Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5381

van Mieke Vogels (Groen) d.d. 27 januari 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken

Tweede verblijf - België - Buitenland - Heffingen en tarieven - Intresten en kapitaalaftrek

tweede woning
grondbelasting
officiële statistiek
belastingaftrek
krediet op onroerende goederen

Chronologie

27/1/2012Verzending vraag
16/4/2012Antwoord

Vraag nr. 5-5381 d.d. 27 januari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Tweede verblijven zijn private woningen waar geen domicilie gevestigd is op het adres. In verschillende gemeenten zijn deze opgenomen in het belastingskohier op tweede verblijven. Het gaat om onroerende goederen zoals appartementen, villa's, bungalows, woonhuizen en studio's die niet gebruikt worden voor beroepsdoeleinden en waar de eigenaars niet ingeschreven zijn in het bevolkingsregister van de gemeente.

Kan de geachte minister mij antwoorden op volgende vragen:

1) Hoeveel tweede verblijven zijn er in België (aantallen per gemeente)?

2) Hoeveel tweede verblijven die in het bezit zijn van in België gedomicilieerde Belgen zijn in het buitenland gelegen (aantallen per land)?

3) Wat zijn de verschillende tarieven en heffingen op de tweede verblijven? (tarieven per gemeente)

4) Hoeveel onroerende goederen als tweede of meerdere verblijf bezitten particulieren in België? Wat is de onderverdeling (geanonimiseerd), gaande van nul tot het hoogste aantal onroerende bezittingen, die particulieren bezitten?

5) Hoeveel Belgen genieten van een gewone intrest en kapitaalsaftrek voor hun woning die niet hun enige woning is? Voor welk bedrag worden er kosten ingebracht voor afbetaling van gewone intresten en kapitalen op een tweede of meerdere woning die niet de eigen woning is? Hoeveel kost die intrest- en kapitaalsaftrek een tweede of meerdere woning die niet de eigen woning is aan de Belgische overheid?

Antwoord ontvangen op 16 april 2012 :

1+4. De fiscale administratie beschikt niet over expliciete detailgegevens met betrekking tot het aantal tweede verblijven in België. Voor precieze gegevens ter zake dient U zich te wenden tot de lokale overheden en/of hun voogdijoverheden.

Niettemin kan ik u toch een aantal preciseringen ter zake mededelen. De bovenbedoelde tweede verblijven dienen, net als de gebouwen verhuurd aan natuurlijke personen voor niet-professionele doeleinden en deze verhuurd aan rechtspersonen die geen vennootschap zijn, met het oog op de terbeschikkingstelling ervan als woning aan natuurlijke personen, te worden vermeld in de codes 1106-58 en 2106-28 van de aangifte in de personenbelasting. 

In de onderstaande tabel vindt u een overzicht van de inkohieringsstatistieken met betrekking tot het aantal personen die onroerende goederen hebben aangegeven. De nuttige fiscale gegevens voor het aanslagjaar 2010 zijn opgenomen in de aangifte in de personenbelasting onder de codes 1106-58 en 2106-28. Er is tevens een opsplitsing gemaakt per gewest. 




aantal belastingplichtigen die deze code hebben ingevuld in hun aangifte

bedragen die werden ingevuld door de belastingplichtigen in hun aangifte

EI 2010

Vlaams Gewest

belastingplichtige

274.458

270.915.672,60


echtgenoot

158.333

129.133.603,27


Brussels Hoofdstedelijk Gewest

belastingplichtige

53.639

78.925.203,58


echtgenoot

21.412

24.656.874,25


Waals Gewest

belastingplichtige

164.745

147.516.411,49


echtgenoot

78.794

57.610.849,36

2. Voor deze vraag verwijs ik naar mijn antwoord op parlementaire vraag nr. 106 van 16 januari 2012, gesteld door de heer Dirk Van der Maelen. In dat antwoord vindt u het aantal rijksinwoners die buitenlandse onroerende inkomsten hebben aangegeven voor “niet voor uw beroep gebruikte gebouwen, materieel en outillering”, evenals de bijhorende bedragen voor het aanslagjaar 2010.

3. Het geachte lid zal zich hiervoor moeten wenden tot de lokale overheden en/of de voogdijoverheden.

5. De onderstaande tabellen bieden u, voor het aanslagjaar 2010, een overzicht van respectievelijk:

- het aantal belastingplichtigen die in hun aangifte in de personenbelasting interesten hebben vermeld die uitsluitend recht geven op een gewone interestaftrek (codes 1146-18 / 2146-85 van de aangifte). Tevens wordt het aantal belastingplichtigen waaraan de gewone interestaftrek effectief werd toegekend alsook het bedrag van de toegekende aftrek opgenomen,

- het aantal belastingplichtigen die in de aangifte voor aanslagjaar 2010 de codes  1358-97 / 2358-67, 1359-96 / 2359-66 en 1360-95 / 2360-65 hebben ingevuld met betrekking tot de belastingvermindering voor het langetermijnsparen (deel kapitaalaflossingen) en de aangegeven bedragen,

-  de effectief toegekende belastingvermindering voor het langetermijnsparen met betrekking tot de bovenvermelde kapitaalaflossingen en dit opgesplitst per gewest.




aantal belastingplichtigen die code 1146-18 / 2146-85 hebben ingevuld in hun aangifte

bedragen die werden ingevuld door de belastingplichtigen in hun aangifte

aantal van de geviseerde belastingplichtigen waaraan de gewone interestaftrek effectief werd toegekend

effectief toegekende gewone interestaftrek

EI 2010

Vlaams Gewest

belastingplichtige

530.120

1.079.485.141,06

526.084

585.560.604,44

echtgenoot

254.305

411.473.583,83

247.379

230.776.207,74

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

belastingplichtige

64.015

230.992.508,61

63.616

140.701.623,14

echtgenoot

25.527

74.860.683,68

24.644

45.020.193,78

Waals Gewest

belastingplichtige

317.613

633.468.011,26

315.821

328.230.965,91

echtgenoot

136.100

214.622.946,98

131.198

113.617.243,14




aantal belastingplichtigen die code 1358-97 / 2358-67 hebben ingevuld in hun aangifte

bedragen die werden ingevuld door de belastingplichtigen in hun aangifte

aantal belastingplichtigen die code 1359-96 / 2359-66 hebben ingevuld in hun aangifte

bedragen die werden ingevuld door de belastingplichtigen in hun aangifte

aantal belastingplichtigen die code 1360-95 / 2360-65 hebben ingevuld in hun aangifte

bedragen die werden ingevuld door de belastingplichtigen in hun aangifte

EI 2010

Vlaams Gewest

belastingplichtige

81.598

229.746.040,14

699

1.508.556,94

904

2.308.444,61

echtgenoot

48.924

98.602.977,12

381

576.885,38

497

776.471,05

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

belastingplichtige

13.648

48.862.574,21

42

121.276,86

125

365.239,54

echtgenoot

5.916

15.058.280,56

14

18.475,59

40

74.597,19

Waals Gewest

belastingplichtige

46.906

136.344.723,59

518

1.159.283,51

639

1.720.595,95

conjoint – echtgenoot

23.637

49.584.746,66

227

383.474,42

300

573.511,29


effectief toegekende belastingvermindering voor het lange termijnsparen met betrekking tot de kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen

Vlaams Gewest

44.118.226,41

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

21.973.798,47

Waals Gewest

5.879.505,12