SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
18 juillet 2018 18 juli 2018
________________
Question écrite n° 6-1939 Schriftelijke vraag nr. 6-1939

de Jean-Jacques De Gucht (Open Vld)

van Jean-Jacques De Gucht (Open Vld)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Iran - Pressions sur des citoyens - Espionnage - Terrorisme d'État Iran - Onder druk zetten landgenoten - Spionage - Staatsterreur 
________________
Iran
diaspora
terrorisme
service secret
Iran
diaspora
terrorisme
geheime dienst
________ ________
18/7/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 16/8/2018)
9/12/2018Dossier gesloten
18/7/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 16/8/2018)
9/12/2018Dossier gesloten
________ ________
Aussi posée à : question écrite 6-1937
Aussi posée à : question écrite 6-1938
Réintroduite comme : question écrite 6-2212
Aussi posée à : question écrite 6-1937
Aussi posée à : question écrite 6-1938
Réintroduite comme : question écrite 6-2212
________ ________
Question n° 6-1939 du 18 juillet 2018 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-1939 d.d. 18 juli 2018 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Selon les informations parues dans la presse, les services secrets iraniens ont récemment exercé des pressions sur deux personnes de nationalité belge mais d'origine iranienne et ayant toujours de la famille en Iran, à tel point que ces personnes se sont rendues sciemment ou non à la réunion annuelle d'un important mouvement d'opposition iranien en exil, munies d'un chargement d'explosifs lourds. Le pire a été évité grâce à une intervention rapide et efficace de la Sûreté de l'État.

Nous savons depuis longtemps déjà que l'Iran se livre à un " terrorisme d'État " à travers le Hezbollah, entre autres au Liban et en Israël. Le régime, qui se sent clairement menacé, va à présent un cran plus loin dans ce terrorisme d'État en organisant activement, au départ de notre pays, un attentat contre un mouvement d'opposition réuni à Paris et en le mettant à exécution. La Sûreté de l'État a confirmé antérieurement qu'il s'agissait bien de terrorisme interétatique.

Il apparaît aussi que les services secrets iraniens exercent, depuis des années, des pressions sur des personnes de la diaspora iranienne pour qu'elles participent à la sape de plusieurs mouvements d'opposition au régime iranien. Ainsi, en 1995 déjà, les services de la Sûreté néerlandaise avaient rédigé à ce sujet un rapport détaillé dont le contenu est toujours d'actualité.

Ce rapport dit en substance que les activités iraniennes étaient dirigées contre les opposants au régime en place et que les services de la Sûreté se sont donné beaucoup de mal pour inventorier la communauté iranienne aux Pays Bas, dont certains membres ont été contraints de collaborer sous la menace. Selon ce rapport, ils ont également été priés de participer à des tentatives d'infiltration et de déstabilisation de mouvements d'opposition, dont l'objectif final était d'éliminer ces groupements.

Les services iraniens de la Sûreté agissant sous statut diplomatique doivent cesser leurs manœuvres directes d'intimidation, qui durent depuis des années, envers nos concitoyens d'origine iranienne.

Quant au caractère transversal de la question : les différents gouvernements et maillons de la chaîne de sécurité se sont accordés sur les phénomènes qui doivent être traités en priorité au cours des quatre prochaines années. Ceux ci sont définis dans la Note cadre de sécurité intégrale et dans le Plan national de sécurité pour la période 2016 2019 et ont fait l'objet d'un débat lors d'une conférence interministérielle à laquelle les acteurs de la police et de la justice ont également participé. Cette question concerne dès lors une compétence régionale transversale, les Régions intervenant surtout dans le volet préventif.

Je souhaiterais dès lors poser les questions suivantes :

1) Quelles démarches concrètes ont elles été entreprises au cours de ces dernières années pour inventorier les manœuvres constantes d'intimidation et menaces exercées par les diplomates iraniens, qui font plutôt partie des fameux services de la Sûreté iranienne, contre la diaspora iranienne se trouvant dans notre pays, et pour y mettre un terme ? Pouvez vous expliquer dans le détail quelles sont les indications concrètes dont nous disposons concernant ces pressions ainsi que les démarches qui ont été ou seront entreprises pour y mettre fin ?

2) Pouvez vous indiquer quels autres États exercent, dans notre pays, des pressions actives sur leurs ressortissants et/ou anciens ressortissants ? Pouvez vous fournir une liste de ces pays et indiquer quelles démarches ont été entreprises pour faire cesser ces manœuvres ? Je pense entre autres à la Syrie et à la Turquie.

3) Nos services de la Sûreté disposent ils d'indications concrètes selon lesquelles, comme cela a été constaté aux Pays Bas, certains de nos concitoyens d'origine iranienne ont été approchés activement et intimidés pour qu'ils fournissent des services à la demande du régime iranien ? Pouvez vous détailler votre réponse ?

4) Quelles démarches concrètes comptez vous entreprendre, sachant qu'il est de plus en plus clairement question d'un terrorisme iranien interétatique impliquant directement des diplomates ?

5) Êtes vous disposé à convoquer à bref délai l'ambassadeur et ferez vous expulser des diplomates si ce lien est confirmé par l'enquête en cours ? Pouvez vous développer ?

6) Quelle protection notre État peut il offrir aux citoyens ou réfugiés reconnus originaires d'Iran qui sont approchés par des diplomates ou des agents du régime iranien ? Pouvez vous expliquer concrètement de quelle protection ils bénéficient ?

 

Volgens berichten in de pers heeft de Iraanse geheime dienst onlangs twee mensen met de Belgische nationaliteit maar van Iraanse afkomst en met naaste familieleden die nog leven in Iran, zodanig onder druk gezet dat deze al of niet bewust onderweg waren met een lading zware springstof naar de jaarlijkse bijeenkomst van een belangrijke Iraanse oppositiebeweging in ballingschap. Dankzij een snel en alert optreden van de Veiligheid van de Staat werd erger voorkomen.

We weten al langer dat Iran aan "state sponsored terrorism" doet, onder meer in Libanon en Israël en dit via Hezbollah. Nu heeft het regime, dat zich duidelijk bedreigd voelt, een stap verder gezet in dit staatsterrorisme door vanuit ons land actief een aanslag op te zetten en in uitvoering te brengen jegens een oppositievergadering in Parijs. De Staatsveiligheid bevestigde eerder dat het wel degelijk gaat om interstatelijke terreur.

Ook nu weer blijkt de Iraanse geheime dienst druk uit te oefenen op mensen uit de Iraanse diaspora om deze in te zetten voor het ondermijnen van de diverse oppositiebewegingen tegen het Iraans regime. Dit is al jarenlang aan de gang. Zo bestond er reeds in 1995 een uitgebreid rapport van de Nederlandse veiligheidsdienst hierover, waarvan de inhoud nog steeds actueel is.

Ik citeer kort: "De Iraanse activiteiten waren gericht tegen de opposanten van het zittende regime. De veiligheidsdienst deed veel moeite om de Iraanse Gemeenschap in Nederland in kaart te brengen, waarbij leden van die gemeenschap door intimidatie werden gedwongen tot medewerking. Deze medewerking werd ook verlangd bij pogingen tot infiltratie en destabilisatie van oppositiebewegingen, waarbij het uiteindelijke doel is deze groeperingen uit te schakelen."

Deze reeds jarenlang durende rechtreekse intimidatie door de Iraanse veiligheidsdiensten die opereren onder een diplomatiek statuut op landgenoten afkomstig uit Iran moet stoppen.

Wat betreft het transversaal karakter van de vraag: de verschillende regeringen en schakels in de veiligheidsketen zijn het eens over de fenomenen die de komende vier jaar prioritair moeten worden aangepakt. Die staan gedefinieerd in de kadernota integrale veiligheid en het nationaal veiligheidsplan voor de periode 2016 2019, en werden besproken tijdens een interministeriële conferentie, waarop ook de politionele en justitiële spelers aanwezig waren. Het betreft aldus een transversale Gewestaangelegenheid waarbij de rol van de Gewesten vooral ligt in het preventieve luik.

Ik had hieromtrent dan ook volgende vragen:

1) Welke concrete stappen werden de laatste jaren ondernomen om de voortdurende intimidatie en bedreigingen jegens de Iraanse diaspora in ons land vanwege Iraanse diplomaten, die veeleer deel uitmaken van de beruchte veiligheidsdiensten van Iran, in kaart te brengen en stop te zetten? Kan u gedetailleerd toelichten welke concrete indicaties er bestaan van deze druk alsook de stappen die werden of zullen worden ondernomen om dit stop te zetten?

2) Kan u aangeven welke andere staten in ons land actief druk uitoefenen op hun landgenoten en/of hun voormalige landgenoten? Kan u een landenlijst geven alsook aangeven welke stappen hiertegen worden ondernomen? Ik verwijs onder meer naar Syrië en Turkije.

3) Beschikken onze veiligheidsdiensten over concrete indicaties dat er de laatste jaren, net zoals in Nederland werd vastgesteld, sprake is van het actief benaderen en intimideren van landgenoten die afkomstig zijn uit Iran om vervolgens diensten te leveren op aansturen van het Iraanse regime? Kan u gedetailleerd toelichten?

4) Welke concrete stappen gaat u zetten nu er steeds duidelijker sprake is van Iraanse interstatelijke terreur met rechtreekse betrokkenheid van diplomaten?

5) Bent u bereid op korte termijn de ambassadeur te ontbieden en gaat u diplomaten uitwijzen zo deze link wordt bevestigd door het lopend onderzoek? Kan u dit toelichten?

6) Op welke bescherming vanwege onze overheid kunnen landgenoten of erkende vluchtelingen uit Iran rekenen wanneer zij worden benaderd door diplomaten of agenten van het Iraanse regime? Kan u concreet toelichten welke bescherming ze genieten?