Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3918

van Christine Defraigne (MR) d.d. 4 augustus 2009

aan de minister van Landsverdediging

Opening van de Europese defensiemarkt Wapenaankoopbeleid - Gevolgen

nationale uitvoeringsmaatregel
overheidscontract
bewapening
wapenhandel
overheidsopdrachten

Chronologie

4/8/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 3/9/2009)
25/11/2009Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5741

Vraag nr. 4-3918 d.d. 4 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

Het Europees Parlement en de Raad hebben begin 2009 in eerste lezing een akkoord bereikt over een nieuwe richtlijn gewijd aan de overdracht van de specifieke overheidsopdrachten op het gebied van defensie en veiligheid. Het is de bedoeling een Europese markt van defensieuitrusting tot stand te brengen. De nieuwe richtlijn definieert de aan dat domein aangepaste regels voor de coördinatie van de overdrachten van de opdrachten en die nieuwe regels zouden moeten resulteren in een daling van het aantal verkeerde interpretaties van de bepalingen van het Verdrag die, uitzonderlijk, vrijstelling verlenen van de regels van de binnenlandse markt op het gebied van defensie en veiligheid.

Economisch gezien zou die hervorming ten goede moeten komen aan de ondernemingen, ook van de KMO's, de nationale begrotingen en de arbeidsmarkt. Het gaat om een beperking van de opdeling van de markt en een meer algemene toepassing van de marktregels om de prijs-kwaliteitverhouding van de productie te verbeteren en de concurrentie te verhogen.

De lidstaten moeten de nodige wettelijke, reglementaire en administratieve bepalingen in werking doen treden om zich uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding aan de richtlijn aan te passen. Hoever staat het met de voorbereiding van de omzetting van die richtlijn en met de Belgische juridische teksten die zullen moeten worden gewijzigd?

Op welke wijze bereidt uw departement zich voor op de integratie van die nieuwe aankoopprocedure en welke gevolgen kunnen eruit voortvloeien op het vlak van financiële besparingen, administratief beheer en betrekkingen met de wapenproducenten?