SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
6 février 2013 6 februari 2013
________________
Question écrite n° 5-8035 Schriftelijke vraag nr. 5-8035

de Karl Vanlouwe (N-VA)

van Karl Vanlouwe (N-VA)

au ministre de la Défense

aan de minister van Landsverdediging
________________
La force militaire africaine De Afrikaanse troepenmacht 
________________
force multinationale
Afrique
OTAN
Union africaine
multinationale strijdmacht
Afrika
NAVO
Afrikaanse Unie
________ ________
6/2/2013Verzending vraag
11/3/2013Antwoord
6/2/2013Verzending vraag
11/3/2013Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2969 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2969
________ ________
Question n° 5-8035 du 6 février 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-8035 d.d. 6 februari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'OTAN a déjà collaboré à maintes reprises avec l'Union africaine. À la demande de celle-ci, l'OTAN a par exemple organisé des stages de formation et a apporté sa contribution à des initiatives de maintien de la paix, en particulier par une force militaire africaine.

1) Je souhaiterais plus de précisions sur la contribution de l'OTAN à cette collaboration avec l'Union africaine.

2) À quelles missions en Afrique les troupes de l'OTAN participent-elles ?

3) Comment la force militaire africaine évolue-t-elle et se développe-t-elle, entre autres pour ce qui concerne la mission au Mali ?

 

De NAVO werkte meermaals samen met de Afrikaanse Unie. Zo organiseerde de NAVO in het verleden veelal op aanvraag van de Afrikaanse Unie, opleidingsstages en heeft zij ook bijgedragen tot de initiatieven van vredeshandhaving van de Afrikaanse Unie, in het bijzonder van een Afrikaanse troepenmacht.

1) Graag ontving ik meer informatie over de bijdrage van de NAVO in deze samenwerking met de Afrikaanse Unie.

2) Aan welke missies nemen NAVO-troepen deel in Afrika ?

3) Hoe evolueert en ontwikkelt zich een Afrikaanse troepenmacht, o.m. inzake de missie in Mali ?

 
Réponse reçue le 11 mars 2013 : Antwoord ontvangen op 11 maart 2013 :

L'honorable membre est prié de trouver ci-après la réponse à ses questions.

1. Depuis 2005, l’OTAN apporte son soutien à l’Union africaine à la demande de celle-ci. L’action de l’Organisation du traité de l’Atlantique Nord (OTAN) cadre dans le contexte de la volonté africaine de ‘laisser aux Africains la possibilité de trouver les solutions à leurs problèmes’. Sur le terrain, ce soutien se traduit par la mise à disposition de transport aérien et maritime stratégique au profit de l’"African Union Mission in Somalia" (AMISOM). À côté de cela, l’État-major militaire de l’Union africaine est renforcé par trois experts qui donnent des avis dans différents domaines de planification, en particulier en matière d’"African Standby Force" (ASF). L’ASF est une force militaire internationale, continentale, dotée d’une composante civile et policière qui devrait être complètement opérationnelle en 2015.

2. À côté de son soutien à l’Union africaine, l’OTAN est également active en Afrique. L’opération de l’OTAN Ocean Shield contribue ainsi aux efforts internationaux dans la lutte contre la piraterie au large de la Corne de l’Afrique et offre également une assistance à la construction d’une capacité régionale.

3. La mise sur pied d’une force militaire se déroule au sein de l’Union africaine tout comme au sein de l’OTAN. Sur base d’une Résolution des Nations Unies, l’Union africaine décide de constituer une force militaire et désigne pour ce faire une de ses cinq organisations régionales. Dans le cas spécifique du soutien au Mali, sur base des Résolutions 2071 et 2085 du Conseil de Sécurité des Nations unies (NU), l’Union africaine a fait appel aux pays de la "Communauté Économique des Éats d’Afrique de l’Ouest (CEDEAO)". La contribution initiale de ces pays à la "Mission internationale de soutien au Mali sous conduite africaine (MISMA)" représentait 3 300 militaires. Lors de la réunion des Chefs d’État-major des pays de la CEDEAO qui a eu lieu le 26 janvier 2013, il a été décidé d’augmenter les effectifs de la MISMA jusqu’à 5 700 militaires. Actuellement plus de 5 400 militaires sont présents dont 2 035 militaires provenant du Tchad. Les autres principaux pays participants sont le Nigéria (472 militaires), le Togo (727 militaires), le Bénin (279 militaires), le Niger (532 militaires), le Burkina Faso (501 militaires), le Sénégal (495 militaires), la Guinée Conakry (144 militaires) et le Ghana (128 militaires).

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.

1. Sinds 2005 levert de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) op vraag van de Afrikaanse Unie steun aan deze laatste. De NAVO komt hieraan tegemoet in de context van de Afrikaanse wil om ‘Afrikaanse oplossingen te vinden voor Afrikaanse problemen’. Op het terrein omvat deze steun het leveren van strategische lucht- en zeetransporten ten behoeve van de "African Union Mission in Somalia" (AMISOM). Daarnaast wordt de militaire staf van de Afrikaanse Unie versterkt door drie experten die advies leveren in verschillende planningsdomeinen, in het bijzonder met betrekking tot de "African Standby Force" (ASF). De ASF is een internationale, continentale Afrikaanse militaire troepenmacht met een burger- en politiecomponent, waarvan verwacht wordt dat ze tegen 2015 volledig operationeel zal zijn.

2. De NAVO is naast haar steun aan de Afrikaanse Unie zelf ook actief in Afrika. Zo draagt de NAVO-operatie Ocean Shield bij tot de internationale inspanningen in de strijd tegen de piraterij in de Hoorn van Afrika en biedt ze ook bijstand aan regionale capaciteitsopbouw.

3. De ontwikkeling van een troepenmacht verloopt bij de Afrikaanse Unie op gelijkaardige wijze als bij de NAVO. Op basis van een Resolutie van de Verenigde Naties beslist de Afrikaanse Unie tot de samenstelling van een troepenmacht en duidt hiervoor een van haar vijf regionale organisaties aan. In het specifieke geval van de steun aan Mali, heeft de Afrikaanse Unie op basis van de Resoluties 2071 en 2085 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VN) de landen van de "Economic Community of West-African States (ECOWAS) opgeroepen. De initiële bijdrage van deze landen aan de "African International Support Mission to Mali" (AFISMA) bedroeg 3.300 soldaten. Op de vergadering van de stafchefs van de ECOWAS-landen van 26 januari 2013 werd beslist om de getalsterkte van AFISMA te verhogen tot 5.700 militairen. Momenteel zijn er reeds meer dan 5 400 militairen ter plekke waaronder 2 035 militairen uit Tsjaad. De voornaamste andere deelnemende landen zijn Nigeria (472 militairen), Togo (727 militairen), Benin (279 militairen), Niger (532 militairen), Burkina Faso (501 militairen), Senegal (495 militairen), Guinea Conakry (144 militairen) en Ghana (128 militairen).