Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9629

van Karl Vanlouwe (N-VA) d.d. 19 juli 2013

aan de minister van Justitie

de omzetting van de Europese dataretentierichtlijn en de garanties voor de privacy

nationale uitvoeringsmaatregel
telecommunicatie
provider
eerbiediging van het privé-leven
persoonlijke gegevens
opslag van gegevens
criminaliteit

Chronologie

19/7/2013Verzending vraag
12/12/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3823

Vraag nr. 5-9629 d.d. 19 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De federale regering werkt op dit moment aan de omzetting van een Europese richtlijn over dataretentie naar een nationale wet. Het voorontwerp stelt dat de telecomoperatoren verplicht zullen worden om gegevens bij te houden van wie met wie communiceert, wanneer hoe lang, via welke weg en vanaf welke plaats. Alles behalve de inhoud van het bericht dus. Maar de wet zou evenwel een belangrijke bedreiging zijn voor de privacy van de burger indien deze te abstract en dubbelzinnig blijft.

Het wetsvoorstel wil dat deze gegevens voor een jaar bewaard worden teneinde ze door onderzoeksrechters, procureurs, politie en staatsveiligheid opgevraagd kunnen worden. Het was de bedoeling van de Europese Commissie en de Raad van de Europese Unie om op deze manier het opsporen en het vervolgen van "ernstige criminaliteit" te vergemakkelijken.

Maar middenveldorganisaties zijn ongerust over de draagwijdte van de wet en stellen dat zij een verregaande inperking inhoudt van de persoonlijke levenssfeer van alle gebruikers van telecommunicatiediensten. Zo laat de Commissie het ook na het begrip "ernstige criminaliteit" nauwkeurig te omschrijven.

De voorgestelde dataretentiewet heeft op het eerste zicht enkele zorgwekkende raakvlakken met de heisa rond het Amerikaanse PRISM-project. Zo kwam in juni 2013 aan het licht dat de Amerikaanse telecomoperatoren miljoenen gegevens van telefoongesprekken, berichten en internetlogs aan de National Security Agency (NSA) overmaakte op een systematische manier zonder dat de burger er van op de hoogte was.

Het is ook twijfelachtig dat dataretentie zal helpen om criminaliteit op te lossen daar de echte criminelen werken via anonieme communicatiemiddelen en netwerken zoals TOR en proxy-servers. Daarnaast zal deze opslagplicht ook hogere communicatiekosten meebrengen die op de klant zullen gefactureerd worden.

In Duitsland werd de wet door het Duitse Hooggerechtshof verworpen omdat ze te weinig garanties bevatte om de privacy van de burgers te verzekeren. Het Europese Hof van Justitie moet zich eveneens nog over de wet uitspreken.

Mijn vragen aan de minister zijn

1) Hoe kan u garanderen dat de term "ernstige criminaliteit" voldoende omschreven wordt om het misbruik van de privacy van de burger te vermijden?

2) In hoeverre en op welke manier zal de burger verwittigd worden dat zijn data wordt bijgehouden?

3) In hoeverre wordt deze data al bijgehouden door de telecomoperatoren?

4) Welke instantie zal toezicht houden op de proportionaliteit in het opvragen van privédata? Hoe verloopt dit toezicht en wat zijn de gevolgen bij misbruik?

5) Welke parallellen bestaan er met de in het Verenigde Staten onder vuur liggende PRISM-programma waar eveneens privé-communicatiedata wordt overgedragen aan de National Security Agency?

6) Welke extra kosten zal de invoering van de dataretentiewet met zich meebrengen, zowel voor de telecomoperatoren, de overheid als de burger?

7) Hoe evalueert U de uitspraak van het Duitse Hooggerechtshof?

8) Tegen wanneer verwacht U een uitspraak van het Europese Hof van Justitie?

9) Heeft de omzetting van de Europese richtlijn nog zin aangezien de Europese richtlijn in 2014 herzien wordt door de Europese Commissie?

Antwoord ontvangen op 12 december 2013 :

Ik verwijs mijnheer de senator graag naar het antwoord dat werd gegeven op parlementaire vraag 5-9628 betreffende hetzelfde onderwerp.