|
|
Klimaatbeleid - Verenigd Koninkrijk - Verplichte klimaatstresstest - Uitgifte van een groene obligatie - Gelijkaardige plannen in België
Verenigd Koninkrijk
beleid inzake klimaatverandering
opwarming van het klimaat
duurzame ontwikkeling
impactonderzoek
verslag over de werkzaamheden
centrale bank
uitgifte van effecten
obligatie
| 24/11/2020 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 24/12/2020) |
| 21/12/2020 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-879
Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: het klimaat en de milieudoelstellingen zijn een gedeelde uitdaging en verantwoordelijkheid.
In het Verenigd Koninkrijk (VK) maakte het kabinet via minister van Financiën Sunak enkele maatregelen bekend in functie van een ambitieus klimaatbeleid. De twee opmerkelijkste maatregelen betreffen een soort verplichte klimaatstresstest en de uitgifte van een groene obligatie.
Tegen 2025 zullen grote bedrijven en financiële instellingen in het VK de impact van hun activiteiten op het milieu en de inspanningen voor het klimaat openbaar moeten maken. Daarenboven zou het VK een specifieke obligatie uitgeven om zijn klimaatinvesteringen te financieren.
Daarom volgende vragen:
1) Heeft de geachte minister weet van de klimaatinitiatieven vanuit het Verenigd Koninkrijk?
2) Heeft de Belgische regering (gelijkaardige) plannen om een klimaatstresstest voor grote bedrijven en financiële instellingen in te voeren?
a) Waarom wel? Waarom niet?
b) Zo ja, op welke termijn?
3) Heeft de Belgische regering (gelijkaardige) plannen om een obligatie voor klimaatinvesteringen uit te geven?
a) Waarom wel? Waarom niet?
b) Zo ja, op welke termijn?
1) Ik ben op de hoogte van de klimaatinitiatieven van het Verenigd Koninkrijk. In de Europese Unie (EU) bestaan reeds vergelijkbare initiatieven. Ik verwijs naar de verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiële dienstensector (2019/2088, Disclosures Regulation), die financiële instellingen verplicht te rapporteren over hoe ze duurzaamheidsrisico’s integreren in hun investeringsbeslissingen en duurzame financiële producten. Daarnaast bestaat er de richtlijn met betrekking tot de bekendmaking van niet-financiële informatie (2014/95/EU, Non-Financial Reporting Directive, NFRD) die bepaalde grote bedrijven verplicht om jaarlijks te rapporteren over onder andere hun milieu-impact. In 2019 heeft de Commissie niet-bindende richtsnoeren gepubliceerd over hoe deze bedrijven best kunnen rapporteren over hun klimaatimpact, in lijn met de aanbevelingen van de Task Force on Climate-related Financial Disclosures (TCFD). De Commissie zal de komende maanden een voorstel doen om deze richtlijn en richtsnoeren te herzien, en mogelijk te verstrengen.
2) De Nationale Bank van België (NBB) speelt een belangrijke rol in dit dossier. De NBB werkt samen met de internationale autoriteiten rond deze problematiek, waarbij er momenteel scenario’s en methodologieën ontwikkeld worden en een aantal eerste pilootoefeningen worden uitgevoerd. De EBA (Europese Bankautoriteit) voert momenteel een vrijwillige piloot-sensitiviteitsanalyse uit, maar geen enkele Belgische kredietinstelling was bereid hieraan mee te werken. Op basis van de resultaten van deze analyse zal in 2021 of 2022 een uitgebreidere stress testoefening gedaan worden waar ook de grotere Belgische banken aan zullen meewerken. Ook de Europese Centrale Bank is momenteel bezig met het voorbereiden van zowel een macro- als een microprudentiële stress test die respectievelijk in 2021 en 2022 zullen uitgevoerd worden. Ook hier zullen Belgische banken bij betrokken worden. EIOPA (Europese autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) voert momenteel een sensitiviteitsanalyse uit omtrent transitierisico’s bij Europese verzekeringsondernemingen.
Naast deze internationale initiatieven heeft de Nationale Bank specifiek in België voornamelijk gewerkt op transitierisico’s van vastgoedblootstellingen van financiële instellingen. Door een gebrek aan informatie betreffende de energie-efficiëntie van de vastgoedblootstellingen bij de financiële instellingen is een dergelijke oefening echter bijzonder moeilijk. Idealiter zouden de instellingen toegang krijgen tot de gewestelijke EPC databanken voor al hun hypotheekleningen. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de toegang tot de gegevens van deze databank publiek beschikbaar, in Vlaanderen zal de toegang verleend worden, maar enkel voor nieuwe kredieten en in Wallonië is er voorlopig geen toegang tot deze gegevens.
3) Ik wijs erop dat de federale overheid in 2018 reeds een groene obligatie, of een groene OLO (obligation linéaire / lineaire obligatie), heeft uitgegeven, met een maturiteit van vijftien jaar. De initiële opbrengst in 2018 was 4,5 miljard euro, en we rekenen erop dat deze groene obligatie in 2021 de gewenste omvang van ruim 10 miljard euro bereikt. De groene OLO volgt de standaarden van de Green Bond Principles en de beste marktpraktijken inzake groene staatsobligaties. De opbrengsten van de groene obligatie worden enkel aangewend voor welbepaalde in aanmerking komende groene uitgaven, zoals die in het kader van de groene OLO werden gedefinieerd. Alle informatie hierover is te vinden op de website van het Federaal Agentschap van de schuld. Er zijn tot op heden nog geen concrete plannen voor de uitgifte van een volgende groene obligatie. Tot slot wijs ik erop dat de Europese Commissie waarschijnlijk in 2021 een voorstel voor verordening voor een EU Green Bond Standard zal publiceren, in een poging om de uitgifte van groene obligaties nog meer te standaardiseren.