SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2014-2015 Zitting 2014-2015
________________
19 mars 2015 19 maart 2015
________________
Question écrite n° 6-525 Schriftelijke vraag nr. 6-525

de Martine Taelman (Open Vld)

van Martine Taelman (Open Vld)

à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________________
Médecin en revalidation cardiaque - Agrément Cardiaal revalidatiearts - Erkenning 
________________
médecin
maladie cardio-vasculaire
accès à la profession
qualification professionnelle
dokter
hart- en vaatziekte
toegang tot het beroepsleven
beroepskwalificatie
________ ________
19/3/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 23/4/2015)
19/6/2015Rappel
23/6/2015Antwoord
19/3/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 23/4/2015)
19/6/2015Rappel
23/6/2015Antwoord
________ ________
Question n° 6-525 du 19 mars 2015 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-525 d.d. 19 maart 2015 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Durant la précédente législature, l'ancienne ministre fédérale des Affaires sociales et de la Santé publique Laurette Onkelinx aurait élaboré de nouvelles règles relatives à l'agrément des médecins en revalidation cardiaque. La préparation aurait été presque terminée mais les nouvelles règles ne sont jamais entrées en vigueur.

À la suite de la récente réforme de l'État, la compétence a été transférée aux Communautés, à l'exception de la partie spécifiquement normative relative à la formation. Ceci donne à cette question un caractère transversal.

Selon le projet de Mme Onkelinx, la formation de médecin en revalidation cardiaque serait réduite de quatre à deux ans pour les médecins qui veulent obtenir le diplôme après leur formation et de deux à un an pour ceux qui suivent la formation durant leur spécialisation.

Maintenant que, sur le terrain, de nombreux médecins connaissent déjà ce projet, la confusion et le mécontentement règnent chez les médecins en revalidation cardiaque en formation. Ceux qui ont entretemps entamé la formation ne savent pas, deux ans plus tard, si leurs prestations en revalidation cardiaque sont aujourd'hui agréées ou pas. La ministre comprendra que l'absence d'une nouvelle réglementation génère un certain mécontentement au sein de ce groupe.

Travaille-t-on à un projet de réforme de la formation de médecin en revalidation cardiaque? Que prévoira ce projet? Dans quel délai pourra-t-il entrer en vigueur?

 

Tijdens de vorige regeerperiode zou toenmalig federaal minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken Onkelinx, nieuwe regels aangaande de erkenning van cardiaal revalidatie-artsen hebben uitgewerkt. De voorbereiding zou zo goed als rond zijn geweest, maar de nieuwe regels zijn nooit in werking getreden.

Ingevolge de recente staatshervorming werd de bevoegdheid overgeheveld naar de gemeenschappen, behalve het specifieke normerend deel omtrent de opleiding. Dit maakt dat deze vraag een transversaal karakter heeft.

Volgens het ontwerp van mevrouw Onkelinx zou de opleiding tot cardiaal revalidatiearts in part time opleiding worden gereduceerd van vier jaar tot twee jaar voor artsen die het diploma willen behalen na hun opleiding en van twee jaar tot één jaar voor artsen die de opleiding volgen tijdens hun specialisatie.

Nu vele artsen op het terrein reeds kennis hebben van dit ontwerp, heerst er bij de cardiaal revalidatieartsen in opleiding onduidelijkheid en onvrede. De artsen die inmiddels met de opleiding gestart zijn, weten na twee jaar niet of hun prestaties inzake cardiale revalidatie nu erkend zijn of niet. De minister zal begrijpen dat het uitblijven van nieuwe regelgeving bij deze groep tot een zekere onvrede aanleiding geeft.

Wordt er gewerkt aan een ontwerp dat de opleiding tot cardiaal revalidatiearts zal hervormen? Hoe zal dit ontwerp eruit zien en binnen welk tijdsbestek zou dit van kracht kunnen zijn?

 
Réponse reçue le 23 juin 2015 : Antwoord ontvangen op 23 juni 2015 :

L'honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question.

Le dossier des critères d'agrément pour la réadaptation cardiaque est complexe.

Tout d'abord, les critères reposent en partie sur une base légale spécifique. À l'époque en effet, une réglementation pour la réadaptation avait été instaurée sur la base de la loi du 16 avril 1963 relative au reclassement social des handicapés. La durée de formation à laquelle vous faites référence est fixée dans l’arrêté royal du 20 décembre 1978 approuvant les critères de stage et de pratique de la réadaptation, en vue de l'agréation des médecins spécialistes en réadaptation en matière de reclassement social des handicapés.

Par ailleurs, l'arrêté royal du 6 mars 1968 fixant les modalités et conditions d'agrément des médecins spécialistes en réadaptation en matière de reclassement social des handicapés énumère les spécialités médicales qui entrent en considération pour un agrément complémentaire. La cardiologie est l'une des nombreuses spécialités citées dans cet arrêté.

Il y a quelques années, des propositions ont été élaborées en vue d'une adaptation, mais finalement, aucune modification de la réglementation n'est intervenue.

Entre-temps, des modifications et précisions ont été apportées à l'arrêté royal n° 78 du 10 novembre 1967 relatif à l'exercice des professions des soins de santé et aux arrêtés d'exécution relatifs à l'exercice des professions des soins de santé. En cette matière, il nous faut également tenir compte de la directive européenne 2013/55/UE publiée 28 décembre 2013 qui a modernisé la directive 2005/36/CE sur les qualifications professionnelles.

Une actualisation et une approche axée sur l'avenir s'impose. Je demanderai l'avis du Conseil supérieur des médecins spécialistes et des médecins généralistes en vue de la définition, en application de l'arrêté royal n° 78, de nouveaux critères d'agrément pour un titre de niveau 3 en réadaptation pour les spécialités où cela s'avère judicieux. Les avis du Conseil supérieur comportent toujours, outre des critères de qualité, des propositions précises en matière de parcours et de durée de formation.

Le Conseil supérieur travaille en ce moment à l'actualisation de plusieurs qualifications professionnelles pour les médecins, mais je lui demanderai d'élaborer cet avis le plus rapidement possible.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

Het dossier van de erkenningscriteria voor de cardiale revalidatie, is complex.

Vooreerst berusten de criteria deels op een specifieke wettelijke basis. Destijds werd met name een regeling voor de revalidatie ingevoerd op basis van de wet van 16 april 1963 betreffende de sociale reclassering van minder-validen. De opleidingsduur waarnaar u verwijst, wordt bepaald in het koninklijk besluit van 20 december 1978 tot goedkeuring van de criteria voor stage en beoefening van de revalidatie met het oog op de erkenning van geneesheren-specialisten in de revalidatie op het gebied van de sociale reclassering van de minder-validen.

Daarnaast worden in het koninklijk besluit van 6 maart 1968 tot vaststelling van de modaliteiten en voorwaarden van erkenning van de geneesheren-specialisten in de revalidatie, inzake sociale reclassering van de minder-validen de medische specialismen opgesomd die in aanmerking komen voor een bijkomende erkenning. Cardiologie is één van de vele specialismen die in dit besluit wordt opgesomd.

Enkele jaren geleden werd aan voorstellen gewerkt tot een aanpassing, maar een wijziging aan de reglementering werd uiteindelijk niet doorgevoerd.

Inmiddels gebeurden er wijzigingen en verduidelijkingen aan het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidsberoepen en aan de uitvoeringsbesluiten betreffende de uitoefening van de gezondheidsberoepen. We houden in deze materie ook rekening met de op 28 december 2013 gepubliceerde Europese richtlijn 2013/55/EU die de richtlijn 2005/36/EC beroepskwalificaties moderniseert.

Een actuele en toekomstgerichte aanpak is aangewezen. Ik zal advies vragen aan de Hoge Raad van geneesheren specialisten en van huisartsen om bij toepassing van het koninklijk besluit nr. 78 te voorzien in nieuwe erkenningscriteria voor een niveau 3 titel in de revalidatie voor die specialismen waar dit aangewezen is. De adviezen van de Hoge Raad bevatten telkens samen met de kwaliteitscriteria ook duidelijke voorstellen rond opleidingstraject en -duurtijd.

De Hoge Raad werkt momenteel aan de actualisatie van meerdere beroepskwalificaties voor artsen, maar ik zal vragen dit advies zo snel mogelijk te ontwikkelen.