SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
24 mai 2012 24 mei 2012
________________
Question écrite n° 5-6312 Schriftelijke vraag nr. 5-6312

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________________
Autisme - Traitement possible - Recherches - Participation belge - Données chiffrées Autisme - Mogelijke behandeling - Onderzoek - Belgische deelname - Cijfermateriaal 
________________
recherche médicale
maladie du système nerveux
maladie mentale
thérapeutique
medische research
ziekte van het zenuwstelsel
geestesziekte
geneeswijze
________ ________
24/5/2012Verzending vraag
6/12/2013Herkwalificatie
24/5/2012Verzending vraag
6/12/2013Herkwalificatie
________ ________
Requalifiée en : demande d'explications 5-4412 Requalifiée en : demande d'explications 5-4412
________ ________
Question n° 5-6312 du 24 mai 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-6312 d.d. 24 mei 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Dernièrement, les médias se sont fait l'écho de la thèse de certains chercheurs spécialisés dans le cerveau, entre autres d'Utrecht et de Nimègue, qui collaborent avec d'autres universités européennes à des recherches pour le traitement de l'autisme. Ces recherches, auxquelles participent vingt universités et six firmes pharmaceutiques, disposent d'un budget de 30 millions d'euros. Les premiers résultats sont extrêmement optimistes et laissent espérer un possible traitement médicamenteux. Cela semble une bonne nouvelle pour les quelque 1 % d'enfants autistes.

Mes questions à ce sujet sont les suivantes.

1) Comment la ministre évalue-t-elle ces nouvelles prometteuses au sujet de ces recherches internationales de grande envergure sur un possible traitement de l'autisme ?

2) Des acteurs belges collaborent-ils à ces recherches ?

3) La ministre confirme-t-elle que 1 % des enfants sont confrontés à l'autisme ? De quels chiffres la ministre dispose-t-elle concernant notre pays ? À quelles classes d'âge se rapportent-ils et quelle définition de l'autisme utilise-t-on ? Que représentent ces chiffres pour l'ensemble de la population ?

 

Recent berichtten de media over de stelling van hersenonderzoekers, onder andere uit Utrecht en Nijmegen, die samen met andere Europese universiteiten, werken aan het onderzoek voor de behandeling van autisme. Deze aanpak van twintig universiteiten en zes farmaceutische bedrijven beschikt over 30 miljoen euro voor dit onderzoek. De eerste resultaten klinken opvallend optimistisch en gewagen van een mogelijke medicamenteuze behandeling. Dit lijkt goed nieuws voor de ongeveer 1 % van de kinderen dat met autisme wordt geconfronteerd.

Hierover de volgende vragen:

1) Hoe evalueert en apprecieert de geachte minister de hoopvolle berichten vanuit dit grootschalige internationale onderzoek naar een mogelijke behandeling van autisme?

2) Zijn er bij dit onderzoek Belgische actoren betrokken?

3) Bevestigt de geachte minister de stelling dat 1% van alle kinderen met autisme wordt geconfronteerd? Over welke cijfers voor ons land beschikt de minister? Voor welke leeftijdscategorieën gelden deze en met welke definitie van autisme wordt hier gewerkt? Wat betekenen deze cijfers voor de volledige bevolking?