Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10052

van Jean-Jacques De Gucht (Open Vld) d.d. 8 oktober 2013

aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden

Democratische Republiek Congo - Onderzoek Europese Rekenkamer - Ontwikkelingshulp - Efficiëntie - REJUSCO-programma

Democratische Republiek Congo
ontwikkelingshulp
bilaterale hulp
Europese Rekenkamer

Chronologie

8/10/2013Verzending vraag
29/11/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10051

Vraag nr. 5-10052 d.d. 8 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De afgelopen jaren is minstens 1 miljard euro aan EU-steun verloren gegaan in de Democratische Republiek Congo (DRC). Dat meldden controleurs van de Europese Rekenkamer in Luxemburg gisteren in een rapport. De controleurs hebben 16 verschillende projecten geëvalueerd die tussen 2001 en 2013 plaatsvonden in Congo, ter waarde van ongeveer 1,9 miljard euro. Eén van de doorgelichte projecten betreft het REJUSCO-programma waarin ons land participeerde ten belope van 3,7 miljoen euro. Het betrof een programma ter ondersteuning van de rechterlijke macht, wat een meer dan terechte bezorgdheid is. Jammer genoeg moest het programma vroegtijdig worden stopgezet wegens de te grote hoeveelheid aan procedures, de "moeilijke omgeving" en de slechte dialoog tussen de partners en de overheid. De doelstellingen waren luidens het rapport veel te ambitieus en werden slechts gedeeltelijk bereikt. Vooral wat betreft de duurzaamheid van de resultaten zijn er geen garanties, gelet op het te beperkte nationale budget voor Justitie in Congo en de structurele zwakheden in de administratie en het gebrek aan politieke steun voor de hervormingen van het justitieel apparaat.

Ik heb dan ook volgende vragen :

1) Hoe reageert u op de vaststellingen van de Rekenkamer wat betreft REJUSCO? Deelt u de door hen geformuleerde kritiek en kunt u dit punt per punt overlopen?

2) Welke concrete lessen heeft Ontwikkelingshulp getrokken uit het falen van REJUSCO? Hoe passen we dit toe in de nieuwe projecten ter ondersteuning van de rechtstaat?

3) Hoeveel geld heeft ons land daadwerkelijk in het project gestoken en klopt de stelling dat dit geen duurzaam resultaat heeft opgeleverd? Kunt u gedetailleerd toelichten?

Antwoord ontvangen op 29 november 2013 :

1. Het Programma “Restauration de la justice à l’Est du Congo” (REJUSCO) had als doelstelling in de oostelijke provincies van de Democratische Republiek Congo (DRC)de functionele capaciteit van de rechtspraak en de werking van justitie te versterken om de strijd aan te binden tegen straffeloosheid en om ervoor te zorgen dat de rechtspleging op een eerlijke en billijke wijze verloopt. Door te voorzien in de nodige rechtsbescherming (monitoring van rechtsgedingen en detentiecentra) en de bevolkingen van de oostelijke provincies bewust te maken van hun rechten en plichten, beoogde REJUSCO het vertrouwen in het rechtsstelsel te bewerkstelligen. De Europese Rekenkamer vestigt de aandacht op de complexiteit van het programma, de verschillende procedures die moesten worden toegepast, de moeilijke omgeving en de onvolmaakte dialoog tussen de donoren van het programma en de Congolese overheid. Maar de Rekenkamer komt desondanks tot de vaststelling dat het programma heeft bijgedragen tot de versterking van de functionele capaciteiten van de gerechtshoven. Stellen dat 1 miljard euro aan Europese unie (EU)-steun is verloren gegaan, heeft geen enkele basis. Het rapport betreft 16 programma’s die in totaal 395,42 euro gekost hebben. De Europese Rekenkamer stelt vast dat de programma's allemaal pertinent waren, dat wil zeggen aan duidelijke noden beantwoordden, de beoogde resultaten slechts in beperkte mate gerealiseerd werden en dat er geen waarborgen zijn inzake duurzaamheid van de gefinancierde programma’s. Interventies in DRC moeten zo weinig mogelijk afhankelijk zijn van veronderstelde gunstige evoluties in de context. Ze moeten haalbaar zijn in de actuele en reële context. Dit leidt dan vanzelf tot minder ambitieuze doelstellingen. De donoren zitten hier in een continu leerproces.

2. De ondersteuning van het REJUSCO-programma werd uitgevoerd van 2006 tot 2010 en de voorbereiding van het programma dateert van 2005. Het nieuwe programma, “UHAKI SAFI”, dat door de Commissie wordt uitgevoerd voor de versterking van de rechtsstaat in de DRC en waaraan België een bijdrage verleent van 2 miljoen euro in gedelegeerde samenwerking heeft het ambitieniveau bijgesteld en de beleidsdialoog met de Congolese partner versterkt. De procedures werden vereenvoudigd in die zin dat de Belgische ontwikkelingssamenwerking haar bijdrage van 2 miljoen euro heeft gedelegeerd aan de Europese Commissie en dat dus enkel de Europese reglementering en procedures van kracht zijn.

3. Het programma REJUSCO werd uitgevoerd door BTC in een cofinanciering door de Europese Commissie (7 900 000 euro), de Britse ontwikkelingssamenwerking (2 972 382 euro), Nederland (1 100 000 euro) en de Belgische ontwikkelingssamenwerking (3 700 000 euro). Er werden bij de uitvoering van het programma inderdaad bepaalde problemen vastgesteld onder meer met de constructies van de gerechtsgebouwen. De Rekenkamer concludeert niet uit haar analyse dat dit soort programma's moet worden stopgezet, maar vraagt aan Commissie dat de doelstellingen van programma's realistischer moeten zijn (het Rekenhof spreekt van “over-ambituous” objectives), de risico's beter moeten worden ingeschat, er meer conditionaliteiten in de programma's moeten worden ingebouwd (voorwaarden over maatregelen die de overheid moet nemen als onderdeel van een programma), en er meer moet worden overlegd met lidstaten over de “governance” programma's en de beleidsdialoog. De Europese Rekenkamer heeft terecht gewezen op een aantal problemen bij de uitvoering van het REJUSCO-programma waaruit de nodige lessen moeten worden getrokken om in fragiele situaties te kunnen bijdragen aan de versterking van de rechtsstaat, wat een essentieel onderdeel is in de stabilisering en heropbouw van het oosten van de DRC. Er moeten bijkomende inspanningen geleverd te worden om de risico’s beter te analyseren, op te volgen en aan te pakken.