Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4636

van Philippe Fontaine (MR) d.d. 2 oktober 2009

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste minister

Commerciële platen - Verhuur - Fraude - Stations voor automobielinspectie - Identiteitscontrole - Sancties - Wettelijke middelen

registratie van een voertuig
technische keuring
fraude

Chronologie

2/10/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 5/11/2009)
3/11/2009Antwoord

Vraag nr. 4-4636 d.d. 2 oktober 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

Ik heb u onlangs een vraag gesteld over de specifieke praktijk waarbij handelaars hun “handelaarsplaat” te huur aanbieden (schriftelijke vraag nr. 4-3894).

U hebt mij snel geantwoord dat die praktijk neerkomt op fraude en dat ze hoofdzakelijk voorkomt in de vorm van misbruik in het gebruik van een “handelaarsplaat”. U verduidelijkte dat het inderdaad slechts de houder van de inschrijvingsplaat is die mag rijden met een voertuig waarop een “handelaarsplaat” is aangebracht.

U voegde eraan toe, en dat rechtvaardigt mijn nieuwe vraag, dat de Federale Openbare Dienst (FOD) Mobiliteit en Vervoer de stations voor automobielinspectie (via GOCA) de instructie gegeven heeft de identiteit na te trekken van de persoon die zich aanbiedt met een voertuig met een “handelaarsplaat”. U ging ervan uit dat elk misbruik of poging tot schending van de regelgeving kan worden voorkomen, als de stations voor automobielinspectie de identiteit kunnen natrekken van de persoon die zich met een voertuig met een “handelaarsplaat” aanbiedt.

Het lijkt er nochtans op, aangezien deze fraude blijft voortduren, dat er een probleem blijft op het niveau van de stations voor automobielinspectie. Het blijkt ten eerste dat die controles in sommige stations gewoon niet worden uitgevoerd omdat het personeel de ogen zou sluiten voor sommige praktijken. Bent u op de hoogte van dit laksheid in sommige stations voor technische controle? Welk dwingend gezag heeft de controlerichtlijn die u de stations hebt gegeven? Kunnen de inspectiestations die dergelijke praktijken dulden, bijgevolg een sanctie krijgen en welke? Zijn er al sancties opgelegd?

De federale overheid heeft de stations wel degelijk gevraagd te controleren of de identiteit van de bestuurder wel degelijk overeenstemt met de identiteit die voor de inschrijvingsplaat is opgegeven, maar sommige stationsverantwoordelijken preciseren dat het voor hen onmogelijk is om die richtlijn toe te passen omdat ze daartoe niet gemachtigd zijn aangezien ze niet beëdigd zijn. Ze beweren dus dat ze niet medeplichtig zijn aan die trafiek, maar voegen eraan toe dat ze die illegale praktijk met plezier zouden helpen bestrijden als ze daartoe de nodige middelen zouden krijgen.. Bevestigt u dat het personeel van de stations de identiteit van de personen die zich in een station voor automobielinspectie aanbieden niet kan controleren? Welke maatregelen zult u nemen om die controles op een legale manier te laten uitvoeren?

Antwoord ontvangen op 3 november 2009 :

Tijdens de inspecties van de keuringstations door de directie Certificatie en Inspectie, blijkt niet dat het personeel van de stations de instructie niet in de praktijk zouden omzetten.

Bepaalde stations, meer bepaald in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, hebben bovendien deze nieuwe reglementering zeer goed opgenomen. Deze reglementering laat hun toe om de niet-reglementaire voertuigen niet meer te controleren. Dit is de bindende kracht van de instructie van de Federale Overheidsdienst (FOD) Mobiliteit en Vervoer.

Tot hiertoe is er nog geen enkele sanctie genomen aangezien er geen enkele afwijking werd vastgesteld ten opzichte van deze instructie. Als een station de instructie zou overtreden, dan zou de cel Inspectie van de FOD onmiddellijk een opmerking hiervan aan het betrokken organisme overmaken opdat deze de vereiste maatregelen zou treffen om de toepassing van deze instructie te doen naleven.