que l'on bouscule en lui disant ce qu'il doit faire. Il n'est pas une marionnette. Il est mandaté par son peuple pour arrêter ces horreurs. L'Europe a le devoir de l'assurer de son soutien dans sa lutte. Arafat sait comment agir. Il doit prendre une décision, et nous devons l'y aider.

Notre parti, notre groupe et l'Internationale socialiste se sont adressés de la même manière au leader qui est peut-être le plus proche de notre coeur, Shimon Peres. Nous espérons que le débat interne en Israël ne compromettra pas cette unité fondamentale et cet espoir de voir réussir le processus.

Le dernier point de la résolution, relatif à la lutte réelle, profonde, contre le terrorisme ­ nous pourrions dire l'internationale terroriste ­ retient notre attention. Le terrorisme, qu'il frappe à Alger ou à Jérusalem, présente le même visage. Ce ne sont plus des petits noyaux; il s'agit de volontés orchestrées, disposant au vu de tous, en toute impunité, de sanctuaires éparpillés dans le monde. Qu'attend la communauté internationale pour s'attaquer au Hezbollah à Baalbek, pour mettre fin aux menées des terroristes basés au Soudan et en Iran ?

Par ailleurs, j'espère que notre Gouvernement n'envisage pas, monsieur le ministre, de renvoyer certains terroristes dans ces directions. Ce serait aujourd'hui très malvenu.

Notre soutien à cette résolution se conjugue à notre soutien politique absolu à Shimon Peres. Nous savons, pour l'avoir patiemment construite, que la paix dans cette région a été la victoire de ceux qui, des deux côtés, avaient fait le choix de l'humanité dans le respect des convictions et des religions.

Repousser la paix reviendrait à accorder la victoire à une force comprenant les plus grands criminels idéologiques, théologiques, à l'oeuvre sur cette terre. Le groupe socialiste juge l'enjeu fondamental. Par conséquent, ses membres soutiendront de tout leur coeur et avec la plus grande conviction cette résolution constituant un message d'espoir adressé par le Sénat à ces deux peuples. (Applaudissements.)

De Voorzitter . ­ Het woord is aan de heer Coveliers.

De heer Coveliers (VLD). ­ Mijnheer de Voorzitter, de VLD-fractie ging er onmiddellijk mee akkoord om het voorstel van resolutie over de aanslagen in Israël ingediend door de heer Erdman te steunen.

Het lijkt evident dat een democraat zich verzet tegen iedere vorm van terrorisme. Dit is evident omdat het uiteraard onaanvaardbaar is dat mensen worden gedood en omdat het zeker onaanvaardbaar is dat onschuldige mensen als het ware bij toeval worden vermoord op grond van vermeende politieke overtuigingen. Terrorisme is in se anti-democratisch, omdat het geweld tegenover overtuigingskracht plaatst en omdat het zich overal ter wereld weigert neer te leggen bij de democratische besluitvorming. De gevolgen hiervan zijn des te dramatischer in het Midden-Oosten waar de legitieme vertegenwoordigers van Israël en Palestina ­ hier treed ik mevouw Lizin bij ­ trachten een oplossing te vinden voor een conflict dat reeds bijzonder lang aansleept en een nieuwe vreedzame samenleving trachten uit te bouwen voor beide volkeren die bij dat conflict zijn betrokken.

Al is deze resolutie een goede aanzet, het volstaat niet ze goed te keuren en verder te zwijgen over zaken waarbij wij niet rechtstreeks betrokken heten te zijn. Wij hebben een duidelijke verantwoordelijkheid en wij weten dat Brussel en België een draaischijf zijn voor terroristische organisaties en voor hun logistieke netwerken. Wij mogen niet langer twee maten en twee gewichten hanteren in deze zaken. Het is bekend dat ook in bepaalde lidstaten van de Europese Unie terroristische organisaties actief zijn. Een rechtsstaat als België heeft er blijkbaar problemen mee om dit feit te erkennen. Ook al worden in die precieze situatie onschuldige mensen at random vermoord, toch bestaat de neiging om de politieke motieven die dan ter verantwoording worden ingeroepen te aanvaarden.

Als democraten zijn wij de overtuiging toegedaan dat politieke beweegredenen enkel met politieke overredingskracht kunnen worden hard gemaakt; geweld is in geen enkel geval aanvaardbaar.

De oproep in de laatste paragraaf van deze resolutie is zeer juist : « De Senaat vraagt de Belgische Regering en de Europese Unie om de Israëlische Staat alle mogelijke hulp te verlenen in zijn strijd tegen het terrorisme. » Dit houdt in dat ook op het Europese grondgebied alles in het werk moet worden gesteld opdat zou worden voorkomen dat de mensen het terrorisme, zij het slechts in gedachten, aanvaarden. Nochtans blijkt uit recente televisiereportages dat de publieke opinie geneigd is terroristische acties die omfloerst zijn met aanvaardbare politieke motieven, te aanvaarden. Minstens de Europese ruimte moet « terrorismevrij » worden gemaakt. Vanuit Europa kunnen wij deze toestand uitdragen naar gebieden in de wereld waar de spanning veel groter is en waar zeer moedige verkozenen van de betrokken volkeren trachten een democratische samenleving uit te bouwen.

Om al die renenen zal onze fractie deze resolutie uit volle overtuiging steunen. (Applaus.)

De Voorzitter . ­ Het woord is aan de heer Vandenberghe.

De heer Vandenberghe (CVP). ­ Mijnheer de Voorzitter, zoals de vorige sprekers heeft ook de CVP-fractie alleen maar misprijzen en afkeuring voor het onmenselijk geweld dat in Israël wordt gepleegd tegen een volk en meer nog tegen een vredespolitiek. Israël en Palestina zullen met Europa, meer bepaald met West-Europa, altijd een bijzondere band hebben. Wij hebben met deze landen een historische binding en daarom hebben wij er ook een bijzondere belangstelling voor. Hun geschiedenis is een zoektocht naar en een boodschap van vrede. Telkens weer stellen we vast dat wie de vredesboodschap of de zoektocht naar vrede propageert, het slachtoffer kan worden van geweld en dat haat en racisme het halen op menselijke overtuiging en tolerantie.

We mogen ons niet beperken tot het uitdrukken van onze afkeuring voor elke vorm van terrorisme, maar moeten de Regering ertoe aanzetten om alle middelen te hanteren om duidelijk te maken welk politiek standpunt wij innemen. We mogen ons niet tevreden stellen met een louter diplomatiek optreden. Israël moet alle hulp worden geboden zodat de vredespolitiek kan slagen en er in het Midden-Oosten werkelijk vrede komt. Daarom moet onze politiek, meer nog dan gisteren en vandaag, zowel in binnen- als buitenland worden gedragen door een effectief respect voor de mensenrechten. Veel te gemakkelijk is de buitenlandse politiek gebaseerd op machtsoverwegingen. Nog meer moet het morele appel van de westerse politiek, namelijk het effectief respect voor de mensenrechten, de basis worden van de politieke opstelling van de Westeuropese Unie in haar verhouding met de andere landen.

Om al deze redenen zal de CVP-fractie met overtuiging de resolutie steunen. (Applaus.)

M. le Président. ­ La parole est à M. Nothomb.

M. Nothomb (PSC). ­ Monsieur le Président, le groupe PSC s'est associé au dépôt de cette proposition de résolution et votera avec conviction en faveur de celle-ci car elle exprime très bien notre consternation et l'horreur que nous inspirent les actes de violence terroristes.

En outre, cette résolution traduit notre volonté de voir se poursuivre le processus de paix, tâche qui incombe aux responsables israéliens et palestiniens ainsi qu'aux populations concernées.

De même, nous nous associons aux condoléances présentées aux familles, à la population israélienne et à la Knesseth. (Applaudissements.)

De Voorzitter. ­ Het woord is aan de heer Boutmans.

De heer Boutmans (Agalev). ­ Mijnheer de Voorzitter, bij verschrikkelijke terreurdaden zoals deze van de afgelopen dagen, past het ons in de eerste plaats solidair te verklaren met de nabestaanden van de slachtoffers. Alweer blijven vele tientallen mensen verweesd of als weduwe of weduwnaar achter, mensen van wie de daders zich niet eens hebben afgevraagd of ze misschien geen grote verdiensten hadden of in hun hart sympathiseerden met de pacifistische beweging, zoals de meerderheid van de Joodse en de Palestijnse bevolking sympathiseert met het streven naar vrede.

In de resolutie staat terecht dat beide partijen moeten worden aangezet tot het voortzetten van hun inspanningen om het vredesproces te bevorderen. Het ergste wat zou kunnen gebeuren is dat ten gevolge van het doelbewust optreden van fanatieke misdadigers de politieke leiders in beide kampen, die de afgelopen jaren blijk hebben gegeven van goed beleid en van grote gematigdheid, verplicht zouden zijn daarvan af te zien en terug te keren naar een strategie van een oorlog in plaats van een strategie van vrede.

Agalev is het volkomen eens met de oproep aan beide partijen en met de steun die België moet verlenen voor de strijd tegen het terrorisme. Persoonlijk had ik liever dat de tekst van de resolutie dit duidelijker verwoordde als een opdracht aan beide partijen ten aanzien van fanatici en terroristen. Zowel aan Joodse als aan Palestijnse zijde hebben we immers met mensen te maken die geweld niet schuwen. Er moet toch aan herinnerd worden dat de moord op premier Rabin en de moordpartij in een moskee van enkele jaren geleden, waarbij meer dan veertig doden vielen, niet het werk waren van Hamas-fanatici. Daarom vind ik dat we zowel aan de Palestijnse als aan de Joodse autoriteiten moeten vragen de terroristische netwerken, die het vredesproces tot staan willen brengen, te ontmantelen.

Voor het overige zijn we het volledig eens met deze oproep waarin de Senaat de bezorgdheid uit voor de voortzetting van het vredesproces. (Applaus.)

De Voorzitter. ­ Het woord is aan de heer Anciaux.

De heer Anciaux (VU). ­ Mijnheer de Voorzitter, ik sluit mij graag aan bij alle uiteenzettingen die naar aanleiding van dit voorstel van resolutie werden gehouden.

De opbouw van de vrede zou vanzelfsprekend de volledige steun moeten krijgen van de hele internationale gemeenschap.

Bij het Israëlisch-Palestijns conflict moeten wij onze steun geven aan de architecten van het vredesproces en aan de twee volkeren die na jarenlange strijd de handen in elkaar pogen te slaan om een duurzame vrede te realiseren. Het is absoluut noodzakelijk dat wij met eensgezinde krachten duidelijk maken dat het terrorisme en het fundamentalisme, van welke kant ook, met alle mogelijke middelen moeten worden bestreden opdat het vredesproces toch nog een kans zou maken. (Applaus.)

M. le Président. ­ La parole est à M. Jonckheer.

M. Jonckheer (Écolo). ­ Monsieur le Président, le groupe Écolo a cosigné cette résolution. Nous souhaitons dire à M. Erdman combien nous lui savons gré d'en avoir pris l'initiative et nous tenons à vous remercier, en tant que Président du Sénat, d'avoir permis que nous en débattions immédiatement cet après-midi avant de procéder au vote.

L'état d'esprit dans lequel nous allons voter ce texte constitue évidemment une condamnation sans réserve aucune de toutes les actions terroristes ­ comme mon collègue M. Boutmans vient de le dire ­ et de l'ensemble des réseaux terroristes qui fonctionnent dans la région du Proche-Orient.

Je n'ai pas eu l'occasion de lire aujourd'hui les communiqués de presse. Je pense que, tous, nous sommes préoccupés par les chances de poursuite du processus de paix, ce qui suppose effectivement une aide à l'ensemble des parties en présence, tant la population et le gouvernement israéliens que la population palestinienne et son autorité. Il conviendra que l'Union européenne et la Belgique confirment auprès de ces deux autorités leur total soutien accordé à ce processus de paix tellement difficile. (Applaudissements.)

De Voorzitter. ­ Het woord is aan minister Derycke.

De heer Derycke, minister van Buitenlandse Zaken. ­ Mijnheer de Voorzitter, allereerst wil ik de Senaat melding brengen van een aantal zaken in verband met het vreselijke drama dat zich in Israël heeft afgespeeld.

Namens de Belgische Regering hebben wij gisteren ons leedwezen betoond aan de Israëlische regering en de Israëlische bevolking. Gisteren heb ik onmiddellijk de Israëlische ambassadeur ontvangen, alsook een delegatie van de Joodse gemeenschap in België. Via radio Judaïka heb ik onze betuiging van leedwezen aan de Joodse gemeenschap nogmaals herhaald. Aan de ambassadeur van Israël heb ik verder ook gevraagd dat hij ons zou melden wat de Belgische Regering eventueel kan doen in verband met dit drama.

De Belgische Regering voelt zich gesterkt door het vlugge optreden van de Senaat. Wij zijn immers de mening toegedaan dat wij dergelijke acties van intolerantie en geweld ten strengste moeten veroordelen, maar wij blijven er evengoed van overtuigd dat alleen dialoog een oplossing in dit geschil kan brengen.

Wij moeten echter niet alleen een strenge veroordeling over deze terroristische daden uitspreken, maar tegelijk ook de landen van de regio en de Arabische landen responsabiliseren en hen ertoe brengen druk uit te oefenen op degenen die intellectueel en politiek verantwoordelijk zijn voor het opzetten van deze vreselijke misdaden. Daarom hebben wij gisteren beslist een aantal demarches naar deze landen toe te ondernemen. Zoals verschillende sprekers hier hebben benadrukt is de bestrijding van het terrorisme een universele verplichting die ook geldt voor de Arabische landen.

Tenslotte zijn wij ook van mening dat de Europese Unie, maar ook België, Israël moet blijven helpen bij de verderzetting van het vredesproces en bij de bestrijding van het terrorisme. Over deze steun aan Israël zal zeker worden gepraat op de Europese Ministerraad van zaterdag eerstkomend in Italië. Wij moeten ook president Arafat de nodige steun verlenen, want om uiteindelijk de vrede in deze regio te realiseren is de medewerking van beide partijen nodig. Wij moeten president Arafat steunen, maar hem ook responsabiliseren en hem ertoe brengen in de Palestijnse gebieden de zaken beter onder controle te houden.

Ik dank de Senaat nogmaals voor de snelheid waarmee deze motie werd ingediend. Ze getuigt van een fundamenteel respect voor de burgerlijke slachtoffers. Namens de hele Regering kan ik alleen maar mijn volledige instemming daarmee betuigen. (Applaus.)

De Voorzitter. ­ Dames en heren, wij moeten ons nu uitspreken over het voorstel van resolutie.

Nous devons nous prononcer maintenant sur la proposition de résolution.

De heer Erdman (SP). ­ Mijnheer de Voorzitter, ik vraag de naamstemming.

De Voorzitter. ­ Wordt deze vraag gesteund ? (Meer dan vier leden staan op.)

Aangezien de naamstemming reglementair is gevraagd, zal ertoe worden overgegaan.

­ Er wordt tot naamstemming overgegaan over het voorstel van resolutie.

Il est procédé au vote nominatif sur la proposition de résolution.

44 leden zijn aanwezig.

44 membres sont présents.

Allen stemmen ja.

Tous votent oui.

Derhalve is de resolutie aangenomen.

En conséquence, la résolution est adoptée.

Aan de stemming hebben deelgenomen :

Ont pris part au vote :

MM. Anciaux, Bourgeois, Boutmans, Mme Bribosia-Picard, MM. Buelens, Caluwé, Ceder, Coveliers, Mmes Dardenne, de Bethune, M. De Decker, Mme Delcourt-Pêtre, MM. Delcroix, Desmedt, Devolder, D'Hooghe, Erdman, Foret, Goris, Happart, Hatry, Hostekint, Hotyat, Jonckheer, Lallemand, Mmes Leduc, Lizin, M. Mahoux, Mme Merchiers, MM. Moens, Mouton, Mme Nelis-Van Liedekerke, MM. Poty, Raes, Mme Sémer, MM. Staes, Swaelen, Mme Thijs, MM. Vandenberghe, Vautmans, Vergote, Verreycken, Weyts et Mme Willame-Boonen.