SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
27 décembre 2010 27 december 2010
________________
Question écrite n° 5-701 Schriftelijke vraag nr. 5-701

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Aéroport de Zaventem - Voyageurs bloqués - Accueil Luchthaven Zaventem - Gestrande reizigers - Opvang 
________________
intempérie
transport aérien
aéroport
assistance en escale
droits des passagers
weer en wind
luchtvervoer
luchthaven
gronddiensten op luchthavens
rechten van passagiers
________ ________
27/12/2010Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
27/12/2010Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________ ________
Question n° 5-701 du 27 décembre 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-701 d.d. 27 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La neige tombée en abondance en Europe Occidentale en novembre et décembre 2010 a bloqué beaucoup de voyageurs dans de nombreux aéroports. Au début des intempéries, bon nombre de vols ont été déviés vers l'aéroport de Zaventem. Trouver des solutions dans des situations d'urgence ne pose pas de problème de principe. Cependant, cette interprétation positive a vite fait de se heurter au constat inquiétant d'une incapacité organisationnelle croissante. Les centaines de voyageurs bloqués dont beaucoup n'avaient pas de visa ont dû rester dans la zone de transit où ils ont été particulièrement mal accueillis. La zone de transit offrait une vision effrayante, les voyageurs bloqués étant traités indignement. Une multitude de témoignages ont illustré cette approche humiliante et ce manque d'hospitalité explicite. Les oiseaux de mauvais augure se sont demandé comment un tel chaos était possible dans l'aéroport de la capitale de l'Europe.

Je voudrais dès lors poser les questions suivantes :

1. Qu'a fait la ministre pour accueillir dignement les voyageurs? Quels moyens y a-t-elle consacrés? Des repas ont-ils été servis? A-ton prévu des possibilités d'hébergement supplémentaires? Pourquoi, dans de telles circonstances exceptionnelles, n'a-t-on pas également prévu des capacités d'accueil exceptionnelles? Comment peut-elle tolérer ces preuves douloureuses d'incapacité et de manque d'hospitalité? A-t-elle conscience que cela a nui à l'image de la Belgique?

2. Quelles initiatives envisage-t-elle de prendre le cas échéant, avec l'exploitant de l'aéroport, pour éviter à l'avenir de telles situations? Prévoit-elle d'investir dans des plans d'urgence et des lieux d'accueil mieux équipés? Ne trouve-t-elle pas curieux qu'un aéroport qui investit depuis des années dans une infrastructure mégalomane ne puisse trouver, dans ses espaces grotesques, un endroit pour accueillir dignement des voyageurs bloqués? Fera-t-elle le nécessaire pour contraire l'exploitant à investir dans un plan sérieux et réalisable permettant d'accueillir les voyageurs dans de telles situations? Est-elle satisfaite de l'idée selon laquelle il serait plus facile d'introduire un kilo de cocaïne à Zaventem que de prévoir un lit de camp pour des voyageurs bloqués?

3) Y a-t-il des accords de coopération structurels et opérationnels avec les services et organisations de secours et les services de police et d'incendie? Des accords de coopération ont-ils aussi été conclus avec les hôpitaux dans le cadre de la Croix-Rouge et/ou d'autres associations actives sur le terrain de l'aide d'urgence?

4. S'attellera instamment à de tels plans d'action et contraindra-t-elle aussi l'exploitant de l'aéroport à investir dans ce domaine?

5. Envisage-t-elle de donner des directives aux agences de voyage et aux compagnies aériennes afin de les contraindre, dans ces situations d'urgence, à offrir une aide efficace en matière d'hygiène, de ravitaillement, de soins et de confort?

 

De stevige sneeuwval tijdens november en december 2010 in West-Europa zorgde voor heel wat geblokkeerde reizigers op tal van luchthavens. Bij aanvang van de weerproblemen werden tal van vluchten afgeleid naar de luchthaven van Zaventem. Principieel stellen zich geen problemen om in tijden van nood oplossingen te kunnen bieden. Maar deze positieve invulling raakt vrij vlug ondergesneeuwd bij de vaststelling van een verontrustend en toenemend organisatorisch onvermogen. De honderden gestrande reizigers, velen onder hen zonder visum, dus verplicht om in de transitzone te blijven, werden geconfronteerd met een bijzonder gebrekkige opvang. De transitzone bood een verschrikkelijk zicht, de gestrande reizigers kregen een mensonwaardige behandeling. Talloze getuigenissen illustreerden deze vernederende aanpak en dit expliciete gebrek aan gastvrijheid. Daarbij stelden deze ongeluksvogels zich de cruciale vraag: hoe is zo'n geklungel mogelijk in de luchthaven van de Europese hoofdstad?

Ik heb daarom de volgende vragen

1. Wat ondernam de minister om deze gestrande reizigers menswaardig op te vangen? Welke middelen heeft zij hiertoe aangewend? Zijn er maaltijden gegeven? Werden er extra slaapgelegenheden voorzien? Waarom werden er in deze uitzonderlijke omstandigheden ook geen uitzonderlijke opvangmogelijkheden vrijgemaakt? Hoe kan zij deze pijnlijke bewijzen van onvermogen en ongastvrijheid tolereren? Is zij zich bewust van het bijzonder slechte effect op het imago van België?

2. Welke initiatieven overweegt zij, zo nodig samen met de luchthavenexploitant, om in de toekomst zulke toestanden te voorkomen? Zal er geïnvesteerd worden in noodplannen en beter uitgeruste opvangplaatsen? Vindt hij het niet eigenaardig dat een luchthaven die al jarenlang investeert in megalomane infrastructuur in al haar groteske ruimtes geen plaats vindt voor een menswaardige en gastvrije opvang van gestrande reizigers? Zal zij het nodige doen om de exploitant van de luchthaven te verplichten om te investeren in een ernstig, haalbaar plan voor de opvang in dergelijke situaties? Is zij tevreden met het beeld dat het eenvoudiger blijkt om in Zaventem een kilo cocaïne binnen te brengen dan een veldbed te voorzien voor gestrande reizigers?

3. In welke mate zijn er structurele en operationele samenwerkingsverbanden met hulpdiensten en -organisaties en politie- en brandweerdiensten? Werden er hieromtrent ook samenwerkingsakkoorden afgesloten met ziekenhuizen in de omgeving of met het Rode Kruis en/of andere verenigingen actief op het terrein van noodhulp?

4. Zal zij dringend werk maken van zulke actieplannen en ook de exploitant van de luchthaven verplichten hier mee in te investeren?

5. Denkt zij aan richtlijnen voor reisbureaus en luchtvaartmaatschappijen, om hen in dergelijke noodsituaties met urgentie te verplichten om daadwerkelijk hulp te bieden bij hygiëne, voeding, verzorging en comfort?