Schriftelijke vraag nr. 5-2892

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 27 juli 2011

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste Minister

Verkeersboetes - Verdeling per gewest - Evolutie 2006-2010

wegverkeer
overtreding van het verkeersreglement
geografische spreiding
officiële statistiek
geldboete

Chronologie

Vraag nr. 5-2892 d.d. 27 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In 2010 betaalden de Belgen gezamenlijk 370 miljoen euro aan verkeersboetes. Ik ondervroeg de minister van Financiën over de evolutie en de verdeling van dit bedrag per gewest. De minister moest mij echter het antwoord schuldig blijven over het aantal uitgeschreven boetes.

Vandaar de volgende vragen:

1) Hoe evolueerde het aantal jaarlijks uitgeschreven verkeersboetes in de periode 2006-2010? Hoe duidt en evalueert de geachte staatssecretaris deze ontwikkelingen?

2) Over welke soort verkeersboetes gaat het hier, hoe liggen de verhoudingen tussen deze boetes en hoe evolueerden deze verhoudingen in de periode 2006-2010? Hoe duidt en evalueert hij deze ontwikkelingen?

3) Kan hij mij informeren over het aandeel van de gewesten in de jaarlijks uitgeschreven verkeerboetes in de periode 2006-2010? Hoe duidt hij deze cijfers en ontwikkelingen, welke conclusies kan men hieruit trekken?

4) Wat is het aandeel van onmiddellijke inningen per gewest voor de periode 2006-2010? Wat is het aandeel van boetes die achteraf per overschrijving worden geïnd per gewest voor de periode 2006-2010? Wat is het aandeel per gewest voor de periode 2006-2010 van mensen die weigerden hun boete te betalen en waarbij het tot een rechtszaak is gekomen? Hoe duidt hij deze cijfers en ontwikkelingen, welke conclusies kan men hieruit trekken?

Antwoord ontvangen op 5 september 2011 :

Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden:

1. De opbrengst van alle boetes in België voortkomende uit onmiddellijke inningen, minnelijke schikkingen en veroordelingen en waarvan het grootste deel bestaat uit verkeersboetes, is de volgende:

Bron: Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën

De hierna volgende gegevens hebben enkel betrekking op de door de politie voorgestelde onmiddellijke inningen (OI). Voor minnelijke schikkingen, voorgesteld door het openbaar ministerie, of geldboetes, uitgesproken door de rechter, moet Justitie worden bevraagd.

De geïntegreerde politie (Centrex) heeft de volgende gegevens ter beschikking:

Gegevens voor 2006 en 2010 zijn (nog) niet beschikbaar. De stijging over de jaren heen is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de stijging van het aantal snelheidsovertredingen.

2. De geïntegreerde politie (Centrex) heeft voor bovengenoemde onmiddellijke inningen een opdeling gemaakt naar gelang de overtreding waarvoor de onmiddellijke inning werd voorgesteld:

De tabel geeft weer dat het merendeel van de onmiddellijke inningen wordt voorgesteld voor snelheidsovertredingen (met significante stijging doorheen de drie jaren), op geruime afstand gevolgd door parkeerovertredingen, vervolgens door bellen achter het stuur (lichte stijging), het niet dragen van de gordel en roodlichtnegatie (lichte daling voor deze twee laatste overtredingen).

3. De geïntegreerde politie (Centrex) heeft voor bovengenoemde onmiddellijke inningen een opdeling gemaakt voor de gewesten:

68,5% van de opbrengsten van de geïnde OI komen uit het Vlaams Gewest, 22,5 % uit het Waals Gewest en 10 % uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De verschillen tussen de Gewesten hebben te maken met het verkeersvolume en de pakkans, die in Vlaanderen hoger is omwille van het groot aantal onbemande snelheidscamera’s.

4. De geïntegreerde politie (Centrex) deelt de volgende gegevens mee betreffende het aandeel van het aantal onmiddellijke inningen per gewest:

Niet-betaalde OI worden door de politie overgemaakt aan het Parket, dat daaropvolgend een minnelijke schikking voorstelt en, bij niet-betaling ervan, vervolgt voor de politierechtbank. Gegevens over het aantal minnelijke schikkingen en veroordelingen en opbrengsten daarvan, eventueel per Gewest, dienen te worden gevraagd aan Justitie.

De geïntegreerde politie (Centrex) beschikt wel over gegevens over het aantal niet-betaalde onmiddellijke inningen (met inbegrip van de laattijdige of niet-correcte betalingen)

De betalingsbereidheid voor onmiddellijke inningen (82 %) ligt vrij hoog, maar in absolute cijfers geeft dit aanleiding tot een overbelasting van de parketten en de rechtbanken. Voorstellen tot een versnelde afhandeling van verkeersovertredingen, met inbegrip van de “omkering van het initiatief” en de gedwongen uitvoering van de onmiddellijke inningen en minnelijke schikkingen zijn op dit ogenblik in voorbereiding.