SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2020-2021 Zitting 2020-2021
________________
3 mars 2021 3 maart 2021
________________
Question écrite n° 7-1088 Schriftelijke vraag nr. 7-1088

de Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)

au vice-premier ministre et ministre de l'Economie et du Travail

aan de vice-eersteminister en minister van Economie en Werk
________________
Assurance chômage - Prestations à l'étranger - Admission - Contrôles Werkloosheidsverzekering - Prestaties in het buitenland - Toelating - Controles 
________________
assurance chômage
Belges à l'étranger
werkloosheidsverzekering
Belgen in het buitenland
________ ________
3/3/2021Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/4/2021)
19/3/2021Antwoord
3/3/2021Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/4/2021)
19/3/2021Antwoord
________ ________
Question n° 7-1088 du 3 mars 2021 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 7-1088 d.d. 3 maart 2021 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'emploi est une matière régionale et, par conséquent, cette question concerne une matière transversale.

Les travailleurs belges qui effectuent des prestations à l'étranger peuvent être admis à l'assurance chômage sous certaines conditions.

Le ministre peut-il répondre aux questions suivantes :

1) Combien de travailleurs belges ont-ils introduit, en 2019 et 2020, une demande d'allocations sur la base de prestations effectuées à l'étranger ? Je souhaiterais les données annuelles par Région.

2) Combien travaillaient-ils sous un contrat de travail conclu avec un employeur étranger ?

3) Combien d'irrégularités concernant l'administration de la preuve ont-elles été relevées en 2019 et 2020 ?

4) Quelles sanctions ont-elles été prononcées à ce sujet en 2019 et 2020 et de combien de sanctions s'agit-il ?

 

Werk is een gewestelijke bevoegdheid en bijgevolg betreft deze vraag een transversale aangelegenheid.

Belgische werknemers die prestaties verrichten in het buitenland kunnen onder bepaalde voorwaarden toegelaten worden tot de werkloosheidsverzekering.

Kan de geachte minister mij een antwoord geven op de volgende vragen:

1) Hoeveel Belgische werknemers hebben in 2019 en 2020 uitkeringen aangevraagd op basis van prestaties in het buitenland, opgesplitst per jaar en per Gewest?

2) Hoeveel van hen werkten met een arbeidsovereenkomst met een buitenlandse werkgever?

3) Hoeveel onregelmatigheden werden er in 2019 en 2020 met betrekking tot deze bewijsvoering ontdekt?

4) Welke en hoeveel sancties werden er in 2019 en 2020 dienaangaande uitgesproken?

 
Réponse reçue le 19 mars 2021 : Antwoord ontvangen op 19 maart 2021 :

1) En raison d’un durcissement de la réglementation du chômage (*), à partir du 1er octobre 2016, les prestations de travail effectuées à l’étranger ne sont prises en considération pour l’admission au bénéfice des allocations de chômage en Belgique que s’il est satisfait à deux conditions:

1. les prestations de travail se situent dans un pays avec lequel la Belgique a conclu un accord en matière d’assurance chômage, afin de prendre en considération les prestations effectuées dans ce pays, ce qui requiert donc l’existence d’une convention bilatérale ou internationale;

2. sauf en cas de statut de travailleur frontalier, les prestations de travail à l’étranger peuvent seulement être prises en compte pour le calcul si elles sont suivies d’au moins trois mois de travail (ou d’une période plus longue, si la convention concernée le prévoit) assujetti à la sécurité sociale belge, secteur chômage.

Il existe une exception à ce principe pour les prestations de travail assujetties au régime prévu par la loi du 17 juillet 1963 relative à la sécurité sociale d’outre-mer. Ces prestations de travail sont prises en considération si elles ont été effectuées dans le cadre d’une occupation qui, en Belgique, donnerait lieu à un assujettissement à la sécurité sociale, secteur chômage et si, après les prestations effectuées à l’étranger, le travailleur a été occupé en étant assujetti à la Sécurité sociale belge, secteur chômage et ce, peu importe la durée de cette occupation.

En ce qui concerne les jours assimilés, il convient d’ajouter qu’en Belgique, ils ne sont pris en compte à l’admission au droit de l’allocation de chômage que si tel est également le cas dans le pays lié par la convention dans lequel ces jours ont été obtenus. En règle générale, ce ne sera toutefois pas le cas.

(*) Arrêté royal du 11 septembre 2016 modifiant l’article 37, § 2, de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage, Moniteur belge du 20 septembre 2016.

Vous trouverez les données demandées dans le tableau 1, en annexe.

2) Sauf s’il s’agit d’un pays qui a signé une convention dans lequel des prestations autres que le travail salarié peuvent ouvrir le droit à l’allocation de chômage, ce qui est très rare, il faut supposer que l’admission a eu lieu sur la base d’un contrat de travail avec un employeur étranger. Il n’est pas possible de donner des précisions puisque, par exemple, les formulaires européens ne mentionnent que les «périodes d’assurance» à prendre en compte, sans les préciser davantage.

3) & 4) L’ONEM ne dispose pas de données à ce sujet. Ce type d’infractions n’est pas encodé séparément dans la banque de données.

ANNEXE

Tableau 1


2019

2020

Région de Bruxelles-Capitale

145

115

Région flamande

822

528

Région wallonne

422

247

Pays

1 389

890



1) Door een verstrenging van de werkloosheidsreglementering (*) worden de prestaties in het buitenland vanaf 1 oktober 2016 enkel nog in aanmerking genomen voor de toelaatbaarheid tot het recht op werkloosheidsuitkeringen in België indien voldaan is aan twee voorwaarden:

1. de prestaties zijn gesitueerd in een land waarmee België een akkoord heeft afgesloten om, inzake werkloosheidsverzekering, rekening te houden met prestaties in dat land, wat dus het bestaan van een bilateraal of internationaal verdrag vereist;

2. tenzij het gaat om prestaties als grensarbeider, kunnen de buitenlandse prestaties slechts in rekening worden gebracht indien zij gevolgd worden door ten minste drie maanden arbeid (of een langere periode, indien dit door het betrokken verdrag zo zou zijn voorzien) onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid, sector werkloosheid.

Hierop bestaat een uitzondering voor de arbeidsprestaties onderworpen aan de regeling voorzien in de wet van 17 juli 1963 over de overzeese sociale zekerheid. Deze prestaties worden in aanmerking genomen wanneer zij verricht werden in een tewerkstelling die in België aanleiding zou geven tot onderwerping aan de sociale zekerheid, sector werkloosheid, en indien de werknemer, na de in het buitenland verrichte prestaties, arbeid heeft verricht onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid, sector werkloosheid, ongeacht de duur.

Wat betreft de gelijkgestelde dagen moet daaraan toegevoegd worden dat deze in België voor de toelaatbaarheid tot het recht op uitkeringen enkel nog in aanmerking genomen worden indien dit ook in het verdragsland waarin zij werden verkregen het geval is. In de regel zal dit echter niet zo zijn.

(*) Koninklijk besluit van 11 september 2016 tot wijziging van artikel 37, § 2, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, Belgisch Staatsblad van 20 september 2016.

U vindt de gevraagde gegevens in tabel 1 in de bijlage.

2) Tenzij het gaat om een verdragsland waar ook andere prestaties dan arbeid als loontrekkende rechtopenend kunnen zijn op werkloosheidsuitkeringen, wat zoals hoger gezegd uitzonderlijk is, moet worden aangenomen dat de toelating gebeurde op basis van een arbeidsovereenkomst met een buitenlandse werkgever. Hierover kan geen detail worden gegeven, aangezien bijvoorbeeld op de Europese formulieren enkel sprake is van in aanmerking te nemen «tijdvakken van verzekering», zonder dat deze nader worden gespecifieerd.

3) & 4) De Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) beschikt niet over deze gegevens. Dit type inbreuk wordt niet apart in de databank geëncodeerd.

BIJLAGE

Tabel 1


2019

2020

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

145

115

Vlaams Gewest

822

528

Waals Gewest

422

247

Land

1 389

890