| SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Session 2020-2021 | Zitting 2020-2021 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| 16 décembre 2020 | 16 december 2020 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question écrite n° 7-911 | Schriftelijke vraag nr. 7-911 | ||||||||
de Peter Van Rompuy (CD&V) |
van Peter Van Rompuy (CD&V) |
||||||||
à la vice-première ministre et ministre de la Fonction publique et des Entreprises publiques, des Télécommunications et de la Poste |
aan de vice-eersteminister en minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven, Telecommunicatie en Post |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Chômage technique - Covid 19 - Secteur public - Services publics | Technische werkloosheid - Covid-19 - Publieke sector - Overheid | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| chômage partiel administration publique fonctionnaire chômage technique entreprise publique épidémie service public statistique officielle |
gedeeltelijke werkloosheid overheidsadministratie ambtenaar verlet overheidsbedrijf epidemie publieke dienst officiële statistiek |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
|
|
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question n° 7-911 du 16 décembre 2020 : (Question posée en néerlandais) | Vraag nr. 7-911 d.d. 16 december 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||
Les employeurs peuvent recourir au chômage technique pour cause de Covid-19. Différents domaines des services publics sont eux aussi touchés par la pandémie. Pensons aux secteurs sportif et culturel. Le secteur public a en outre davantage de tâches à assumer, parmi lesquelles la régulation des marchés. Il est donc utile de disposer d'une vue d'ensemble du recours au chômage technique pour cause de Covid-19 dans le secteur public. Justification du caractère transversal de la question écrite : les conséquences de la pandémie ainsi que la gestion de celle-ci constituent un défi commun et une responsabilité partagée. Mes questions sont les suivantes. 1) Depuis que la possibilité en est offerte, combien de fonctionnaires ont-ils été mis au chômage technique pour cause de Covid-19 ? Je souhaiterais obtenir : – les statistiques relatives aux administrations locales, provinciales, régionales et fédérales; – pour les administrations locales: une ventilation par province; – des statistiques mensuelles; – le pourcentage par rapport au nombre total de travailleurs mis au chômage technique pour cause de Covid-19. 2) Comment la ministre évalue-t-elle cette évolution ? 3) Les administrations usent-elles (in)suffisamment de la possibilité de chômage technique pour cause de Covid-19 ? Pour quelle raison ? |
Werkgevers kunnen technische werkloosheid omwille van Covid-19 inroepen. Ook bij de overheid zijn verschillende domeinen getroffen door de pandemie. Denken we hierbij aan de sport- en cultuursector. Daarnaast zijn ook extra taken weggelegd voor de publieke sector. Het reguleren van de markten is hier één van. In dat opzicht is het relevant zicht te krijgen op het inroepen van technische werkloosheid omwille van Covid-19 in de publieke sector. Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: de impact van de pandemie, alsook de aanpak ervan is een gedeelde uitdaging en verantwoordelijkheid. Daarom volgende vragen: 1) Hoeveel ambtenaren werden sinds de geboden mogelijkheid op technische werkloosheid omwille van Covid-19 geplaatst? Graag kreeg ik: – cijfers voor lokale, provinciale, regionale en federale overheid; – voor lokale overheid cijfers per provincie; – cijfers per maand; – procentueel aandeel ten aanzien van het totaal aantal werknemers op technische werkloosheid omwille van Covid-19. 2) Hoe beoordeelt de geachte minister deze evolutie? 3) Maken de overheden (on)voldoende gebruik van de mogelijkheid van technische werkloosheid omwille van Covid-19? Waarom wel? Waarom niet? |
||||||||
| Réponse reçue le 13 janvier 2021 : | Antwoord ontvangen op 13 januari 2021 : | ||||||||
Avant toute chose, il m’importe de rappeler à l’honorable membre qu’en ma qualité de ministre de la Fonction publique, j’exerce mes compétences sur les seuls services de la fonction publique administrative fédérale, tels que visés à l’article 1er de la loi du 22 juillet 1993 portant certaines mesures en matière de fonction publique. Dès le début de la gestion de la crise sanitaire en mars 2020, la décision a été prise de ne pas étendre les mesures de chômage temporaire aux membres du personnel contractuel de la fonction publique administrative fédérale (étant entendu que les agents de l’État sont exclus de ce régime) mais bien de généraliser pour l’ensemble des membres du personnel et autant que faire se peut le télétravail. Les fonctionnaires dirigeants ont été chargés d’organiser le télétravail au sein de leur département en veillant à maintenir le service aux citoyens et ont également eu la possibilité, quand aucune solution de télétravail ne pouvait être trouvée, d’octroyer une dispense de service. Cette mesure a été concrétisée par l’arrêté royal du 22 avril 2020 portant des mesures particulières pour les membres du personnel de la fonction publique fédérale dans le cadre de la crise sanitaire liée au coronavirus Covid-19 pour la période du 18 mars 2020 au 31 août 2020. Compte tenu de la persistance de la crise sanitaire, j’ai pris l’initiative de réglementer à nouveau cette mesure de télétravail généralisé, le cas échéant moyennant l’attribution d’autres tâches que celles dévolues habituellement, et de dispense de service dans les cas où il n’est pas possible de télétravailler par un récent arrêté royal du 6 décembre 2020 modifiant l’arrêté royal du 22 avril 2020 susmentionné (rétablissement de l’article 7). J’ai en outre, vu la gravité et la persistance de cette crise sanitaire, rappelé l’obligation du télétravail au sein des services visés à l’article 1er de la loi du 22 juillet 1993 portant certaines mesures en matière de fonction publique dans la circulaire no 692 du 15 décembre 2020. |
In de eerste plaats vind ik het belangrijk het geachte lid erop te wijzen dat ik als minister van Ambtenarenzaken enkel bevoegd ben voor de diensten van het federaal administratief openbaar ambt zoals bedoeld in artikel 1 van de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken. Sedert de eerste stappen werden gezet in de aanpak van de gezondheidscrisis afgelopen maart 2020, werd er besloten om de maatregelen met betrekking tot tijdelijke werkloosheid niet uit te breiden naar de contractuele personeelsleden van het federaal administratief openbaar ambt (met dien verstande dat rijksambtenaren van dit stelsel uitgesloten zijn), maar om telewerk zoveel mogelijk te veralgemenen voor alle personeelsleden. De leidende ambtenaren kregen de taak om het telewerk te organiseren in hun departement en ook de dienstverlening aan de burger te handhaven. Ook konden ze, indien er geen telewerkoplossing mogelijk was, een dienstvrijstelling toekennen. Die maatregel werd geconcretiseerd door het koninklijk besluit van 22 april 2020 houdende bijzondere maatregelen voor de personeelsleden van het federaal openbaar ambt in het kader van de gezondheidscrisis ten gevolge van het coronavirus Covid-19 voor de periode van 18 maart 2020 tot 31 augustus 2020. Gezien de gezondheidscrisis blijft aanhouden, heb ik het initiatief genomen om deze maatregel inzake veralgemeend telewerk opnieuw te reglementeren, indien nodig door de personeelsleden andere taken toe te kennen dan hun gebruikelijke taken en een dienstvrijstelling toe te kennen in de gevallen waarin telewerk niet mogelijk is, door middel van een recent koninklijk besluit van 6 december 2020 tot wijziging van het voornoemde koninklijk besluit van 22 april 2020 (herstel van artikel 7). Bovendien heb ik, gezien de ernst en het aanhoudende karakter van deze gezondheidscrisis, in omzendbrief nr. 692 van 15 december 2020 herinnerd aan het verplichte telewerk in de diensten bedoeld in artikel 1 van de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken. |