SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2016-2017 Zitting 2016-2017
________________
16 mars 2017 16 maart 2017
________________
Question écrite n° 6-1321 Schriftelijke vraag nr. 6-1321

de Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Prisons - Consommation de drogue - Chiffres - Mesures Gevangenissen - Druggebruik - Cijfers - Maatregelen 
________________
établissement pénitentiaire
détenu
toxicomanie
stupéfiant
trafic de stupéfiants
statistique officielle
strafgevangenis
gedetineerde
drugverslaving
verdovend middel
handel in verdovende middelen
officiële statistiek
________ ________
16/3/2017Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 20/4/2017)
24/10/2017Antwoord
16/3/2017Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 20/4/2017)
24/10/2017Antwoord
________ ________
Question n° 6-1321 du 16 mars 2017 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-1321 d.d. 16 maart 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Différents aspects de la Justice ont été transférés aux entités fédérées ; par conséquent, cette question concerne une matière transversale.

De plus en plus de détenus consomment de la drogue à l'intérieur des prisons. Certains déclarent même que c'est en prison qu'ils ont consommé de la drogue pour la première fois.

1) Au cours des cinq dernières années, combien de détenus ont-ils été surpris en train de consommer de la drogue ? Je souhaite obtenir des chiffres annuels, par établissement pénitentiaire.

2) Au cours des cinq dernières années, combien de détenus ont-ils été pris en flagrant délit de trafic de drogue ? Je souhaite obtenir des chiffres annuels, par établissement pénitentiaire.

3) Au cours des cinq dernières années, combien de fois un visiteur a-t-il été surpris à introduire de drogue dans une prison ? Je souhaite obtenir des chiffres annuels, par établissement pénitentiaire.

4) Au cours des cinq dernières années, combien de fois un gardien a-t-il été surpris à introduire de la drogue dans la prison ?

5) a) Combien de détenus ont-ils dû être hospitalisés à la suite d'une surdose ? Pourriez-vous répartir leur nombre par établissement pénitentiaire ?

b) Dans combien de cas la surdose a-t-elle entraîné la mort du détenu ?

6) Quelles mesures les pouvoirs publics ont-ils prises pour juguler la consommation de drogue et l'introduction de drogue dans les prisons ?

 

Verschillende aspecten van Justitie werden overgedragen naar de deelstaten en bijgevolg betreft deze vraag een transversale aangelegenheid.

Steeds meer gedetineerden gebruiken drugs binnen de gevangenismuren. Een aantal gedetineerden zegt zelfs voor het eerst drugs te hebben genomen in de gevangenis.

1) Hoeveel gevangenen werden de voorbije vijf jaar op jaarbasis betrapt op het gebruik van drugs, opgesplitst per gevangenis ?

2) Hoeveel gevangenen werden de voorbije vijf jaar op jaarbasis betrapt op het dealen van drugs, opgesplitst per gevangenis ?

3) Hoeveel maal werd de voorbije vijf jaar op jaarbasis een bezoeker betrapt op het binnensmokkelen van drugs, opgesplitst per gevangenis ?

4) Hoeveel maal werd de voorbije vijf jaar een cipier betrapt op het binnensmokkelen van drugs ?

5) a) Hoeveel gevangenen moesten wegens een overdosis drugs afgevoerd worden naar een ziekenhuis, opgesplitst per gevangenis ?

b) In hoeveel gevallen leidde de overdosis tot de dood ?

6) Welke maatregelen heeft de overheid genomen om het druggebruik en de drugsmokkel in de gevangenissen tegen te gaan ?

 
Réponse reçue le 24 octobre 2017 : Antwoord ontvangen op 24 oktober 2017 :

1) à 3) La direction générale des Établissements pénitentiaires ne dispose pas encore actuellement de données structurées concernant ce type d’infractions disciplinaires. Ces incidents sont évidemment repris dans les dossiers individuels des détenus ainsi que dans des registres locaux mais pas (encore) dans une banque de données centralisée. En principe, ce module est prévu dans le cadre de la poursuite du développement de Sidis Suite.

4) Depuis 2013, deux dossiers disciplinaires ont eu pour objet l’introduction de stupéfiants dans l’établissement par un agent pénitentiaire : un en 2013 et un en 2015.

5) Par respect du secret médical, il n’est pas possible de donner un aperçu du diagnostic qui a donné lieu à des transferts médicaux. Ces éléments figurent en effet dans le dossier médical individuel.

6) Le phénomène de la drogue est traité par une politique multidirectionnelle qui combine les procédures de sécurité préventives, le régime général et l’accompagnement des détenus toxicomanes.

En ce qui concerne les mesures de sécurité, des contrôles généralisés sont menés (sur quiconque pénètre la prison par exemple) et des actions plus ponctuelles sont entreprises en contrôlant le détenu lui-même ainsi que les locaux qu’il peut occuper (les espaces de séjour ou les cellules, les locaux dédiés aux ateliers, les locaux dédiés aux activités, les salles d’attentes, etc.).

Des études démontrent que des détenus prennent plus souvent de la drogue si leur emploi du temps n’est pas rempli. Les établissements pénitentiaires veillent par conséquent à ce que les détenus puissent travailler (chaque prison dispose d’un ou de plusieurs ateliers – environ 1 700 détenus travaillent quotidiennement) et à ce qu’il y ait suffisamment d’autres possibilités visant à remplir utilement la journée (bibliothèque, sport, etc.).

L’aide constitue le troisième pilier. Il se compose de l’aide médicale prévue par les établissements pénitentiaires et d’autres mesures d’accompagnement élaborées en collaboration avec les services des Communautés.

Des moyens sont mobilisés afin de faire correspondre la qualité de l’aide médicale à celle fournie à la société en général. C’est ainsi que trois projets pilotes seront prochainement lancés dans ce contexte, en coopération avec le service public fédéral (SPF) Santé publique, dans lesquels on misera spécifiquement sur l’aide (médicale) aux toxicomanes.

Les Communautés s’attèlent actuellement à l’élaboration du successeur des anciens points de contact. Le ministre flamand du Bien-être a également annoncé la création de TANDEM. Il s’agit d’un service qui doit optimiser l’orientation des détenus vers les soins en santé mentale, en portant ici aussi une attention particulière aux détenus souffrant d’un problème de drogue. Au sein de la Communauté française, divers services spécialisés dans l’aide aux toxicomanes sont également actifs au sein de différentes prisons.

1) tot 3) Het directoraat-generaal Penitentiaire Inrichtingen (EPI) beschikt momenteel nog niet over gestructureerde data wat betreft dergelijke tuchtinbreuken. Deze incidenten worden uiteraard opgenomen in de individuele dossiers van de gedetineerden en in lokale registers maar (nog) niet in een gecentraliseerde databank. Deze module is in principe wel voorzien in de context van de verdere ontwikkeling van Sidis Suite.

4) Sinds 2013 zijn er twee tuchtprocedures geweest voor het binnensmokkelen van drugs in de gevangenis door een gevangenismedewerker. Eén in 2013 en één in 2015.

5) Omwille van medisch beroepsgeheim kan geen overzicht gegeven worden met betrekking tot de diagnostiek die aanleiding heeft gegeven tot medische overbrengingen. Deze informatie bevindt zich immers ei het individuele medisch dossier.

6) Het drugfenomeen wordt benaderd via een meersporenbeleid dat de combinatie is van preventieve veiligheidsprocedures, het algemeen regime en de begeleiding van gedetineerden met een drugproblematiek.

Wat de veiligheidsmaatregelen betreft, worden zowel algemene controles uitgevoerd (op eenieder die de gevangenis binnenkomt bijvoorbeeld) als er meer punctuele acties worden ondernomen door controles op de persoon van de gedetineerde dan wel in de lokalen waar hij kan vertoeven (de verblijfsruimten of cellen, de werkplaatsen, activiteitenlokalen, wachtzalen, enz.).

Uit studies blijkt dat het grijpen naar drugs meer voorkomt indien gedetineerden geen gevulde dagbesteding hebben. De penitentiaire instellingen zorgen er bijgevolg voor dat gedetineerden kunnen werken (elke gevangenis beschikt over één of meerdere werkplaatsen – zo’n 1 700 gedetineerden werken dagelijks) en dat er voldoende andere mogelijkheden voor een zinvolle daginvulling beschikbaar zijn (bibliotheek, sport, enz.).

De hulpverlening is de derde pijler. Deze bestaat op zijn beurt uit de medische dienstverlening die door het gevangeniswezen wordt voorzien en andere begeleidingsmaatregelen die in samenwerking met de diensten van de Gemeenschappen worden uitgebouwd.

Er worden middelen ingezet om de kwaliteit van de medische dienstverlening te laten aansluiten bij deze in de reguliere samenleving. Zo zullen er in die context binnenkort drie pilootprojecten starten in samenwerking met de federale overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid, waarbij specifiek wordt ingezet op (medische) drughulpverlening.

De Gemeenschappen werken momenteel volop aan de uitbouw van de opvolger van de vroegere aanmeldingspunten. Zo kondigde de Vlaamse minister van Welzijn nog de oprichting van TANDEM aan. Een dienst die de toeleiding van gedetineerden naar de geestelijke gezondheidszorg moet optimaliseren, ook hier met bijzondere aandacht voor gedetineerden met een drugprobleem. Vanuit de Franse Gemeenschap zijn tevens diverse diensten die gespecialiseerd zijn in drughulpverlening actief in de diverse gevangenissen.