Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-1757

van Julien Uyttendaele (PS) d.d. 16 september 2022

aan de vice-eersteminister en minister van Justitie en Noordzee

Gevangenissen - Drugs - Verslaving - Statistieken

strafgevangenis
verdovend middel
gezondheidsbeleid
strafstelsel
drugverslaving
officiële statistiek

Chronologie

16/9/2022Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 20/10/2022)
13/2/2023Antwoord

Vraag nr. 7-1757 d.d. 16 september 2022 : (Vraag gesteld in het Frans)

De hervorming van de gezondheidszorg voor gevangenen maakt deel uit van het regeerakkoord van 1 oktober 2020, maar op heden is het de centrale Dienst Gezondheidszorg van de Gevangenissen (DGZG) die de gezondheidszorg voor gevangenen organiseert en coördineert en er toezicht op uitoefent.

Zoals werd aangegeven in een jobaanbod voor een medisch-technische deskundige voor het Detentiecentrum van Saint-Hubert van 15 juli 2022 (zie https://www.actiris.brussels/fr/citoyens/detail offre d emploi/?reference=2810801&type=Internal) heeft de DGZG als opdracht de gezondheidszorg en psychiatrische zorg voor gevangenen te coördineren en zich te buigen over (psycho)medische vragen.

Op de website van de federale overheidsdienst (FOD) Justitie staat te lezen: «Het drugsbeleid in de Belgische gevangenissen wordt zo goed mogelijk afgestemd op het drugsbeleid in de vrije samenleving. Zowel voor personeel als gedetineerden vinden initiatieven plaats rond drugspreventie en informatie over drugs, schadebeperking, drugshulpverlening en controle en veiligheid. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met externe partners en twee regionale drugscoördinatoren die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling en de uitvoering van het drugsbeleid in de gevangenissen.» (zie https://justitie.belgium.be/nl/themas_en_dossiers/gevangenissen/leven_in_de_gevangenis/drugsbeleid).

In het kader van de basisopleiding krijgen gevangenisbewakers een cursus over drugs en het drugsbeleid in gevangenissen. Het betreft de kennis over drugs en over de effecten ervan, maar ook het omgaan met verslaafden, de drugsproblematiek en het drugsbeleid worden daarin besproken.

Naast de basisopleiding is er ook nog een bijscholingsaanbod inzake drugs. De opleiding wordt op aanvraag georganiseerd om tegemoet te komen aan specifieke vragen ter zake en om aan gevangenissen en het gevangenispersoneel «maatwerkopleidingen» te verschaffen over onderwerpen die verband houden met drugs (zie https://www.emcdda.europa.eu/system/files/publications/13236/TDAT20001ENN_web.pdf).

Sinds 2015 zijn jaarlijks ongeveer 400 nieuwe psychoactieve stoffen gedetecteerd en sinds 2009 zijn niet minder dan 57 nieuwe synthetische opioïden aangetroffen op de Europese drugsmarkt.

Volgens de website van de FOD Justitie toont onderzoek aan dat binnen de gevangenissen een gedetineerde op drie al illegale drugs heeft gebruikt. Na cannabis, komt het gebruik van heroïne en het oneigenlijk gebruik van medicijnen het meest voor.

In het kader van de afhankelijkheid van verslavende stoffen brengt het beginsel van zelfbeschikking met zich mee dat de betrokkene zelf kan kiezen om zich al dan niet te laten behandelen en met welke behandeling (zie https://www.grea.ch/sites/default/files/art6.pdf).

In de Belgische gevangenissen zouden 783 gedetineerden momenteel een substitutietherapie met opiaten volgen op basis van Buvidal (buprenorfine), methadon en Suboxone (buprenorfine/naloxon) of Subutex (buprenorfine).

De deelgebieden zijn bevoegd voor het beleid inzake preventieve gezondheidszorg en bijgevolg zijn deze vragen transversaal en is de Senaat bevoegd.

1) Graag kreeg ik van u voor de jaren 2019, 2020 en 2021 de volgende gegevens:

a) het totale aantal overdosissen binnen Belgische gevangenissen en het aantal overlijdens dat vermoedelijk of zeker aan een overdosis te wijten was;

b) of de instellingen waar er een dodelijke afloop is geweest al dan niet beschikten over geschoold personeel en over naloxon.

2) Kunt u ook aangeven:

a) hoeveel van de Belgische penitentiaire instellingen over naloxon beschikken en hoeveel van hun personeelsleden opgeleid zijn om het te gebruiken en toe te dienen;

b) welke hoeveelheden drugs, opgesplitst per soort drug, er in beslag genomen worden in de gevangenissen;

c) hoeveel gedetineerden een behandeling met opiaten op medisch voorschrift volgen?

3) Kunt u ook nog aangeven:

a) of de twee gewestelijke drugscoördinatoren die verantwoordelijk zijn voor het uitstippelen en uitvoeren van het drugsbeleid in de gevangenissen behouden worden, voor alle Gewesten;

b) door wie de opleiding met betrekking tot drugs georganiseerd wordt, door wie ze kan worden aangevraagd en hoe vaak ze wordt geactualiseerd;

c) aangezien de verklaring van drugsverslaving vrijwillig wordt gedaan, hoeveel gedetineerden de vragenlijst invullen, hoeveel er verklaren verslaafd te zijn bij hun intrede in de gevangenis, hoeveel een substitutietherapie willen volgen en hoeveel een afkickprogramma wensen;

d) hoeveel gedetineerden bij hun vrijlating gewag maken van een vorm van niet-meegedeelde verslaving tijdens hun opsluiting;

e) of een verklaring van drugsverslaving systematisch wordt afgenomen bij vrijlating;

f) wat de toestand is bij personen die in voorlopige hechtenis zitten?

Antwoord ontvangen op 13 februari 2023 :

1) a) & 1) b) De jaarcijfers met betrekking tot de overlijdens in de gevangenissen zijn geregistreerd, maar er zijn geen gegevens beschikbaar met betrekking tot de oorzaak van overlijden. Bijgevolg zijn er geen cijfers met betrekking tot de overdosissen in de gevangenissen. De belangrijkste reden voor het ontbreken van deze specifieke gegevens is dat het in principe niet de gevangenisadministratie is die beslist over het gevolg dat aan een sterfgeval in de gevangenis wordt gegeven. Als het openbaar ministerie twijfels heeft, is het niet ongewoon dat er autopsies en gerechtelijke opdrachten worden aangevraagd, maar de gevangenis wordt niet altijd op de hoogte gehouden van het resultaat, laat staan van de conclusies. In de bijlage vindt u de gegevens met betrekking tot de overlijdens in de gevangenissen die op jaarbasis worden verzameld:


Overlijden

Zelfmoorden

Totaal

2019

26

12

38

2020

26

16

42

2021

24

10

34

2) a) Naloxone is aanwezig in de noodkoffer van de lokale medische dienst in alle inrichtingen. In geval van overdosis kan naloxone enkel door de verpleegkundige of arts van de inrichting toegediend worden.

2) b) De drughonden van de federale politie (FedPol) voeren drugcontroles uit in kader van de samenwerkingsovereenkomst Fedpol en directoraat-generaal Penitentiaire Inrichtingen (DG EPI). De gegevens met betrekking tot de vondsten ten gevolge van deze controles worden geregistreerd door de FedPol.

2) c)

– een behandeling met opioïden (pijnbestrijding, zie lijst in bijlage 2):

• 2019-2021: geen gegevens;

• 2022: 475;

– een behandeling met opioïden (substitutiebehandeling):

• 2019: 780 (Suboxone: 520, methadon: 260);

• 2020: 724 (Suboxone: 458 methadon: 253, Buvidal: 13);

• 2021: geen gegevens – gegevensverzameling werd uitgesteld naar 2022 gelet op de sanitaire crisis en de overbelasting op de medische diensten;

• 2022: 783 (Suboxone: 468, methadon: 293, Buvidal: 22).

BIJLAGE 2 (jaar 2022)

Lijst van opioiden: gebaseerd op indeling Belgisch centrum voor farmacotherapeutische informatie:

3) a) Er is een drugscoördinator actief voor alle Belgische gevangenissen. Deze coördinator is de algemene coördinator voor alle penitentiaire inrichtingen om zo de samenhang en de afstemming van het algemene en geïntegreerde beleid op het gebied van drugs in de gevangenissen te waarborgen.

De administratie werkt samen met de Gewesten op het gebied van drugs in de gevangenissen.

Het Belgische penitentiaire drugbeleid betreft een globaal en geïntegreerd penitentiair drugbeleid gericht naar de vraagzijde en de aanbodzijde van de drugproblematiek in de gevangenissen. De fundamenten zijn in de ministeriële omzendbrief nr. 1785, 2006 beschreven en sluiten aan bij de beleidsverklaringen. Het Belgische penitentiaire drugbeleid wil evidence-driven zijn en ligt in lijn met de Europese Beleidsstrategie- en Actieplannen (Europese Raad).

3) b) Er is een module rond drugs voorzien in de basisopleiding. Daarnaast is er een voortgezette opleiding die gegeven wordt op vraag van de gevangenissen zelf en in de gevangenissen waar er een drugprogramma aangeboden wordt. De drugopleidingen worden georganiseerd door de penitentiaire opleidingsdienst.

3) c) Met verwijzing naar de studie van de federale overheidsdienst (FOD) Justitie waarnaar wordt verwezen in de inleiding van deze parlementaire vraag:

– in elke penitentiaire inrichting wordt steeds 10 % van de populatie bevraagd om representatieve uitspraken te kunnen formuleren;

– een op drie verklaart drugs te gebruiken tijdens detentie. De helft zijn regelmatige gebruikers (dagelijks of wekelijks) en doen dit om hun problemen te vergeten (coping). Een dergelijk grebruikerspatroon in combinatie met kwetsbare factoren in de gevangenispopulatie zorgt voor een oververtegenwoordiging van problematische gebruikers in de gevangenissen. Wetenschappelijk onderzoek bevestigt en vervolledigt (Fravril, 2019):

Psychiatrische stoornissen, psychische klachten en middelengebruik – alle indicatoren voor een slechte psychische gezondheid – blijken oververtegenwoordigd te zijn binnen de muren van de gevangenis (Andersen, 2004; Fazel e.a., 2016; Franke e.a., 2019, Fravril & Vanderlaenen, 2018). Een consistente bevinding is bijvoorbeeld dat psychiatrische stoornissen, inclusief verslaving, meer frequent zijn onder de populatie van gedetineerden dan wat men zou verwachten bij een vergelijkbare populatie buiten de gevangenis (Bebbington e.a., 2017; Butler e.a., 2006; Fazel & Danesh, 2002; Indign e.a., 2016; Prins, 2014).

3) d) Hierover zijn geen gegevens beschikbaar bij de diensten van het DG EPI. Het is mogelijk dat gedetineerden dit in het kader van de externe hulpverlening wel aankaarten.

3) e) Niet van toepassing.

3) f) Gedetineerden die opgesloten worden uit vrijheid, gaan binnen de vierentwintig uur op consultatie bij de arts van de gevangenis. Bij de anamnese komt het gebruik van drugs aan bod. Indien nodig, zal de arts een behandeling opstarten.

Ook detectie van drugs en preventie krijgt de nodige aandacht via diverse projecten, ook met externe partners.

Daarnaast is er ook aangetoond dat gebruikers in de gevangenis in aanraking kunnen komen met nieuwe producten. Ook dit verdient de nodige aandacht.

We zien dit bijvoorbeeld in kader van het toenemend gebruik van nieuwe psychoactieve drugs in gevangenissen en in het bijzonder synthetische cannabinoïden waarvan de meeste niet kunnen gedetecteerd worden aan de hand van urinetesten, of drughonden (EMCDDA & Europol, 2019, EMCDDA, 2022).

Dit leidt tot het experimenteren met deze nieuwe drugs die nog niet kunnen gedetecteerd worden en kunnen leiden tot de ontwikkeling van gezondheidsprobleem in gevangenissen.

Nieuwe synthetische drugs zijn veel goedkoper en gemakkelijk te maken. Dit kan leiden tot veiligheidsproblemen in gevangenissen: bevordert de illegale drughandel en criminele organisaties.

Deze nieuwe producten zijn gevaarlijker gezien ze een hoge potentie hebben en worden in verband gebracht met toenemend geweld in gevangenissen, hoge intoxicatie, ernstige gezondheidsrisico’s en drugsdoden (veiligheids- en gezondheidsprobleem).