SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
3 mai 2013 3 mei 2013
________________
Question écrite n° 5-8922 Schriftelijke vraag nr. 5-8922

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au ministre des Finances, chargé de la Fonction publique

aan de minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken
________________
Les déclarations publiques et les condamnations de la part d'un directeur de l'Inspection spéciale des impôts De publieke uitlatingen van en veroordelingen door een directeur van de Bijzondere Belastinginspectie 
________________
Inspection spéciale des impôts
devoirs du fonctionnaire
secret professionnel
déontologie professionnelle
évasion fiscale
syndicat
Bijzondere Belastinginspectie
plichten van de ambtenaar
beroepsgeheim
beroepsdeontologie
belastingvlucht
vakbond
________ ________
3/5/2013Verzending vraag
17/5/2013Antwoord
3/5/2013Verzending vraag
17/5/2013Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-3263 Requalification de : demande d'explications 5-3263
________ ________
Question n° 5-8922 du 3 mai 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-8922 d.d. 3 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

't Scheldt, un journal qui se dit lui-même de droite et satirique, rapportait récemment des propos étonnants du directeur gantois de l'Inspection spéciale des impôts. Bien que ce haut fonctionnaire ne s'occupe pas du dossier ACW et n'y ait donc pas accès, il s'exprimait en termes sévères dans le journal satirique. Il considérait ce dossier comme étant « une forme anormale d'évasion fiscale » et s'exprimait en des termes négatifs à propos de certains montages juridiques.

Il semble que le directeur de l'ISI n'en soit pas à son coup d'essai. Précédemment, il s'était déjà exprimé en public sur le dossier fiscal d'un élu du niveau national et actuellement actif au niveau international.

Le ministre confirme-t-il qu'un directeur régional de l'Inspection spéciale des impôts s'est exprimé publiquement sur le dossier ACW en des termes négatifs ? Un haut fonctionnaire des Finances peut-il s'exprimer de cette manière sur les aspects fiscaux d'une enquête concernant de près le département des Finances et son service, l'Inspection spéciale des impôts ? Le fonctionnaire a-t-il franchi les limites de la déontologie ? Si oui, lesquelles ? Qui doit et devra intervenir ? En cas d'infraction, comment sera-t-il sanctionné ? Tiendra-t-on également compte du précédent en la matière dans ce dossier spécifique ?

Le ministre estime-t-il nécessaire de transmettre des directives plus claires et plus sévères en cette matière aux fonctionnaires ou le cadre existant est-il suffisant pour agir contre de tels faits ?

 

't Scheldt, een blad dat zichzelf ronduit als rechts en satirisch bestempelt,bevatte recent een aantal opmerkelijke uitspraken van de Gentse directeur van de Bijzondere Belastinginspectie. Hoewel de hoge ambtenaar niet op het zogenoemde ACW-dossier werkt en dus geen inzicht heeft in het dossier, sprak hij in het satirisch blad harde woorden. Hij beoordeelde het dossier als "een abnormale vorm van belastingontwijking" en sprak zich verder er negatief uit over een aantal juridische constructies.

Met zijn uitspraken en veroordelingen blijkt de betrokken BBI-directeur niet aan zijn proefstuk. Al eerder veroorloofde hij zich publieke uitspraken over het fiscale dossier van een nationaal en momenteel internationaal politicus.

Bevestigt de minister dat een regionaal directeur van de Bijzondere Belastinginspectie zich in een medium publiekelijk uitte over het ACW-dossier en daarbij forse en vooral negatieve oordelen uitsprak? Kan een hoge ambtenaar van Financiën op die wijze uitspraken doen over de fiscaalrechtelijke aspecten van een onderzoek waarbij het departement Financiën en zijn dienst, de Bijzondere Belastinginspectie, van zeer nabij betrokken is? Heeft de ambtenaar de grenzen van de deontologie overschreden? Zo ja, welke? Wie moet en zal daarbij optreden? Op welke wijze zal de ambtenaar, indien in overtreding, daarvoor worden gestraft? Wordt in dit specifieke dossier ook rekening gehouden met het precedent ter zake?

Acht de minister het noodzakelijk dat in dat soort aangeleghenheden meer duidelijke, strengere richtlijnen aan ambtenaren worden verstrekt of volstaat het bestaande kader om dergelijke feiten adequaat aan te pakken?

 
Réponse reçue le 17 mai 2013 : Antwoord ontvangen op 17 mei 2013 :

1) Un directeur régional de l’Inspection spéciale des impôts (ISI) a effectivement fait des déclarations dans la presse écrite concernant un dossier fiscal qui est actuellement traité par une autre direction régionale de l’ISI.

2) Tous les fonctionnaires, donc également un directeur régional, sont tenus au strict respect, d’une part, du secret professionnel (voir par exemple les articles 337 du CIR 92 et 93bis du CTVA) et, d’autre part, des règles de déontologie reprises dans le Statut des agents de l'État et dans la circulaire n° 573 du 17 août 2007 (Moniteur belge, du 27 août 2007).

3) Pour ne pas mettre à mal de telles procédures d’enquête, il va de soi que je ne me prononcerai sur aucun cas concret.

4) Mes services ont élaboré un document spécifique, sous le titre du « Guide du cadre déontologique », qui a été envoyé par mail à tous les membres du personnel du Service public fédéral (SPF) Finances le 28 mars 2013.

1) Een gewestelijk directeur van de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) heeft in de geschreven pers inderdaad uitspraken gedaan over een fiscaal dossier dat momenteel bij een andere gewestelijke directie van de BBI wordt onderzocht.

2) Alle ambtenaren, dus ook een gewestelijk directeur, zijn gehouden tot de strikte naleving van enerzijds het beroepsgeheim (zie bijvoorbeeld de artikelen 337 WIB 92 en 93bis WBTW) en anderzijds de deontologische regels, waarvan sprake in het Statuut van het Rijkspersoneel en de omzendbrief nr. 573 van 17 augustus 2007 (Belgisch Staatsblad, van 27 augustus 2007).

3) Om de procedure van eender welk onderzoek niet in gevaar te brengen, spreekt het dan ook voor zich dat ik mij over geen enkel concreet geval mag uitspreken.

4) Mijn diensten hebben onder de titel “Leidraad bij het deontologisch kader” een specifiek document uitgewerkt, dat op 28 maart 2013 via mail aan alle personeelsleden van de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën werd toegestuurd.