SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2019-2020 Zitting 2019-2020
________________
28 novembre 2019 28 november 2019
________________
Question écrite n° 7-213 Schriftelijke vraag nr. 7-213

de Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)

à la ministre de l'Emploi, de l'Economie et des Consommateurs, chargée de la Lutte contre la pauvreté, de l'Egalité des chances et des Personnes handicapées

aan de minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Armoedebestrijding, Gelijke Kansen en Personen met een beperking
________________
Chômeurs - Disponibilité - Services régionaux pour l'emploi - Transmission des données à l'Office national de l'emploi (ONEm) - Sanctions - Chiffres Werklozen - Beschikbaarheid - Gewestelijke arbeidsbemiddelingsdiensten - Transmissie van gegevens aan de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) - Sancties - Cijfers 
________________
chômeur
Office national de l'emploi
transmission de données
réinsertion professionnelle
assurance chômage
sanction administrative
werkloze
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening
datatransmissie
herintreding
werkloosheidsverzekering
administratieve sanctie
________ ________
28/11/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 2/1/2020)
23/12/2019Antwoord
28/11/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 2/1/2020)
23/12/2019Antwoord
________ ________
Question n° 7-213 du 28 novembre 2019 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 7-213 d.d. 28 november 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'emploi est une compétence régionale ; par conséquent cette question traite d'une compétence transversale.

Pour vérifier la disponibilité des chômeurs pour le marché de l’emploi, l’Office national de l'emploi (ONEm) dépend des données qui lui sont transmises par les services régionaux de l'emploi.

1) En 2017 et 2018, combien de fois les services régionaux ont-ils mensuellement informé l’ONEm :

a) de l'absence de réaction d’un chômeur à la convocation du service régional de l’Emploi et de la Formation professionnelle ;

b) d’un manque de coopération positive ;

c) d’un refus d’emploi ;

d) du refus, de l’abandon ou de l’arrêt d’une formation professionnelle ?

2) Dans combien de cas ces manquements ont-ils effectivement donné lieu à une sanction (chiffres ventilés par Région et par type de manquement) ?

 

Werk betreft een gewestelijke bevoegdheid en bijgevolg behandelt deze vraag een transversale aangelegenheid.

Om de beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt van werklozen op te volgen is de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) afhankelijk van de gegevens die doorgestuurd worden door de gewestelijke arbeidsbemiddelingsdiensten.

1) Hoeveel transmissies hebben de regionale diensten in 2017 en 2018 maandelijks verricht, en dit opgesplitst al naargelang het gaat over :

a) afwezigheid van de werkloze op de oproeping van de gewestelijke dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding ;

b) gebrek aan positieve medewerking ;

c) werkweigering ;

d) weigering, verlating of stopzetting van een beroepsopleiding ?

2) Hoeveel gevallen leidden effectief tot een sanctionering (opgesplitst per Gewest en naargelang de inbreuk) ?

 
Réponse reçue le 23 décembre 2019 : Antwoord ontvangen op 23 december 2019 :

Du fait de la 6ème réforme de l'État, la compétence décisionnelle relative aux sanctions pour indisponibilité active ou passive a été transférée aux Régions (sanctions régionales). Une phase de transition, durant laquelle l’autorité fédérale (ONEM) continue à exercer provisoirement cette compétence, a par ailleurs été prévue. Dès lors, en vertu du principe de continuité, l’ONEM restait en charge de l’exécution de cette matière et ce, jusqu’à ce que les Régions soient en mesure de reprendre effectivement cette compétence. Ce délai n’était pas identique pour chacune des Régions. En effet, en 2016, toutes les Régions ont repris cette compétence en matière de sanctions pour indisponibilité active ou passive hormis la Région de Bruxelles-Capitale (ACTIRIS). En 2017, la Région de Bruxelles-Capitale a également repris la compétence décisionnelle.  

La disponibilité passive, c’est l’obligation pour le chômeur de répondre aux propositions qui lui sont faites par le service régional de l’emploi. Dans ce cadre, le chômeur peut être sanctionné, par exemple, s’il refuse un emploi convenable, s’il refuse ou abandonne une formation professionnelle, s’il ne donne pas suite à une convocation du service régional de l’emploi ou à une invitation à se présenter chez un employeur potentiel, s’il refuse de participer à un parcours d’insertion.

La disponibilité active, c’est d’une part, l’obligation pour le chômeur de collaborer au plan d’action qui lui est proposé par le service régional de l’emploi en vue de sa réinsertion sur le marché du travail et d’autre part, de rechercher lui-même activement un emploi par des démarches personnelles, régulières et diversifiées. Dans ce cadre, le chômeur peut être sanctionné si sa disponibilité active est évaluée négativement par le service de l’emploi.

Pour la comparaison entre régions, il faut être prudent car le cadre normatif fédéral fixe les principes généraux du contrôle mais les régions peuvent en déterminer les modalités, ce qui peut entraîner des différences d’approches et de procédures entre régions, qui se reflètent dans les chiffres.

Des informations plus détaillées sur les sanctions régionales relèvent des services régionaux de l’emploi.

Les sanctions régionales sont communiquées de façon électronique par les services régionaux et exécutées par l’ONEM. Des petites différences sont possibles avec les chiffres publiés par les services régionaux de l’emploi compte tenu du léger décalage dans la transmission d’informations et de la manière de prendre en compte les modifications et les annulations.

Vous trouverez les données concernant les sanctions dans le cadre de la disponibilité passive en 2017 et 2018 dans les tableaux ci-après :

 





Ingevolge de 6de Staatshervorming werd de beslissingsbevoegdheid betreffende sancties voor passieve en actieve onbeschikbaarheid overgedragen naar de Gewesten. Er werd evenwel in een overgangsfase voorzien tijdens dewelke de federale overheid (RVA) deze bevoegdheid voorlopig verder bleef uitoefenen. De RVA bleef dus op grond van het continuïteitsbeginsel belast met de uitvoering van deze materie tot op het tijdstip waarop het Gewest operationeel in staat was om deze bevoegdheid uit te oefenen. Dat tijdstip was niet voor alle Gewesten hetzelfde. In 2016 namen alle Gewesten de beslissingsbevoegdheid inzake sancties voor passieve en actieve onbeschikbaarheid van de RVA over, uitgezonderd het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (ACTIRIS). In 2017 nam ook dat Gewest de beslissingsbevoegdheid over.

De passieve beschikbaarheid is de verplichting voor de werkloze om in te gaan op voorstellen die hem worden gedaan door de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling. In dat kader kan de werkloze bijvoorbeeld worden gesanctioneerd wanneer hij een passende dienstbetrekking weigert, wanneer hij een beroepsopleiding weigert of stopzet, wanneer hij geen gevolg geeft aan een oproep van de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling of aan een uitnodiging om zich aan te melden bij een potentiële werkgever, of wanneer hij weigert deel te nemen aan een inschakelingsparcours.

De actieve beschikbaarheid is de verplichting voor de werkloze om enerzijds mee te werken aan het actieplan dat hem wordt voorgesteld door de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling met het oog op zijn re-integratie op de arbeidsmarkt en, anderzijds, zelf actief werk te zoeken door regelmatig zelf gevarieerde acties te ondernemen. In dat kader kan de werkloze worden gesanctioneerd als zijn actieve beschikbaarheid negatief wordt geëvalueerd door de dienst voor arbeidsbemiddeling.

Voor de vergelijking tussen gewesten moet men voorzichtig zijn, aangezien het federaal normatief kader de algemene principes van de controle vastlegt, maar de gewesten de modaliteiten ervan mogen bepalen. Dat kan leiden tot een verschillende aanpak en andere procedures in de gewesten, wat zich weerspiegelt in de cijfers.

Meer gedetailleerde informatie over de gewestelijke sancties valt onder de bevoegdheid van de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling.

Sedert 2017 delen alle gewestelijke diensten de regionale sancties mee aan de RVA via elektronische fluxen. De RVA voert al deze beslissingen uit. Er zijn kleine verschillen mogelijk met de cijfers die door de gewestelijke diensten gepubliceerd worden, rekening houdend met een lichte vertraging door de verzending van de gegevens en de wijze waarop wijzigingen en annulaties worden geregistreerd.

U vindt de gegevens betreffende de sancties in het kader van passieve beschikbaarheid in 2017 en 2018 in de tabellen hierna: