Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3239

van Nele Jansegers (Vlaams Belang) d.d. 17 maart 2009

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste minister

Onleesbare nummerplaten - Keuringscentra - Controle - Gevolgen

registratie van een voertuig
technische keuring
officiële statistiek

Chronologie

17/3/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 16/4/2009)
22/4/2009Antwoord

Vraag nr. 4-3239 d.d. 17 maart 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Overeenkomstig het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen dienen nummerplaten van voertuigen zichtbaar te zijn en overdag leesbaar van op een afstand van 40 meter (artikel 29). Tevens mogen er geen gaten worden in aangebracht of handelingen worden verricht die de leesbaarheid aantasten (artikel 31). Naar verluidt worden er in dat verband ook controles verricht tijdens de autokeuring.

1. Krachtens welke bepalingen gebeurt deze controle door de keuringscentra en welk is het gevolg van een vaststelling dat een nummerplaat niet meer of onvoldoende leesbaar is?

2. Kan de geachte minister mij voor de laatste vijf jaar meedelen in hoeveel gevallen de keuringscentra oordeelden dat een nummerplaat niet meer of onvoldoende leesbaar was en welke gevolgen daaraan werden verbonden? Graag kreeg ik daarbij een opsplitsing per jaar en per keuringscentrum.

Antwoord ontvangen op 22 april 2009 :

1. Artikel 29 van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen bepaalt dat de kentekenplaat en haar reproductie te allen tijde zichtbaar en overdag bij helder weer leesbaar moeten zijn op een afstand van tenminste veertig meter. Deze leesafstand wordt teruggebracht op tenminste dertig meter voor kentekenplaten of reproducties die kleiner zijn dan het Europees formaat voor autoplaten en tot twintig meter voor kentekenplaten voor motorfietsen.

Door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer werd aan de keuringsstations de verplichting opgelegd om bij de keuring van voertuigen ook de leesbaarheid van de kentekenplaat na te gaan.

2. De keuringsstations beoordelen of een inschrijvingsplaat reglementair geplaatst is, niet gedeeltelijk afgedekt is of gewoon slecht leesbaar is.

Het geheel van deze vaststellingen met betrekking tot de officiële kentekenplaat bedroeg: