SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2020-2021 Zitting 2020-2021
________________
9 novembre 2020 9 november 2020
________________
Question écrite n° 7-693 Schriftelijke vraag nr. 7-693

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires étrangères, des Affaires européennes et du Commerce extérieur, et des Institutions culturelles fédérales

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Europese Zaken en Buitenlandse Handel, en de Federale Culturele Instellingen
________________
Institutions culturelles fédérales - Coopération avec les Communautés - Structures de gestion - Composition Federale Culturele Instellingen - Samenwerking met de Gemeenschappen - Beheerstructuren - Samenstelling 
________________
organisation culturelle
politique culturelle
accord de coopération (Cadre institutionnel belge)
musique
gestion d'entreprise
établissements scientifiques et culturels fédéraux
culturele organisatie
cultuurbeleid
samenwerkingsakkoord (Belgisch institutioneel kader)
muziek
bedrijfsbeheer
federale wetenschappelijke en culturele instellingen
________ ________
9/11/2020Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 10/12/2020)
24/12/2020Antwoord
9/11/2020Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 10/12/2020)
24/12/2020Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 7-39 Réintroduction de : question écrite 7-39
________ ________
Question n° 7-693 du 9 novembre 2020 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 7-693 d.d. 9 november 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Les Institutions culturelles fédérales sont des piliers de la culture dans notre pays. Toutes les compétences culturelles ont cependant été transférée aux Communautés. Il s'impose donc de mettre en place une coopération entre les différentes institutions culturelles fédérales et les trois Communautés qui définissent la politique culturelle en Belgique.

Par le passé, des accords de coopération avaient déjà été conclus, entre autres entre le Palais des Beaux-Arts et la Communauté flamande. Il me paraîtrait tout aussi utile que l'Opéra de Flandre et l'Opéra national de la Monnaie se mettent à coopérer. Une synergie des orchestres philharmoniques flamand et francophone avec l'orchestre national me semble également intéressante et prometteuse.

1) Quelles initiatives l'honorable ministre veut-il prendre pour promouvoir cette coopération?

2) Quels accords de coopération existent-ils déjà avec les différentes Communautés?

3) Comment cette coopération sera-t-elle encore renforcée à l'avenir?

4) À défaut, la pratique culturelle des Institutions culturelles fédérales ne risque-t-elle pas l'isolement?

5) N'importerait-il pas d'associer structurellement les Communautés à la gestion des Institutions culturelles fédérales?

6) Les Communautés sont-elles représentées dans les structures de gestion de ces institutions?

7) Quelle est la composition actuelle des organes de gestion? L'honorable ministre prévoit-il de la modifier?

 

De Federale Culturele Instellingen zijn belangrijke culturele dragers in dit land. Alle culturele bevoegdheden zijn echter overgeheveld naar de Gemeenschappen. Het is bijgevolg noodzakelijk dat er een samenwerking wordt opgezet tussen de verschillende Federale Culturele Instellingen en de drie Gemeenschappen die de verdere invulling geven aan het cultureel beleid in dit land.

In het verleden waren er al verschillende samenwerkingsakkoorden tussen onder meer het Paleis van Schone Kunsten en de Vlaamse Gemeenschap. Ook lijkt het me nuttig dat er een samenwerking wordt opgezet tussen de Vlaamse Opera en de Nationale Opera van de Muntschouwburg. Ook synergie tussen Vlaamse en Franstalige filharmonische orkesten en het Nationaal Orkest lijkt me zeer belangrijk en boeiend.

1) Welke initiatieven wil de geachte minister nemen om die samenwerking te verbeteren?

2) Welke samenwerkingsakkoorden bestaan er al met de verschillende Gemeenschappen?

3) Hoe zal de samenwerking in de toekomst nog aangewakkerd worden?

4) Dreigt er anders geen isolement te ontstaan voor de culturele praktijk van de Federale Culturele Instellingen?

5) Is het niet belangrijk dat bij het beheer van de Federale Culturele Instellingen ook de Gemeenschappen structureel worden betrokken?

6) Hebben de Gemeenschappen vertegenwoordigers in de beheerstructuren van deze culturele instellingen?

7) Hoe zijn die beheersorganen op dit ogenblik samengesteld? Plant de geachte minister daar wijzigingen in?

 
Réponse reçue le 24 décembre 2020 : Antwoord ontvangen op 24 december 2020 :

1) La Constitution belge a confié aux Communautés la culture mais en prévoyant une exception pour Bruxelles, en ce qui concerne les institutions publiques qui ne s’adressent pas à une Communauté en particulier.

Il n’y a pas d’implication structurelle des Communautés, mais les institutions travaillent le plus souvent possible sur des projets avec celles-ci. Je m’inscrirai dans cette dynamique.

2) L’Orchestre national de Belgique ne conclut pas d’accords directs avec les Régions ni les Communautés.

Le Théâtre royal de la Monnaie a des collaborations structurelles avec la Communauté flamande et la Communauté française, ainsi que la Commission communautaire flamande (Vlaamse Gemeenschapscommissie – VGC) et la Commission communautaire française (Cocof) concernant des projets éducatifs.

Concernant Bozar, voici la liste des conventions pour 2020:

a) Conventions pluriannuelles:

Vlaamse Gemeenschap 2018-2020: convention multidisciplinaire;

Communauté française:

1. Convention culture multidisciplinaire (2017-2021);

2. Convention culture-enseignement (2019-2022).

b) Conventions annuelles:

Région de Bruxelles-Capitale - Projet multidisciplinaire;

Wallonie-Bruxelles International - Convention soutien Chaire M. Darwich;

COCOF:

1. Concerts Next Generation – Jeunes talents;

2. Cantania.

c) Conventions spécifiques:

Région de Bruxelles-Capitale - Projet photographie contemporaine dans le cadre des soixante ans de l’Indépendance du Congo et Urban Brussels – Bike Station;

3) à 5) Voir réponse à la première question.

6) Les Communautés ne disposent pas de représentants dans les institutions culturelles fédérales.

7) L’article 9, c), de la loi sur le Pacte culturel permet plusieurs formules pour la composition des conseils d’administration. Jusqu’ici, une représentation par parti, dans le respect de la proportionnelle, était en vigueur. Aujourd’hui, la plupart des mandats sont arrivés à échéance. Il est effectivement envisagé de faire appel à l’option permettant de composer le Conseil d’administration sur base de la présence de spécialistes, d’utilisateurs et de personnes concernées, comme prévu à l’article 9, c), de la loi sur le Pacte culturel.

1) De Belgische Grondwet heeft de cultuur toevertrouwd aan de Gemeenschappen, maar met een uitzondering voor Brussel, wat betreft de overheidsinstellingen die zich niet tot een bepaalde Gemeenschap richten.

Er is geen structurele betrokkenheid van de Gemeenschappen, maar de instellingen werken zo vaak mogelijk samen met hen aan projecten. Ik zal mij aansluiten bij deze dynamiek.

2) Het Nationaal Orkest van België sluit geen directe overeenkomsten met de Gewesten of met de Gemeenschappen.

De Koninklijke Muntschouwburg werkt structureel samen met de Vlaamse Gemeenschap en de Franse Gemeenschap, maar ook met de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) en de Franse Gemeenschapscommissie (Commission communautaire française – Cocof) in verband met educatieve projecten.

Wat Bozar betreft, volgt hier de lijst van de overeenkomsten voor 2020:

a) Meerjarige overeenkomsten:

Vlaamse Gemeenschap 2018-2020: multidisciplinaire overeenkomst;

Franse Gemeenschap:

1. Multidisciplinaire cultuurovereenkomst (2017-2021);

2. Overeenkomst cultuur-onderwijs (2019-2022).

b) Jaarlijkse overeenkomsten:

Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Multidisciplinair project;

Wallonië-Brussel Internationaal - Overeenkomst Chaire M. Darwich;

COCOF:

1. Concerten Next Generation – Jonge talenten;

2. Cantania.

c) Specifieke overeenkomsten:

Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Project hedendaagse fotografie in het kader van zestig jaar onafhankelijkheid van Congo en Urban Brussels – Bike Station.

3) tot 5) Zie antwoord op de eerste vraag.

6) De Gemeenschappen hebben geen vertegenwoordigers in de federale culturele instellingen.

7) Artikel 9, c), van de Cultuurpactwet laat verschillende formules toe voor de samenstelling van de raden van bestuur. Tot nu toe was een evenredige vertegenwoordiging per partij van kracht. Vandaag lopen de meeste mandaten ten einde. Er wordt inderdaad overwogen om gebruik te maken van de optie die het mogelijk maakt om de Raad van Bestuur samen te stellen op basis van de aanwezigheid van specialisten, gebruikers en betrokkenen, zoals bepaald in artikel 9, c), van de Cultuurpactwet.