SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
19 juillet 2013 19 juli 2013
________________
Question écrite n° 5-9609 Schriftelijke vraag nr. 5-9609

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au vice-premier ministre et ministre de la Défense

aan de vice-eersteminister en minister van Landsverdediging
________________
l'intervention belge au Mali de Belgische interventie in Mali 
________________
mission militaire de l'UE
Mali
force à l'étranger
militaire missie van de EU
Mali
strijdkrachten in het buitenland
________ ________
19/7/2013Verzending vraag
23/8/2013Antwoord
19/7/2013Verzending vraag
23/8/2013Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-2962 Requalification de : demande d'explications 5-2962
________ ________
Question n° 5-9609 du 19 juillet 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-9609 d.d. 19 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le gouvernement et le parlement ont décidé, à un large consensus, de soutenir l'intervention française au Mali. Mon parti a, lui aussi, approuvé cette opération. L'évolution de la situation au Mali est en effet très incertaine et l'armée gouvernementale menace de se faire complètement submerger par ceux qu'on qualifie d'islamistes radicaux. Personne ne veut d'une deuxième Somalie.

Lors de cette intervention, notre pays ne participera pas aux combats mais il apportera un soutien logistique et médical. La prudence est cependant de mise ici aussi. Les deux C-130 et les deux hélicoptères Agusta sont loin d'être invulnérables. Les rebelles apparaissent lourdement armés. C'est pourquoi je me demande avec inquiétude s'ils ne seraient pas capables d'abattre des avions et des hélicoptères.

Le ministre a-t-il une idée de la capacité de défense antiaérienne des rebelles ? De quelles armes comportant une menace potentielle pour nos forces aériennes déployées là-bas disposent-ils ? De quelle manière évalue-t-on la réalité de cette menace et nos hommes et leurs alliés sont-ils à même de maîtriser ces dangers ?

Avons-nous défini avec les Français un cadre clair pour la structure de commandement, les objectifs, l'encadrement et la « force protection » ? Le ministre peut-il l'expliquer ? Qu'a-t-on décidé quant à la durée de la mission ?

 

Regering en parlement besloten in grote eensgezindheid om Frankrijk te steunen in hun interventie in Mali. Ook mijn partij keurde de operatie goed. De situatie in Mali ontwikkelt immers zeer precair en het regeringsleger dreigt volledig overweldigd te worden door wat men als radicale islamisten bestempelt. Niemand wil een tweede Somalië.

Ons land zal bij deze interventie niet aan de gevechten participeren maar voor logistieke en medische ondersteuning zorgen. Toch past ook hier voorzichtigheid. De twee C-130's en de twee Agusta helikopters zijn lang niet onaantastbaar. De rebellen blijken goed en zwaar bewapend. Ik stel me daarbij met bekommernis de vraag of zij in staat zijn om vliegtuigen en helikopters neer te halen.

Heeft de minister zicht op de luchtafweercapaciteit van de rebellen? Over welke wapens die mogelijk een bedreiging vormen voor onze aanwezige luchtmachtcomponent beschikken zij? Op welke wijze en hoe reëel wordt deze bedreiging ingeschat en zijn onze manschappen en hun bondgenoten bij machte om deze gevaren te beheersen?

Is er een duidelijk kader afgesproken met de Fransen m.b.t. de bevelstructuur, de doelstellingen, de omkadering en de 'force protection'? Kan de minister dit verduidelijken? Wat werd beslist inzake de duur van de missie?

 
Réponse reçue le 23 aôut 2013 : Antwoord ontvangen op 23 augustus 2013 :

L’honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.

La contribution belge à l’opération SERVAL s'est terminée fin mars 2013. La France s’est également progressivement retirée à partir de fin avril. La responsabilité de la sécurité de l'ensemble du territoire malien fut remise aux forces armées maliennes et à la « African-led International Support Mission in Mali » (AFISMA). L'opération SERVAL a empêché le Mali d’être totalement envahi par des terroristes islamistes armés.

En ce qui concerne la menace sol-air au Mali, les rebelles disposaient de différents types d'armes, allant des armes légères à ce qu’on appelle les MANPADS « Man Portable Air Defense System » Cependant, la plupart des armes étaient obsolètes, et souvent, les rebelles n'avaient pas reçu la formation nécessaire pour manipuler ces armes correctement.

La structure de commandement sous laquelle les troupes belges opéraient était clairement définie: le détachement belge C-130 opérait sous le commandement opérationnel du commandant français de la composante aérienne des Forces interarmées (JFACC) à N'djamena. Réparties sur les dix semaines 773 tonnes d’équipements et 1 403 personnes ont été transportées. Au total 465 heures de vol ont été effectuées au profit de l’opération SERVAL dont 56 heures pour le transport aérien stratégique et 409 heures pour des vols tactiques au-dessus du Mali. Le détachement A-109 était 24/7 stand-by avec un préavis de 30 minutes pendant la journée et de 45 minutes la nuit et a effectué six évacuations médicales.

Le 1er avril 2013, la « European Union Training Mission » (EUTM) a démarré au Mali. Le 22 mars 2013, le Conseil des Ministres a marqué son accord pour l’engagement en faveur de l'EUTM Mali des 2 A-109 équipés médicalement et ceci jusqu'au 30 juin. Le 20 juin, le Conseil des ministres a décidé que la Belgique livrerait une septantaine de militaires jusqu'en mai 2014 pour la protection du camp de formation de Koulikoro. Ces militaires sont partis le 10 juillet en direction du Mali et effectuent entre temps leur mission de protection de forces.

Comme indiqué dans l'accord gouvernemental, le Parlement est immédiatement informé et impliqué dans le « suivi », et ceci conformément au degré de confidentialité requis.

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.

De Belgische bijdrage aan de operatie SERVAL werd eind maart 2013 beëindigd. Ook Frankrijk heeft zich progressief teruggetrokken vanaf einde april. De verantwoordelijkheid voor de veiligheid van het volledige Malinese grondgebied werd overgegeven aan de Malinese strijdkrachten en de “African-led International Support Mission in Mali” (AFISMA). De operatie SERVAL heeft Mali behoed voor een totale overrompeling van zijn grondgebied door islamitische gewapende terroristen.

Met betrekking tot de grond-lucht dreiging in Mali, beschikten de rebellen over verschillende types wapens, gaande van kleinere wapens tot de zogenaamde MANPADS (Man Portable Air Defense System). De meeste wapens waren echter verouderd en vaak hadden de rebellen ook niet de nodige training genoten om ze correct te kunnen hanteren.

De bevelstructuur waarbinnen de Belgische manschappen opereerden was duidelijk omschreven: het Belgische C-130 detachement opereerde onder het operationeel commando van de Franse Joint Force Air Component Commander (JFACC) in N’djamena. Verspreid over de tien weken werden er 773 Ton materieel en 1 403 personen vervoerd. In totaal werden 465 vluchturen uitgevoerd ten voordele van de operatie SERVAL waarvan 56 uur voor strategisch luchttransport en 409 uur voor tactische vluchten binnen Mali. Het A-109 detachement stond 24/7 stand-by op een interventietermijn van 30 minuten overdag en 45 minuten ’s nachts en voerde zes medische evacuaties uit.

Op 1 april 2013 is de “European Union Training Mission” (EUTM) in Mali gestart. Op 22 maart 2013 gaf de ministerraad in het kader van deze opdracht haar akkoord voor de inzet ten voordele van EUTM Mali van de 2 medisch uitgeruste A-109 tot 30 juni. Op 20 juni heeft de Ministerraad beslist dat België een zeventigtal militairen zal leveren tot mei 2014 voor de bescherming van het trainingskamp van Koulikoro. Deze militairen zijn op 10 juli richting Mali vertrokken en voeren intussen hun beschermingsopdracht uit.

Zoals in het regeerakkoord wordt gesteld, wordt het Parlement onmiddellijk geïnformeerd en bij de “follow up” betrokken, en dit met eerbiediging van de nodige graad van vertrouwelijkheid.