SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2015-2016 Zitting 2015-2016
________________
16 février 2016 16 februari 2016
________________
Question écrite n° 6-829 Schriftelijke vraag nr. 6-829

de Petra De Sutter (Ecolo-Groen)

van Petra De Sutter (Ecolo-Groen)

à la secrétaire d'État à la Lutte contre la pauvreté, à l'Égalité des chances, aux Personnes handicapées, et à la Politique scientifique, chargée des Grandes Villes, adjointe au Ministre des Finances

aan de staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, en Wetenschapsbeleid, belast met Grote Steden, toegevoegd aan de Minister van Financiën
________________
Convention du Conseil de l’Europe sur la prévention et la lutte contre la violence à l’égard des femmes et la violence domestique (CAHVIO)(Convention d'Istanbul) - Ratification - État d'avancement Verdrag van de Raad van Europa van 11 mei 2011 inzake de preventie en de bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (CAHVIO) (Verdrag van Istanbul) - Ratificatie - Stand van zaken 
________________
convention européenne
droits de la femme
violence sexuelle
violence domestique
ratification d'accord
Europese Conventie
rechten van de vrouw
seksueel geweld
huiselijk geweld
ratificatie van een overeenkomst
________ ________
16/2/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 17/3/2016)
7/3/2016Antwoord
16/2/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 17/3/2016)
7/3/2016Antwoord
________ ________
Question n° 6-829 du 16 février 2016 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-829 d.d. 16 februari 2016 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'Union européenne n'a pas d'instrument légal contraignant qui offre un cadre universel pour prévenir et combattre la violence faite aux femmes et aux jeunes filles dans tous les États membres. La Belgique combat la violence à l'égard des femmes d'une autre manière que ses voisins et ses différentes Régions et Communautés prennent également diverses mesures. De ce fait, les femmes et les jeunes filles ne sont pas protégées de la même manière.

C'est pourquoi la Convention d'Istanbul est tellement importante (Convention du Conseil de l'Europe du 11 mai 2011 sur la prévention et la lutte contre la violence à l’égard des femmes et la violence domestique (CAHVIO)). Elle constitue le premier instrument légal contraignant en Europe en ce qui concerne la prévention et la lutte contre la violence à l'égard des femmes et la violence domestique et la convention internationale la plus poussée qui puisse combattre ces violations des droits de l'homme. La Belgique a signé cette Convention le 11 septembre 2012 mais elle ne l'a pas encore ratifiée à ce jour. Nous ne savons pas davantage quand cette convention entrera en vigueur en Belgique.

Pour vous donner une idée de l'ampleur de la violence à l'égard des femmes et de la violence domestique, j'ai recensé un certain nombre de chiffres à votre intention :

Certains concernent les femmes européennes :

- 33 % sont victimes de violence corporelle ou sexuelle, quel qu'en soit l'auteur ;

- 14 % sont victimes de violence sexuelle avant l'âge de quinze ans ;

- 55 % sont victimes d'intimidation sexuelle depuis l'âge de quinze ans ;

- 22 % des femmes européennes ont été victimes de violences entre partenaires (violences corporelles et/ou sexuelles à l'intérieur du couple) à partir de l'âge de quinze ans ;

- 20 % des femmes âgées entre dix huit et nonante-neuf ans déclarent être victimes de harcèlement.

Certains chiffres concernent les femmes belges et sont systématiquement plus élevés que la moyenne européenne :

- 36 % des femmes sont victimes de violence corporelle et/ou sexuelle ;

- 14 % sont victimes de violence sexuelle avant l'âge de quinze ans ;

- 60 % sont victimes d'intimidation sexuelle depuis l'âge de quinze ans ;

- 24 % ont été victimes de violence entre partenaires (violence corporelle et/ou violence sexuelle à l'intérieur du couple) à partir de l'âge de quinze ans ;

- 27 % des femmes belges âgées de dix-huit à nonante-neuf ans déclarent être victimes de harcèlement (comme au Danemark, en Finlande et aux Pays-Bas). Le chiffre coïncide avec les constats résultant d'une enquête réalisée récemment auprès d'étudiants: 25 % des étudiants de sexe féminin ont déclarés être victimes de harcèlement.

Vous voyez, et vous serez certainement d'accord avec moi, que les chiffres sont ahurissants et qu'il s'agit d'un problème évident, tant dans notre pays qu'au sein de l'Union européenne (UE). Avec la Convention d'Istanbul, nous disposons d'un instrument qui nous permet réellement de nous attaquer à ce problème.

D'où mes questions :

1) La lutte contre la violence à l'égard des femmes et des jeunes filles et la violence domestique n'est-elle pas une priorité pour les autorités belges ?

2) Si elle est effectivement une priorité, pourquoi la Convention d'Istanbul n'a-t-elle pas encore été ratifiée et quand envisage-t-on de le faire ?

3) Le gouvernement belge insistera-t-il auprès des autres États membres et de l'UE pour que la Convention d'Istanbul soit signée et ratifiée ?

4) Que fait l'État fédéral pour rationaliser et harmoniser les différentes initiatives des Régions ?

 

De Europese Unie heeft geen wettelijk bindend instrument dat een alomvattend kader biedt om geweld tegen vrouwen en meisjes in alle lidstaten te voorkomen en bestrijden. België pakt geweld tegen vrouwen anders aan dan zijn buurlanden, en in België nemen de verschillende Gewesten en Gemeenschappen op hun beurt verschillende maatregelen. Daardoor worden vrouwen en meisjes niet op dezelfde manier beschermd.

Daarom is het Verdrag van Istanbul zo belangrijk (Verdrag van de Raad van Europa van 11 mei 2011 inzake de preventie en de bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (CAHVIO)). Dit is het eerste wettelijk bindende instrument in Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, en het meest vergaande internationale verdrag dat deze mensenrechtenschendingen kan aanpakken. België tekende dit verdrag op 11 september 2012, maar het werd tot op heden nog niet geratificeerd. Er werd evenmin aangekondigd wanneer dit Verdrag in België in werking zou treden.

Om u een beeld te geven van de omvang van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, heb ik een aantal cijfers voor u opgelijst :

Een aantal cijfers voor Europese vrouwen :

- 33 % werd slachtoffer van lichamelijk en / of seksueel geweld, ongeacht wie de dader is ;

- 14 % werd slachtoffer van seksueel geweld voor de leeftijd van vijftien jaar ;

- 55 % werd slachtoffer van seksuele intimidatie sinds de leeftijd van vijftien jaar ;

- vanaf de leeftijd van vijftien jaar is 22 % van de Europese vrouwen slachtoffer van partnergeweld (lichamelijk en / of seksueel geweld binnen een koppel) ;

- 20 % van de vrouwen tussen achttien en negenentwintig jaar geeft aan slachtoffer te zijn van stalking.

Cijfers over onze Belgische vrouwen, die keer op keer hoger liggen dan het Europese gemiddelde :

- 36 % van de vrouwen werd slachtoffer van lichamelijk en / of seksueel geweld ;

- 14 % werd slachtoffer van seksueel geweld voor de leeftijd van vijftien jaar ;

- 60 % werd slachtoffer van seksuele intimidatie sinds de leeftijd van vijftien jaar ;

- vanaf de leeftijd van vijftien jaar is 24 % slachtoffer van partnergeweld (lichamelijk en / of seksueel geweld binnen een koppel) ;

- 27 % van de Belgische vrouwen tussen achttien en negenentwintig jaar geeft aan slachtoffer te zijn van stalking (zoals ook in Denemarken, Finland, Nederland). Het cijfer komt overeen met de bevindingen van een recent onderzoek bij studenten, waar 25 % van de vrouwelijke studenten aangaf slachtoffer te zijn van stalking.

U ziet, en u bent het vast ook met mij eens, dat de cijfers grotesk zijn en dat er sprake is van een duidelijk probleem, zowel bij ons als in de Europese Unie (EU). Met het Verdrag van Istanbul hebben we een instrument in handen om dit probleem ook daadwerkelijk aan te pakken.

Vandaar mijn vragen :

1) Is de strijd tegen geweld tegen vrouwen en meisjes en huishoudelijk geweld geen prioriteit voor de Belgische overheid ?

2) Indien dit wel een prioriteit is, waarom werd het Verdrag van Istanbul nog niet geratificeerd en wanneer is men van plan dit te doen ?

3) Zal de Belgische regering er bij de andere lidstaten en de EU op aandringen om ook het Verdrag van Istanbul te tekenen en te ratificeren ?

4) Wat doet de federale overheid om de verschillende initiatieven van de Gewesten te stroomlijnen en te harmoniseren ?

 
Réponse reçue le 7 mars 2016 : Antwoord ontvangen op 7 maart 2016 :

L’approbation pour ratification de la Convention d’Istanbul a été donnée le 3 décembre 2015 lors de la séance plénière de la Chambre des représentants. Tant le gouvernement fédéral que les gouvernements des entités fédérées ont donc donné leur approbation en vue de la ratification. Cette approbation a lancé la procédure de ratification officielle auprès du Conseil de l’Europe. Il ne nous reste plus qu’à attendre un certain nombre de confirmations formelles de la part du Conseil de l’Europe.

En outre, le Plan d'action national de lutte contre toutes les formes de violence basée sur le genre 2015-2019, composé de 235 actions et en concertation avec toutes les autorités de notre pays, présenté en décembre 2015, a été totalement élaboré selon la structure de la Convention d’Istanbul et ce, afin de montrer clairement que la Belgique souhaite non seulement respecter toutes les obligations de la Convention, mais également faire de la violence à l’égard des femmes sa priorité absolue.

Objectifs globaux :

1) mener une politique intégrée de lutte contre la violence basée sur le genre et collecter des données quantitatives et qualitatives sur toutes les formes de violence
 ;

2) prévenir la violence ;

3) protéger et soutenir les victimes ;

4) enquêter, poursuivre et adopter des mesures de protection ;

5) intégrer la dimension de genre dans la politique d’asile et de migration ;

6) lutter contre la violence sur le plan international.

Les grandes lignes directrices :

1) législations et réglementation qualitatives ;

2) meilleur enregistrement et statistiques genrées ;

3) approche axée sur la victime, multidisciplinaire et intégrale ;

4) protection des victimes ;

5) lutte contre la violence sexuelle ;

6) nouveaux partenaire (médias, entreprise privée, organisation de jeunesse) ;

7) détection précoce et évaluation des risques pour prévenir la récidive ;

8) prévention primaire ;

9) formation des professionnels.

Le Plan d’action national de lutte contre toutes les formes de violence basée sur le genre est disponible dans son entièreté ici : http://www.elkesleurs.be/nieuws/nationaal-actieplan-ter-bestrijding-van-alle-vormen-van-gendergerelateerd-geweld.

De goedkeuring voor ratificatie voor het Verdrag van Istanbul werd op 3 december 2015 gegeven in de plenaire vergadering van de Kamer van volksvertegenwoordigers. Zowel de federale regering als de regeringen van de deelstaten hebben dus hiermee hun goedkeuring voor ratificatie gegeven. Daarmee is de officiële ratificatieprocedure bij de Raad van Europa ingezet. We hoeven nu enkel maar te wachten op een aantal formele bevestigingen van de Raad van Europa.

Daarnaast werd het Nationaal Actieplan bestaande uit 235 acties en in overleg met alle overheden van ons land, ter bestrijding van alle vormen van gendergerelateerd geweld 2015-2019, dat werd voorgesteld in december 2015, volledig opgesteld in de vorm van het CAHVIO, om duidelijk te stellen dat België niet enkel volledig wil voldoen aan alle verplichtingen van het Verdrag, maar van de strijd tegen geweld op vrouwen ook haar absolute prioriteit maakt.

Globale doelstellingen :

1) een geïntegreerd beleid voor de strijd tegen gendergerelateerd geweld voeren en kwantitatieve en kwalitatieve gegevens verzamelen over alle vormen van geweld ;

2) geweld voorkomen ;

3) de slachtoffers beschermen en ondersteunen ;

4) beschermingsmaatregelen onderzoeken, voortzetten en aannemen ;

5) rekening houden met de genderdimensie in het asiel- en migratiebeleid ;

6) strijden tegen geweld op internationaal vlak.

Onze richtsnoeren :

1) kwalitatieve wetgeving en reglementering ;

2) betere registratie en genderstatistieken ;

3) slachtoffergerichte, multidisciplinaire en integrale benadering ;

4) bescherming van slachtoffers ;

5) strijd tegen seksueel geweld ;

6) nieuw partnerschappen (media, privébedrijven, jongerenverenigingen) ;

7) vroegdetectie en risicotaxatie om recidive te voorkomen ;

8) primaire preventie ;

9) opleiden van professionals.

Het volledige Nationaal Actieplan ter bestrijding van alle vormen van gendergerelateerd geweld kan U hier terug vinden : http://www.elkesleurs.be/nieuws/nationaal-actieplan-ter-bestrijding-van-alle-vormen-van-gendergerelateerd-geweld.