Version à imprimer bilingue Version à imprimer unilingue

Question écrite n° 5-10096

de Fatiha Saïdi (PS) du 15 octobre 2013

à la secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjointe à la ministre de la Justice

Demandeurs d'asile en provenance de Syrie - Protection subsidiaire - Statut de réfugié

Syrie
asile politique
demandeur d'asile
réfugié
statistique officielle

Chronologie

15/10/2013Envoi question
14/11/2013Réponse

Question n° 5-10096 du 15 octobre 2013 : (Question posée en français)

Na afloop van de ministeriële conferentie te Genève over de humanitaire crisis veroorzaakt door het conflict in Syrië, hebben zeventien landen zich bereid verklaard Syrische vluchtelingen op te vangen. België komt niet op die lijst voor.

De buurlanden van Syrië vangen momenteel meer dan twee miljoen vluchtelingen op, waarvan er 10.000 als bijzonder kwetsbaar worden beschouwd. Die landen kunnen de toevloed moeilijk aan en de vluchtelingen leven in erbarmelijke omstandigheden.

Enkele van de mensen die gevlucht zijn om hun leven te redden, zijn erin geslaagd om na een echte lijdensweg Europa en België te bereiken.

De asielaanvragers uit Syrië komen uit alle gemeenschappen en alle sociale groepen. Het zijn zowel deserteurs als opposanten, zowel artsen als kleine zelfstandigen.

België heeft, zoals u in september aankondigde, al een inspanning gedaan door in 2011 aan 41 personen, in 2012 aan 480 personen en de eerste acht maanden van 2013 aan 895 personen een verblijfsrecht toe te kennen. Die aantallen zijn echter zeer laag als men ze vergelijkt met de twee miljoen vluchtelingen die in Irak, Jordanië, Libanon, Turkije en Egypte moeten overleven.

Deze inspanning moet des te meer worden gerelativeerd omdat de personen afkomstig uit Syrië niet het statuut van vluchteling krijgen, maar de subsidiaire beschermingsstatus, in tegenstelling tot de aanbeveling van de Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties. Dat is een belangrijke nuance, want de rechten die eruit voortvloeien zijn helemaal niet dezelfde.

Mevrouw de staatssecretaris, kunt u me een raming geven van het aantal asielaanvragen per jaar dat sinds het begin van de Syriëcrisis in België werd ingediend en het aantal toegekende statuten van vluchteling en van subsidiaire bescherming, zowel in cijfers als procentueel?

Réponse reçue le 14 novembre 2013 :

L'honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.

Le nombre de demandes d’asile introduites en Belgique par des ressortissants syriens s’élevait en 2011 à 555 (dossiers), en 2012 à 793 et durant les neuf premiers mois de 2013 à 642. Soit un total de 1 990 demandes d’asile introduites de janvier 2011 à fin septembre 2013 (ce qui correspond à 2 461 personnes).

Pendant cette période, le Commissariat général aux réfugiés et aux apatrides (CGRA) a pris 235 décisions de reconnaissance de la qualité de réfugié et 1 263 d'octroi du statut de protection subsidiaire, ce qui revient à 1 498 décisions offrant la protection. Le taux de protection est actuellement d'environ 95 %.

Pendant cette période, 13 décisions de refus/ exclusion/ renonciation ont été prises par le CGRA.

Le CGRA considère qu'il y a en ce moment, dans le chef de chaque demandeur d'asile syrien, un besoin de protection et que le retour n'est pas possible. Les décisions de refus qui ressortent des statistiques ne concernent que des situations très spécifiques où il est question de fraude à la nationalité; ou de personnes qui ne se sont pas présentées à l'audition au CGRA; ou de situations dans lesquelles on a constaté que le réfugié s'était rendu coupable de crimes graves qui, selon l'article 1F de la convention relative au statut des réfugiés, entraînaient l'exclusion de ce statut.