SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2014-2015 Zitting 2014-2015
________________
23 octobre 2014 23 oktober 2014
________________
Question écrite n° 6-162 Schriftelijke vraag nr. 6-162

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au vice-premier ministre et ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, chargé de la Régie des bâtiments

aan de vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen
________________
Recours licite à la force par les citoyens - Circonstances - Limites juridiques Geoorloofd geweld van burgers - Omstandigheden - Juridische grenzen 
________________
violence
poursuite judiciaire
légitime défense
geweld
gerechtelijke vervolging
noodweer
________ ________
23/10/2014Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 27/11/2014)
19/3/2015Antwoord
23/10/2014Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 27/11/2014)
19/3/2015Antwoord
________ ________
Aussi posée à : question écrite 6-163 Aussi posée à : question écrite 6-163
________ ________
Question n° 6-162 du 23 octobre 2014 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-162 d.d. 23 oktober 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il y a peu, les médias ont évoqué l'histoire d'un père et de son fils qui ont réussi à maîtriser et à immobiliser un cambrioleur en attendant l'intervention de la police. On sait que le recours à la force par les citoyens n'est toléré que dans des circonstances exceptionnelles, notamment en cas de menaces. Des procès retentissants concernant des cambrioleurs abattus par des citoyens ont montré l'émergence d'une zone grise en la matière.

Voici mes questions :

1) Dans quelles circonstances un citoyen est-il autorisé à recourir à la force sans s'exposer à des poursuites judiciaires ?

2) Un citoyen a-t-il le droit de maîtriser et d'immobiliser un cambrioleur qu'il surprend en flagrant délit ? Dans quelles limites ? Comment dans ce cas un citoyen peut-il se prémunir contre des plaintes éventuelles que ce cambrioleur pourrait ensuite déposer ?

3) Un usager de la route qui subit une agression physique a-t-il le droit de se défendre ? Comment dans pareil cas un citoyen peut-il se prémunir contre une plainte que son agresseur pourrait ensuite déposer ?

4) Combien de procès relatifs à la justification d'un recours à la force par des citoyens a-t-on dénombrés en moyenne par an, sur la période 2006-2012 ?

5) Quelles sont les directives et informations dont disposent les citoyens pour s'informer correctement en la matière et connaître les limites autorisées ?

6) La ministre mène-t-elle une politique spécifique en la matière ou estime-t-elle qu'il ne s'agit pas véritablement d'une priorité ?

 

Recent meldden de media het verhaal van een vader en zoon die er in slaagden een inbreker te overmeesteren en te immobiliseren tot de politie opdaagde. Het is genoegzaam bekend dat geweld van burgers enkel wordt geduld in zeer uitzonderlijke omstandigheden, onder meer bij bedreigingen. Uit eerdere ophefmakende processen hieromtrent, onder andere bij het neerschieten van inbrekers, blijkt dat hier gemakkelijk een schemerzone optreedt.

Hieromtrent de volgende vragen.

1) Onder welke omstandigheden mogen burgers zelf geweld gebruiken en zal dit geweld niet juridisch worden vervolgd?

2) Mogen bewoners die een inbreker op heterdaad betrappen, deze inbreker overmeesteren en immobiliseren? Welke grenzen gelden hier? Hoe kan de burger in zulk geval zichzelf beschermen tegen eventuele latere klachten vanwege deze inbreker?

3) Mag een slachtoffer van fysiek geweld, bijvoorbeeld bij verkeersagressie, zichzelf verdedigen? Hoe kan de burger in zulk geval zichzelf beschermen tegen eventuele latere klachten vanwege de agressor omwille van geweld?

4) Hoeveel processen rond een justificatie van burgergeweld worden er jaarlijks gevoerd, gemiddeld per jaar voor de periode 2006-2012?

5) Welke richtlijnen en informatie bestaan er te zake om burgers hierover correct en met de nodige veiligheidsgrenzen te informeren?

6) Voert de minister hieromtrent een specifiek beleid of vindt zij dit onvoldoende relevant om dit als een aparte prioriteit te behandelen?

 
Réponse reçue le 19 mars 2015 : Antwoord ontvangen op 19 maart 2015 :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions: 

Cette question parlementaire ne relève pas de mes compétences mais de la compétence de mon collègue, K. Geens, ministre de la Justice.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen: 

Deze parlementaire vraag valt niet onder mijn bevoegdheden, maar behoort tot die van mijn collega, K. Geens, minister van Justitie.