Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-502

van Karl Vanlouwe (N-VA) d.d. 10 december 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen

Zuid-Soedan - Referendum - Onafhankelijkheid - Erkenning en steun van België

Soedan
nationale onafhankelijkheid
erkenning van een staat
Zuid-Sudan

Chronologie

10/12/2010Verzending vraag
24/2/2011Antwoord

Vraag nr. 5-502 d.d. 10 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In januari 2011 krijgt de Zuid-Soedanese bevolking de mogelijkheid om in een referendum voor onafhankelijkheid te kiezen. Sinds Soedan bijna een halve eeuw geleden de onafhankelijkheid verkreeg van Egypte, werd de zwarte, christelijke bevolking in het zuiden bloedig onderdrukt door het islamitische en Arabische noorden. Afrika's langst durende burgeroorlog heeft het leven gekost aan 2,5 miljoen mensen en miljoenen mensen op de vlucht gedreven.

In 2005 werd een vredesverdrag ondertekend, waarbij in een grote mate van autonomie werd voorzien voor Zuid-Soedan en waarin, onder druk van het Westen, ook de mogelijkheid voor de oprichting van een eigen, soevereine staat werd opgenomen. Toch blijft de vraag of de regering in Khartoem, onder leiding van president Omar al-Bashir, de onafhankelijkheid zal erkennen als, zoals wordt verwacht, een overgrote meerderheid van de Zuid-Soedanezen hiervoor zal kiezen. Tegen president Bashir loopt trouwens een internationaal aanhoudingsbevel, uitgevaardigd door het Internationaal Strafhof in Den Haag, voor zijn verantwoordelijkheid voor de genocide in de West-Soedanese regio Darfoer.

Het afwijzen van het referendum door het noorden zou in Zuid-Soedan een bloedige reactie kunnen veroorzaken, die de hele regio zou betrekken. In het verleden heeft president Bashir al een beroep gedaan op de Lord's Resistance Army uit het naburige Oeganda om de rebellie in het zuiden te fnuiken. De vraag blijft dan ook of de internationale gemeenschap de nieuwe Staat zal erkennen. Sommige lidstaten van de Afrikaanse Unie (AU) vrezen dat dit een kettingreactie op het vlak van onafhankelijkheidsstreven tot gevolg zal hebben.

Ook als de overgang naar een nieuwe Staat vreedzaam verloopt, zal de Zuid-Soedanese bevolking grotendeels afhankelijk blijven van internationale steun. Volgens het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties zijn meer dan anderhalf miljoen Zuid-Soedanezen voor hun voedselbedeling rechtstreeks afhankelijk van hulp. Als ingesloten staat, zonder toegang tot de open zee, zal het in zijn economische ontwikkeling aangewezen zijn op internationale steun.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Heeft de minister, in het kader van het Europees voorzitterschap, de mogelijke onafhankelijkheid van Zuid-Soedan aangekaart met andere Europese regeringsleiders?

Zo ja, welke beslissingen werden genomen?

2) Zal België, mocht het referendum het zo bepalen, een nieuwe Zuid-Soedanese Staat erkennen? Zal België de onafhankelijkheid bovendien ook verdedigen op internationale fora?

3) Heeft België al contacten met de Zuid-Soedanese autoriteiten en hoe kan ons land de nieuwe Staat bijstaan in haar economische ontwikkeling en in de opbouw van een democratisch functionerende rechtsstaat?

Antwoord ontvangen op 24 februari 2011 :

1) Ja, op de Raad Buitenlandse Zaken die in de tweede jaarhelft vijf keer is bijeengekomen, stond Soedan drie keer op de agenda. Telkens keurden de ministers bij die gelegenheid terzake Raadsbesluiten goed, waarin de Europese Unie (EU)-standpunten met betrekking tot Soedan verduidelijkt worden.

2) België wenst, net als de EU en meer in het algemeen de internationale gemeenschap, dat het referendum zoals dat voorzien wordt door het “alomvattende vredesakkoord” (CPA), correct en vreedzaam verloopt, en dat de betrokken partijen het resultaat ervan erkennen. Indien deze voorwaarden vervuld worden en indien inderdaad de vereiste meerderheid van Zuid-Soedanezen zich voor onafhankelijkheid uitspreekt, staat in principe niets een erkenning van een nieuwe Zuid-Soedanese Staat in de weg.

3) Ik heb reeds contacten gehad met de Zuid-Soedanese autoriteiten: in juli van dit jaar had ik in Brussel een gesprek met de heer Pagan Amum, de Zuid-Soedanese minister van Vrede en CPA-Implementatie. Ook heeft de Zuid-Soedanese regering sinds enkele jaren reeds een eigen verbindingskantoor in Brussel. Tot slot kan ik u mededelen dat België sedert de ondertekening van het CPA in 2005 reeds verscheidene projecten van capaciteits- en vredesopbouw voor Zuid-Soedan heeft gefinancierd of mede gefinancierd.