Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1383

van Jean-Jacques De Gucht (Open Vld) d.d. 14 april 2017

aan de minister van Justitie

Ondersteuningsnetwerk van veroordeelde terroristen - Mogelijke rol als incubator voor terroristen - Bezoekrecht in gevangenissen - Veiligheid van de Staat

radicalisering
religieus conservatisme
terrorisme
extremisme
gedetineerde

Chronologie

14/4/2017Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 18/5/2017)
27/7/2017Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1382

Vraag nr. 6-1383 d.d. 14 april 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik verwijs naar mijn eerdere schriftelijke vragen nrs.6-822 en 6-1161 en uw antwoord op deze vragen.

Nu weten we dat diverse ondersteuningsnetwerken en "sympathisantenbewegingen" van veroordeelde terroristen via brieven, literatuur en giften met hen in contact staan. De Franse vzw Sanabil waarvan ondertussen geweten is dat zij zich schuldig maakten aan bekeringsdrang en het verheerlijken van terrorisme verzond aldus briefwisseling met minsten 20 gedetineerden in ons land, waarvan sommigen meerdere keren. Deze vzw richt zich actief tot voor terrorisme veroordeelde gedetineerden. Naast zogenaamde "religieuze bijstand" stelt deze organisatie giften ter beschikking van de veroordeelden en hun familie en dit onder de vorm van geld, kleren en religieuze salafistische lectuur. De organisatie had 750 leden vanuit 11 landen.

De Franse minister van Binnenlandse Zaken heeft per Decreet deze vzw laten ontbinden. De bestuurders van de vzw hebben huisarrest gekregen. Ik verwijs onder meer naar andere revelaties over contacten tussen leden van VZW Sanabil en Belgische terroristen voor dat er aanslagen werden gepleegd (cf. http://www.leparisien.fr/faits-divers/mouvements-d-argent-suspects-le-jour-des-attentats-28-10-2016-6261078.php). Ik verwijs tevens naar de dader van de aanslag tegen het Joods Museum (Mehdi Nemmouche), die zich expliciet via correspondentie tot Sanabil richtte om religieuze salafistische teksten te bekomen.

Uit uw antwoord op mijn vraag nr. 6-1161 blijkt er nog menige andere ondersteuningsnetwerken te zijn die zich richten tot veroordeelde haatpredikers en terroristen en deze blijken te opereren in bijna al onze buurlanden waarbij deze zoals we nu weten zich niet bepreken tot de landgrenzen.

Wat betreft het transversaal karakter van deze vraag: in het Vlaams regeerakkoord wordt er aandacht besteed aan het voorkomen van radicalisering en is er sprake van 'het oprichten van een cel met experten uit de diverse beleidsdomeinen om radicalisering te voorkomen, te detecteren en te remediëren, met één centraal aanspreekpunt en in samenwerking met andere overheden. De coördinatie van deze cel ligt bij het Agentschap Binnenlands Bestuur. Vooral wat betreft de proactieve aanpak en de handhaving vervult de federale overheid een sleutelrol. In de toekomst zal ook federale ambtenaar van de FOD Binnenlandse Zaken deel uitmaken van deze cel. Het betreft aldus een transversale Gewestaangelegenheid. Ik verwijs tevens naar het recente actieplan van de Vlaamse regering ter preventie van radicaliseringsprocessen die kunnen leiden tot extremisme en terrorisme.

Ik had dan ook graag een antwoord gekregen op de volgende aanvullende vragen:

1) Gezien onder meer Sanabil vanuit Frankrijk ook hun activiteiten naar ons land ontplooide is het belangrijk om in nauw overleg te staan met alle Europese landen om deze ondersteuningsnetwerken en sympathisanten van veroordeelde terroristen enerzijds snel in kaart te brengen en anderzijds tevens te voorkomen dat zij vanuit de buurlanden steunactiviteiten (giften, brieven, bezoeken, literatuur, internetfora) ontplooien naar de gedetineerden voor terrorisme in ons land toe en vice versa. Kan u gedetailleerd aangeven of er daadwerkelijk systematisch overleg is en zo ja, welke waren hiervan de concrete resultaten naar activiteiten en netwerken en groeperingen die steunactiviteiten ontplooien naar ons land toe?

2) Zijn er indicaties dat Sanabil niet alleen een ondersteuningsnetwerk is voor veroordeelde terroristen en haatpredikers maar bovendien ook in contact zou hebben gestaan met daders van aanslagen in België en Frankrijk en dit voor de aanslagen plaatsvonden? Werd deze vraag expliciet onderzocht door onze veiligheidsdiensten en zo ja, wat was het resultaat? Zo neen, waarom niet? Kan u dit in de mate van het mogelijke toelichten?

3) Beschikt u over aanwijzingen of informatie dat de VZW Sanabil in communicaties stond met gedetineerden in ons land en in Frankrijk die eenmaal ze vrij kwamen terroristische activiteiten ontplooiden in ons land? Zo ja, kan u dit toelichten?

4) Heeft u weet van ondersteuningsnetwerken voor veroordeelde terroristen die tevens blijken hand- en spandiensten te hebben gedaan voor toekomstige terroristen en aldus ook een incubator blijken te zijn van terrorisme en dit wat betreft aanslagen in ons land en/of het buitenland? Kan u dit toelichten?

5) Kan u aangeven of bezoekers van voor terrorisme veroordeelde gedetineerden alsook voormalige Syrië strijders die gedetineerd zijn in ons land gescreend worden en zo ja, welke zijn de criteria? Bestaan er hieromtrent bepaalde richtlijnen en kan u dit toelichten?

Antwoord ontvangen op 27 juli 2017 :

1) De Franse organisatie Sanabil is uiteraard goed gekend bij de Europese veiligheidsdiensten. Met haar quasi-exclusieve focus op gedetineerden met een (islamitisch-)terroristische achtergrond, trok zij sedert haar oprichting in 2010 uiteraard de aandacht van de gespecialiseerde diensten. De Veiligheid van de Staat (VSSE) heeft hier inderdaad geregeld berichten over uitgewisseld met haar Franse partnerdiensten, met name omdat de Franse organisatie van in het begin aandacht heeft gehad voor een aantal charismatische figuren van het Belgische jihadisme die in de gevangenis zaten in ons land, zoals bijvoorbeeld Nizar Trabelsi en Malika El Aroud. Deze informatie-uitwisseling maakt deel uit van de klassieke en langlopende inlichtingensamenwerking tussen België en Frankrijk.

2) De brieven die Sanabil aan gedetineerden bezorgt zijn doorgaans tamelijk onschuldig. Het betreft met de hand geschreven religieuze teksten uit de Koran en de soenna die zeker niet oproepen tot geweld, maar integendeel de gedetineerden oproepen de gevangenisstraf met geduld te accepteren.

3) Doorgaans start Sanabil de verzending van kopijen van haar brieven, gekopieerd door vrijwilligers (vaak kinderen) vanaf een standaardtekst op haar website, vanaf het moment dat een persoon opgesloten wordt in de gevangenis. Rond « terro »-gedetineerden is doorgaans heel wat media-aandacht, dus het vergt maar weinig opzoekingswerk om de adressen van gevangenissen te bekomen en de brieven vervolgens te verzenden.

4) De VSSE is alvast niet op de hoogte van concrete logistieke steun die Sanabil en haar leden aan veroordeelde terroristen zou hebben verleend. Het gaat doorgaans om morele steun.

5) In haar algemene opvolging van radicalisme in de Belgische gevangenissen houdt de VSSE toezicht op de bezoekers van de « terro »-gedetineerden (en geradicaliseerde gedetineerden). Dit toezicht gebeurt in samenspraak met het directoraat-generaal Penitentiaire Inrichtingen (DG EPI) en centrale directie van de Bestrijding van de zware en georganiseerde criminaliteit (DJSOC/Terro) van de federale politie. Om veiligheidsredenen kan geen verdere informatie worden geven over de criteria op basis waarvan de screening gebeurt.