Belastingen en heffingen - Inningspercentages - Oninbaar gestelde belastingen en heffingen - Overzicht - Inningscyclus - Kosten om bedragen te innen
inning der belastingen
officiële statistiek
5/3/2021 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/4/2021) |
28/4/2021 | Antwoord |
Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: de inkomsten van de federale overheid hebben een impact op de (gezamenlijke) overheidsfinanciën die voor de Europese Unie als één aanzien worden.
De federale overheid heeft de ambitie om belastingen en heffingen op een doeltreffende manier te innen.
Daarom volgende vragen:
1) Graag kreeg ik een overzicht van de inningspercentages van belastingen en heffingen door de federale overheid voor de afgelopen tien jaar. Graag kreeg ik:
– cijfer per jaar;
– cijfer per belasting of heffing.
2) Graag kreeg ik een overzicht van oninbaar gestelde belastingen en heffingen door de federale overheid voor de afgelopen tien jaar. Graag kreeg ik:
– cijfer per jaar;
– cijfer per belasting of heffing.
3) Hoe ziet de inningscyclus van de federale overheid eruit?
4) Welke kosten (bedrag) maakte de federale overheid afgelopen tien jaar om (niet) volledig betaalde bedragen aan heffingen en belastingen te innen? Graag kreeg ik:
– cijfer per jaar;
– cijfer per fase in de cyclus;
– cijfer per belasting of heffing;
– cijfer voor de inning van heffingen en belastingen die uiteindelijk oninbaar werden verklaard.
5) Hoe evalueert de geachte minister deze cijfers?
De meegedeelde gegevens betreffen het jaar 2014 en volgende. Om technische redenen (ingebruikname van een nieuwe informaticatoepassing voor de invordering van de belasting over de toegevoegde waarde – btw) is het niet mogelijk om de gevraagde gegevens van voor 2014 mee te delen.
In de tabellen worden volgende afkortingen gebruikt:
– Directe belastingen: DB;
– Vennootschapsbelasting: VenB;
– Personenbelasting: PB;
– Bedrijfsvoorheffing: BV;
– Administratieve boeten: AB;
– Belasting niet-inwoners / natuurlijke personen: BNI/np;
– Belasting niet-inwoners / rechtspersonen: BNI/rp;
– Belasting over de toegevoegde waarde: btw.
1) De tabellen hieronder vermelden voor elke belasting of voorheffing het ingekohierde bedrag per jaar, het inningspercentage (spontane betalingen op de vervaldag) en het invorderingspercentage (het tweede percentage bevat het eerste):
Vennootschapsbelasting:
|
Ingekohierd bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag) |
Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering) |
2014 |
5 340 375 106 |
66,83 % |
83,81 % |
2015 |
6 222 466 294 |
73,07 % |
88,20 % |
2016 |
9 161 374 252 |
62,41 % |
76,09 % |
2017 |
7 660 316 389 |
78,29 % |
93,58 % |
2018 |
7 697 686 196 |
76,43 % |
92,58 % |
2019 |
6 365 700 789 |
58,89 % |
74,77 % |
2020 |
5 395 018 074 |
60,26 % |
73,00 % |
Personenbelasting:
|
Ingekohierd bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag) |
Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering) |
2014 |
3 093 220 707 |
62,38 % |
92,43 % |
2015 |
3 961 019 811 |
67,98 % |
96,24 % |
2016 |
4 394 669 636 |
70,89 % |
97,08 % |
2017 |
4 406 643 490 |
72,81 % |
95,47 % |
2018 |
4 607 550 301 |
71,61 % |
95,26 % |
2019 |
5 041 561 535 |
71,38 % |
93,55 % |
2020 |
5 074 759 981 |
68,12 % |
84,05 % |
Administratieve boeten:
|
Ingekohierd bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag) |
Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering) |
2014 |
15 301 473 |
10,75 % |
66,19 % |
2015 |
21 440 707 |
13,52 % |
70,19 % |
2016 |
24 471 942 |
13,68 % |
71,61 % |
2017 |
25 584 776 |
12,48 % |
69,37 % |
2018 |
27 673 210 |
14,86 % |
69,18 % |
2019 |
24 235 989 |
19,26 % |
59,97 % |
2020 |
12 970 475 |
11,66 % |
39,55 % |
Belasting niet-inwoners / natuurlijke personen:
|
Ingekohierd bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag) |
Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering) |
2014 |
175 446 481 |
74,62 % |
97,78 % |
2015 |
180 957 007 |
78,64 % |
97,61 % |
2016 |
192 620 692 |
74,44 % |
97,02 % |
2017 |
193 029 091 |
74,12 % |
97,70 % |
2018 |
207 461 973 |
68,17 % |
93,96 % |
2019 |
215 908 972 |
68,49 % |
88,99 % |
2020 |
200 630 238 |
68,28 % |
87,99 % |
Belasting niet-inwoners / rechtspersonen:
|
Ingekohierd bedrag |
Inningspercentage(spontane betalingen op vervaldag) |
Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering) |
2014 |
48 871 254 |
53,66 % |
75,53 % |
2015 |
270 988 810 |
67,71 % |
92,49 % |
2016 |
135 641 083 |
80,76 % |
94,64 % |
2017 |
220 154 457 |
78,98 % |
95,70 % |
2018 |
203 596 256 |
56,33 % |
93,14 % |
2019 |
229 091 546 |
71,61 % |
87,92 % |
2020 |
223 588 764 |
24,66 % |
34,52 % |
Voor de bedrijfsvoorheffing en de btw, die te betalen zijn bij de aangifte, zijn de gegevens opgenomen in twee verschillende tabellen, de ene met de aangegeven bedragen, en de andere met de bedragen die werden opgenomen in een uitvoerbare titel (zie verduidelijking bij het antwoord op vraag 3)).
Aangegeven bedrijfsvoorheffing:
|
Aangegeven bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen) |
2014 |
43 135 152 537 |
99,09 % |
2015 |
43 246 075 590 |
99,14 % |
2016 |
43 270 010 997 |
99,28 % |
2017 |
45 142 973 180 |
99,25 % |
2018 |
45 401 761 743 |
99,28 % |
2019 |
45 033 336 330 |
99,26 % |
2020 |
45 251 269 552 |
99,05 % |
Ingekohierde bedrijfsvoorheffing:
|
Ingekohierd bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag) |
Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering) |
2014 |
519 040 188 |
59,16 % |
88,79 % |
2015 |
544 249 477 |
63,72 % |
89,22 % |
2016 |
447 595 060 |
66,37 % |
89,17 % |
2017 |
407 887 989 |
63,62 % |
88,75 % |
2018 |
403 125 300 |
63,58 % |
89,12 % |
2019 |
454 517 957 |
62,99 % |
85,68 % |
2020 |
472 293 896 |
18,41 % |
79,11 % |
Aangegeven btw:
|
Aangegeven bedrag |
Inningspercentage (spontane betalingen) |
2014 |
39 686 465 277 |
98,21 % |
2015 |
40 400 348 046 |
98,42 % |
2016 |
41 320 945 588 |
98,50 % |
2017 |
43 841 179 371 |
98,59 % |
2018 |
45 476 764 652 |
98,93 % |
2019 |
46 598 102 802 |
98,93 % |
2020 |
45 811 301 265 |
98,55 % |
btw (+ boeten) opgenomen in een uitvoerbare titel:
|
Bedrag opgenomen in een uitvoerbare titel |
Invorderingspercentage (betalingen na invordering) |
2014 |
1 738 375 148 |
64,44 % |
2015 |
2 477 162 492 |
62,31 % |
2016 |
1 563 581 398 |
63,56 % |
2017 |
1 559 001 150 |
67,24 % |
2018 |
1 510 978 361 |
59,94 % |
2019 |
2 377 558 563 |
59,37 % |
2020 |
2 576 196 272 |
37,51 % |
2) De tabel hieronder vermeldt per jaar de oninvorderbare bedragen voor elke belasting of voorheffing:
|
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
VenB |
679 808 923 |
415 868 785 |
521 086 306 |
770 202 613 |
572 407 213 |
515 618 190 |
533 590 158 |
PB |
163 077 360 |
91 254 906 |
166 675 747 |
139 816 854 |
127 266 594 |
119 057 408 |
105 502 088 |
BV |
69 363 667 |
43 005 775 |
61 558 190 |
64 433 674 |
56 802 918 |
57 527 493 |
51 490 732 |
AB |
6 326 812 |
3 080 814 |
3 994 743 |
4 659 306 |
4 849 558 |
5 308 031 |
8 834 291 |
BNI/np |
5 457 627 |
3 024 100 |
3 473 439 |
2 449 747 |
2 233 184 |
11 695 585 |
2 272 232 |
BNI/rp |
16 468 471 |
2 800 512 |
13 683 262 |
4 075 950 |
1 934 764 |
6 064 761 |
16 853 418 |
btw |
725 344 515 |
650 253 073 |
947 380 020 |
581 774 055 |
551 483 188 |
852 782 429 |
393 635 101 |
Totaal |
1 665 847 375 |
1 209 287 965 |
1 717 851 707 |
1 567 412 199 |
1 316 977 419 |
1 568 053 897 |
1 112 178 020 |
3) Het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schulden, dat in werking is getreden op 1 januari 2020, heeft de invordering binnen mijn administratie geharmoniseerd.
Uitgezonderd de btw en de bedrijfsvoorheffing maken de vermelde belastingen steeds het voorwerp uit van een inkohiering. Zij moeten betaald worden op de vervaldag vermeld in het verstuurde aanslagbiljet.
De btw en de bedrijfsvoorheffing moeten op periodieke vervaldagen gelijktijdig worden aangegeven en betaald. Bij gebrek aan een aangifte of betaling op deze periodieke vervaldagen, en na onderzoek, worden de bedragen inzake bedrijfsvoorheffing ingekohierd, of opgenomen in een innings- en invorderingsregister inzake btw. Vervolgens wordt er een aanslagbiljet (BV) of een betaalbericht (btw) verstuurd met vermelding van een vervaldag.
In geval van niet betaling van de fiscale schuld op de vervaldag wordt er een aanmaning tot betalen verstuurd ten vroegste tien dagen na de wettelijke vervaldag.
Wanneer vervolgens de fiscale schuld nog steeds niet is betaald, kan de gedwongen invordering ten vroegste één maand na de verzending van de aanmaning worden aangevat. De gedwongen invordering bestaat hoofdzakelijk uit vereenvoudigde beslagen onder derden in handen van de werkgever, de klanten, de banken en de notarissen (beslag op de sommen en waarden die deze onder zich houdt bij het verlijden van een akte). In functie van het dossier kan de invordering ook worden toevertrouwd aan een gerechtsdeurwaarder.
4) De tabel hieronder vermeldt de gemaakte kosten inzake directe belastingen (vennootschapsbelasting, personenbelasting, bedrijfsvoorheffing, administratieve boeten, belasting niet-inwoners / natuurlijke personen en belasting niet-inwoners / rechtspersonen) en inzake btw, per jaar:
|
DB |
btw |
Totaal |
2014 |
42 130 411,38 |
16 038 157,44 |
58 168 568,82 |
2015 |
35 446 096,93 |
12 450 976,79 |
47 897 073,72 |
2016 |
35 348 580,68 |
12 281 002,12 |
47 629 582,80 |
2017 |
34 502 743,74 |
12 735 323,80 |
47 238 067,54 |
2018 |
34 023 210,95 |
12 153 682,09 |
46 176 893,04 |
2019 |
33 450 873,64 |
9 190 745,64 |
42 641 619,28 |
2020 |
19 533 770,72 |
6 075 938,69 |
25 609 709,41 |
Het is niet mogelijk om deze kosten op te splitsen per afzonderlijke fase in de cyclus.
Ik benadruk dat mijn administratie geen enkele kost aanrekent voor het verzenden van de aanmaning tot betalen.
De tabel hieronder vermeldt de oninvorderbare kosten in hoofde van de schuldenaars voor de invordering van de directe belastingen, die jaarlijks ten laste werden genomen door de Belgische Staat:
2014 |
4 302 443,88 |
2015 |
3 383 244,88 |
2016 |
4 677 523,00 |
2017 |
4 306 624,28 |
2018 |
5 204 159,56 |
2019 |
5 010 009,46 |
2020 |
7 654 319,97 |
5) Deze cijfers kunnen als volgt worden geïnterpreteerd.
Het grootste deel van de belastingen wordt spontaan betaald, met een zeer hoog percentage voor de aangegeven bedrijfsvoorheffing en btw. De overige belastingen vertonen een lager en gevarieerd invorderingspercentage volgens de aard van de belasting (bijvoorbeeld het lagere invorderingspercentage van de administratieve boeten).
Het uiteindelijke invorderingspercentage bewijst het nut van de gedwongen invorderingsmaatregelen. Deze leiden achteraf nog tot de recuperatie van minstens de helft van de niet spontaan betaalde bedragen, zelfs nog meer inzake personenbelasting en de belasting niet-inwoners / natuurlijke personen (meestal is het percentage aan betalingen nog hoger dan 90 %).
Tenslotte, het gemiddelde jaarlijkse percentage van de oninvorderbare bedragen is relatief laag (zie hieronder).
|
Percentage oninvorderbaar |
VenB |
8,38 % |
PB |
2,98 % |
BV |
0,13 % |
AB |
24,43 % |
BNI/np |
2,24 % |
BNI/rp |
4,65 % |
btw |
1,55 % |
Totaal |
1,46 % |