1-373/2

1-373/2

Belgische Senaat

ZITTING 1995-1996

10 JULI 1996


Wetsontwerp houdende instemming met de Stichtingsakte en Overeenkomst van de Internationale Unie betreffende Televerbindingen en het facultatief Protocol inzake de verplichte beslechting van geschillen, opgemaakt te Genève op 22 december 1992


VERSLAG

NAMENS DE COMMISSIE VOOR DE BUITENLANDSE AANGELEGENHEDEN UITGEBRACHT DOOR MEVR. THIJS


I. INLEIDENDE UITEENZETTING VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

De minister geeft een overzicht van het ontstaan, de doelstellingen, de functies en de structuur van de I.T.U., de Internationale Unie van Televerbindingen.

1. Ontstaan

De I.T.U. is de organisatie van de Verenigde Naties die gespecialiseerd is in telecommunicatie.

De Stichtingsakte en de Overeenkomst van de I.T.U. werden op 22 december te Genève herzien en medeondertekend door België. De herziening wijzigt de structuren en het beheer van de I.T.U. grondig.

Op wereldschaal moet dit leiden tot een beter antwoord op de snelle evoluties in de telecommunicatiesector.

2. Doelstellingen van de I.T.U.

De doelstellingen van de I.T.U. worden opgesomd in de Stichtingsakte. Samengevat gaat het om het volgende :

­ het bevorderen van de internationale samenwerking tussen de lidstaten in verband met de verbetering en het rationeel gebruik van de telecommunicatiemiddelen;

­ het verlenen van technische bijstand aan ontwikkelingslanden en het mobiliseren van financiële en materiële middelen ten voordele van deze landen;

­ het bevorderen van de technische ontwikkelingen en hun efficiënte exploitatie ten voordelen van een zo ruim mogelijke voorziening in de samenleving;

­ de nieuwe technologieën voor iedereen toegankelijk maken;

­ het harmoniseren van de inspanningen van de lidstaten;

­ het samenwerken met andere regionale en intergouvernementele organisaties.

3. Functies van de I.T.U.

Om deze doelstellingen te realiseren heeft de I.T.U. een aantal functies, die ook vermeld staan in de Overeenkomst. In grote lijnen gaat het om de volgende activiteiten :

­ het toewijzen van de frequentiebanden van het radiospectrum en het registreren van alle frequentietoewijzingen en omloopbanen voor geostationaire satellieten. Hierdoor zullen mogelijke storingen tussen de stations in de lidstaten zoveel mogelijk worden vermeden;

­ het bevorderen en het verbeteren van het efficiënt gebruik van het frequentiespectrum;

­ het bevorderen van standaardisatie op wereldvlak;

­ het opzetten en of het deelnemen aan projecten die tot doel hebben telecommunicatie-uitrustingen en -netwerken in ontwikkelingslanden te voorzien;

­ het bevorderen van de samenwerking op het vlak van telecommunicatietarieven tegen de laagst mogelijke prijs, de hoogst mogelijke kwaliteit en met een gezond financieel beheer;

­ het bevorderen van het gebruik van telecommunicatiemiddelen voor de veiligheid (b.v. op zee, in de luchtvaart enz.);

­ het formuleren van studies, resoluties, aanbevelingen, publikaties ten voordele van de leden.

4. De structuur van de I.T.U.

De structuur van de I.T.U. wordt door de herziene overeenkomst eveneens aangepast en bestaat uit de volgende organen :

­ de Conferentie van Gevolmachtigden is het hoogste orgaan van de Unie. Deze Conferentie komt om de 5 jaar bijeen en bepaalt het algemeen beleid van de Unie;

­ de Raad bestaat uit 46 leden die gekozen worden door de Conferentie van Gevolmachtigden. De Raad komt jaarlijks bijeen en bepaalt het beleid tussen de Conferenties. De Raad bepaalt in het bijzonder het tweejaarlijks budget;

­ de eigenlijke telecommunicatie-activiteiten van de Unie werden georganiseerd in drie sectoren, namelijk de radio-, de standaardisatie- en de ontwikkelingssector. Opmerkelijk is dat niet alleen staten die lid zijn van de I.T.U. de dienst uitmaken in de verschillende sectoren, maar dat ook operatoren en fabrikanten betrokken worden bij de activiteiten van de sectoren. Dit zijn de zogenaamde « kleine » leden;

­ het personeel van de I.T.U. bestaat uit internationale ambtenaren aangevuld met al dan niet tijdelijke experten voor taken in de sectoren.

5. Financiering van de I.T.U.

De financiële middelen van de Unie bestaan uit vrijwillige bijdragen van de Lid-Staten. De Lid-Staten houden via hun financiële bijdrage een scherp toezicht op het financieel beleid van de Unie.

De herziene Stichtingsakte en Overeenkomst werd van kracht op 1 juli 1994.

Vervolgens benadrukt de minister het belang van de snelle instemming door het Parlement met het voorliggend wetsontwerp voor de B.I.P.T. (Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie) en voor België. Zolang de Stichtingsakte en de Overeenkomst van de Internationale Unie betreffende Televerbindingen door België niet wordt geratificeerd, kan België geen stemrecht hebben in de diverse organen van de Unie. Dit stemrecht is van groot belang om te kunnen handelen, om functies te kunnen waarnemen, enzovoort.

II. BESPREKING

Een lid wenst de juridische gevolgen voor België te kennen, zelfs na de ratificatie.

De Stichtingsakte en de Overeenkomst treden in werking op 1 juli 1994 voor de leden die vóór die datum hun oorkonde van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding zullen hebben neergelegd.

Artikel 52 (hoofdstuk IX, nr. 210) bepaalt echter dat na een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van de inwerkingtreding van deze Stichtingsakte en van de Overeenkomst, een ondertekend lid, dat geen bekrachtigings-, aanvaardings- of goedkeuringsoorkonde heeft neergelegd, niet meer bevoegd is om op enige conferentie van de Unie, op enige zitting van de Raad, op enige vergadering van de Sectoren van de Unie, noch bij enige raadpleging per brief overeenkomstig de bepalingen van deze Stichtingsakte en van de Overeenkomst te stemmen.

België heeft hoedanook de einddatum van 1 juli 1996 overschreden. Welke zijn de gevolgen hiervan ? Wordt België daardoor van de I.T.U. uitgesloten ?

De minister legt uit dat de concrete gevolgen voor België van het niet meer beschikken over stemrecht sedert 1 juli 1996, voorlopig onbestaande zijn, omdat gedurende het zomerreces geen vergaderingen van de studiegroepen, noch van de conferenties worden belegd.

Pas eind oktober van dit jaar zal opnieuw stemrecht moeten worden uitgeoefend, dit gedurende de wereldstandaardisatieconferentie. Daarop volgt nog een discussieforum met betrekking tot de persoonlijke mobiele communicatiesystemen.

Het zou zeer wenselijk zijn dat tegen dan het B.I.P.T. zijn stem zou kunnen uitbrengen en de eventuele slotakte mee kan ondertekenen.

Vanaf het ogenblik dat België de ratificatie van de overeenkomst notificeert bij de Internationale Unie betreffende Televerbindingen, krijgt België opnieuw stemrecht op alle niveau's.

Een lid wenst de raming van de baten voor België te kennen.

De baten zijn grosso modo tweeërlei. De Belgische industrie die activiteiten ontwikkelt op het vlak van de telecommunicatie heeft bepaalde belangen in de twee Bureaus van de I.T.U. : het Bureau dat zich bezighoudt met de standaardisatieproblematiek en het Bureau dat zich inlaat met de radiocommunicatie en meer bepaald met het beheer van het frequentiespectrum.

De begroting van het B.I.P.T. voorziet een jaarlijkse bijdrage van 40 miljoen.

De kwantificering van de baten is een onbegonnen zaak.

Er kan wel gesproken worden van een return voor België door het feit dat Belgacom, Alcatel, Telindus en een aantal andere Belgische ondernemingen rechtstreeks deelnemen aan de activiteiten van de twee Bureaus.

III. ARTIKELSGEWIJZE BESPREKING EN STEMMINGEN

Artikelen 1 en 2 worden zonder opmerkingen aangenomen bij eenparigheid van de 8 aanwezige leden.

Het wetsontwerp in zijn geheel is eenparig aangenomen (8 stemmen).


Vertrouwen wordt geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.

De Rapporteur,
Erika THIJS.
De Voorzitter,
Valère VAUTMANS.

IV. TEKST AANGENOMEN DOOR DE COMMISSIE ­­­

Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2

De Stichtingsakte en Overeenkomst van de Internationale Unie betreffende Televerbindingen en het facultatief Protocol inzake de verplichte beslechting van geschillen, opgemaakt te Genève op 22 december 1992 zullen volkomen uitwerking hebben.