Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9455

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 2 juli 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Landsverdediging

De cyberoorlogvoering

informatieoorlog
computercriminaliteit
defensiebeleid
geheime dienst

Chronologie

2/7/2013Verzending vraag
1/8/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3503

Vraag nr. 5-9455 d.d. 2 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het ministerie van Defensie in de Verenigde Staten maakte onlangs bekend het budget voor cyberoorlogsvoering te verhogen verhogen, en dat de offensieve capaciteiten die hiermee verbonden zijn zouden worden uitgebreid. Zo zouden ze bijvoorbeeld in staat zijn om een vijandige radar te verblinden of het uitschakelen van vijandige systemen. Dit kadert volgens defensie in de evolutie naar een nieuwe vorm van oorlogsvoering. De investeringen zouden hoognodig zijn aangezien landen als China, Rusland, Noord-Korea via het internet aanvallen uitvoeren en geheimen proberen te stelen. Zo zou bijvoorbeeld China zeer gerichte en agressieve cyberaanvallen uitvoeren tegen de VS, hoewel China dit officieel sterk ontkent.

Graag had ik de minister volgende vragen gesteld:

1) Deelt de minister de mening van de VS dat cyberoorlogsvoering een essentieel deel van vele toekomstige conflicten zal zijn?

2) Is er in ons land een apart budget voor cyber operaties? Indien ja, kunt u meedelen welk bedrag wordt vrijgemaakt voor dergelijke activiteiten?

3) Indien neen, waarom niet, gelet op bijvoorbeeld de Amerikaanse initiatieven?

4) Welke rol speelt ons land op internationaal vlak in deze problematiek?

5) Beschikt de Belgische Defensie over offensieve capaciteiten wat betreft cyberoorlogsvoering? Indien ja, kan de minister toelichten over welke offensieve capaciteiten ons land beschikt?

Antwoord ontvangen op 1 augustus 2013 :

Het geachte lid wordt verzocht hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen

1. Defensie is zich er van bewust dat cyberoorlogvoering een essentieel onderdeel van eventuele toekomstige conflicten kan en wellicht ook zal zijn.

2. en 3. Er is momenteel geen apart budget voor cyberoperaties. De cyberverdediging van Defensie wordt gefinancierd vanuit het algemeen budget Defensie.

4. De NAVO heeft een actieplan inzake cyberdefensie, waaraan België meewerkt. Ons land heeft een memorandum of understanding ondertekend met het oog op de uitwisseling van gegevens in dit domein.

De Europese Unie (EU) heeft geopteerd voor een beleid inzake cyberveiligheid dat het mogelijk maakt de inspanningen ter zake te coördineren. Voor bijkomende informatie verwijs ik u naar de eerste minister, die belast is met de coördinatie van de nationale strategie voor cyberveiligheid.

Defensie heeft ook een heel nauwe samenwerking met het Computer Emergency Response Team van de EU (CERT EU) en met het NATO Computer Incident Response Capability (NCIRC) van de NAVO

5. Binnen Defensie zijn er de laatste jaren aanzienlijke inspanningen geleverd om haar eigen cybercapaciteit te verbeteren, mede dankzij gerichte aanwervingen overigens. Ik heb daaromtrent het parlement reeds in het verleden ingelicht en ik ben het parlement trouwens ook dankbaar voor de steun die ik daarbij gekregen heb. Ik denk bijvoorbeeld aan de BIM-wet, de wet betreffende de methoden voor het verzamelen van gegevens door inlichtingen- en veiligheidsdiensten, waarvan de totstandkoming in mijn Politieke Oriëntatienota van juni 2008 was opgenomen als beleidsdoelstelling. Overeenkomstig een oude aanbeveling van het Vast comité van toezicht op de Inlichtingendiensten geeft de BIM-wet aan de Militaire Inlichtingendienst expliciet de bevoegdheid om in het kader van cyberaanvallen op informatica- en verbindingssystemen van Defensie de aanval te neutraliseren en de daders te identificeren. Defensie beschikt momenteel over een basiscapaciteit voor Cyber Defence en voorziet momenteel geen offensieve cyber capaciteiten. De Cyber Defence cel is geïntegreerd in de algemene Dienst Inlichting en Veiligheid.