1-347/2 | 1-347/2 |
4 JULI 1996
De minister van Buitenlandse Zaken legt uit dat het Verdrag van Lugano het gevolg is van een vraag van Zweedse, en later ook van Zwitserse zijde om tussen de landen van de Europese Vrijhandelsassociatie en de Lid-Staten van de Europese Gemeenschappen een verdrag tot stand te brengen met dezelfde grondstructuur als het E.E.G.-bevoegdheids- en executieverdrag van 1968 (Verdrag van Brussel).
Het Verdrag van Lugano is een « parallelverdrag » naast het Verdrag van Brussel, dat voor het overgrote deel niet van het Verdrag van Brussel afwijkt. Toetreding tot het Verdrag van Brussel zelf door niet-E.U.-Lid-Staten is immers uitgesloten, daar het hier een gemeenschapsinstrument betreft.
Het Verdrag van Lugano staat open voor ondertekening door alle E.U.- en E.V.A.-Lid-Staten. E.U. en E.V.A. zijn als zodanig niet formeel bij het Verdrag betrokken.
Het Verdrag van Lugano heeft tot doel één grote juridische en gerechtelijke ruimte tot stand te brengen tussen de E.U. en de E.V.A.-Lid-Staten. Beslissingen verleend in het kader van dit Verdrag zullen in principe met een minimum aan formaliteiten, en zonder dat het proces volledig opnieuw ten gronde dient overgedaan te worden, niet enkel in alle andere verdragsluitende staten worden erkend maar tevens uitvoerbaar zijn.
Artikelen 1 en 2 worden zonder opmerkingen eenparig aangenomen door de 11 aanwezige leden.
Het wetsontwerp in zijn geheel wordt eenparig aangenomen (11 stemmen).
Vertrouwen wordt geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.
De Rapporteur,
Patrick HOSTEKINT. |
De Voorzitter,
Valère VAUTMANS. |
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77, eerste lid, 6º, van de Grondwet.
Art. 2
Het Verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, het Protocol nr. 1 betreffende enkele onderwerpen van bevoegdheid, wijze van procederen en tenuitvoerlegging, het Protocol nr. 2 betreffende de eenheid in de uitlegging van het Verdrag, het Protocol nr. 3 betreffende de toepassing van artikel 57, de drie Verklaringen, en de Slotakte, opgemaakt te Lugano op 16 september 1988, zullen volkomen uitwerking hebben.