SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
22 mai 2012 22 mei 2012
________________
Question écrite n° 5-6283 Schriftelijke vraag nr. 5-6283

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la vice-première ministre et ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des Chances

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen
________________
La sous-traitance de tâches policières à des sociétés de sécurité privées Het uitbesteden van politietaken aan particuliere beveiligingsbedrijven 
________________
sécurité et gardiennage
police
police locale
entreprise privée
beveiliging en bewaking
politie
gemeentepolitie
particuliere onderneming
________ ________
22/5/2012Verzending vraag
16/7/2012Antwoord
22/5/2012Verzending vraag
16/7/2012Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-2048 Requalification de : demande d'explications 5-2048
________ ________
Question n° 5-6283 du 22 mai 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-6283 d.d. 22 mei 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Les grandes firmes de sécurité dans notre pays voient dans la crise, et dans les vagues de restrictions qui en découlent, une opportunité d'élargir leurs activités. Elles espèrent pouvoir reprendre, comme au Royaume-Uni, un certain nombre de tâches policières, telles les missions de surveillance, les contrôles d'alcoolémie et de vitesse, le transport de détenus, voire les patrouilles de quartier. Ces firmes se sont inspirées du passage de l'accord de gouvernement indiquant que la police doit se concentrer sur ses missions de base. Le transport de détenus et la surveillance des bâtiments sont mentionnés comme exemples ne faisant pas partie de ces tâches.

La situation est préoccupante. Pour certaines tâches, la sous-traitance ne pose aucun problème, mais pour d'autres, elle est inacceptable. La ministre est certainement consciente du danger insidieux que représente l'application d'une logique économique à certaines missions de police. Privatiser un service public semble relativement facile, mais faire marche arrière, par exemple en cas de problème, et cela se produit souvent, l'est beaucoup moins. Se posent en outre une série de questions en matière de légitimité et de souveraineté. Cette discussion porte fondamentalement sur les missions de base des services publics et ne peut dès lors être avoir lieu dans des cercles fermés. C'est pourquoi je plaide avec insistance auprès de la ministre pour associer le parlement aux éventuels projets en la matière.

L'accord de gouvernement prévoit que le gouvernement fédéral redéfinira les missions de base de la police. Où en est-on à cet égard ? Quelles sont, selon la ministre, les missions relevant des missions de base de la police ? La police estime-t-elle que des tâches comme les contrôles de vitesse et d'alcoolémie ou les patrouilles de quartier peuvent être sous-traitées ? Où se situe la limite ? Quelles tâches ne peuvent-elles absolument pas être sous-traitées ?

La ministre a-t-elle déjà mené des discussions avec les firmes de surveillance ou leur association professionnelle en la matière ? Associera-t-elle le parlement à temps, et de manière suffisamment intense, à cette discussion ?

 

De grote bewakingsfirma's in ons land zien in de crisis en de daarmee gepaard gaande besparingsrondes bij de overheid een opportuniteit om hun activiteiten uit te breiden. Ze hopen, in navolging van het Verenigd Koninkrijk, een aantal politietaken te kunnen overnemen, zoals bewakingsopdrachten, alcohol- en snelheidscontroles, gevangenentransport tot zelfs wijkpatrouilles. De firma's in kwestie laten zich inspireren door de passage uit het regeerakkoord die stelt dat de politie zich moet concentreren op haar kerntaken. Het transport van gedetineerden en de bewaking van gebouwen worden vermeld als voorbeelden die niet tot die taken horen.

Deze situatie baart zorgen. Voor het uitbesteden van sommige taken kan er enigszins begrip worden opgebracht, maar voor andere taken is uitbesteding onaanvaardbaar. De minister is zich ongetwijfeld bewust van het sluipende gevaar van het toepassen van een economische logica op sommige van de politionele opdrachten. Het privatiseren van een overheidsdienst klinkt relatief gemakkelijk, maar de privatisering terugdraaien, bijvoorbeeld als het misloopt – en dat gebeurt vaak – blijkt veel minder gemakkelijk. Daarnaast rijzen er allerlei vragen over legitimiteit en soevereiniteit. Deze discussie gaat fundamenteel over de kerntaken van de overheid en mag zich dus niet beperken tot besloten kamers. Ik dring er bijgevolg bij de minister sterk op aan om, indien er plannen zijn dienaangaande, het parlement daarbij nauw te betrekken.

In het regeerakkoord staat dat de federale regering de kerntaken van de politie zal herdefiniëren. Wat is de stand van zaken op dat punt? Wat behoort volgens de minister tot de kerntaken van de politie? Is de minister van mening dat taken zoals snelheid- en alcoholcontroles of wijkpatrouilles kunnen worden uitbesteed? Waar ligt de grens? Welke taken kunnen absoluut niet worden uitbesteed?

Voerde de minister hierover reeds gesprekken met de bewakingsfirma's of met hun beroepsvereniging aangaande deze kwestie? Zal de minister het Parlement tijdig en voldoende intensief in deze discussie betrekken?

 
Réponse reçue le 16 juillet 2012 : Antwoord ontvangen op 16 juli 2012 :

La déclaration de Gouvernement prévoit en effet que le Gouvernement va étudier la manière dont la police peut être libérée de certaines tâches, de telle sorte qu’elle puisse se concentrer sur ses tâches principales. J’ai donné pour mission à mon administration de mettre sur pied un groupe de travail chargé de préparer cette réflexion pour que les résultats puissent encore être mis en œuvre au cours de cette législature. Il est clair que la surveillance du comportement des citoyens sur la voie publique doit rester une fonction publique et que les tâches nécessitant des compétences de police devront elles aussi être exercées par les services de police. Quoi qu’il en soit, tout glissement de tâche devra constituer un réel allègement pour les services de police et les nouvelles attributions de tâches devront clairement profiter à la qualité et à l’efficacité du service offert à la population. La qualité porte à la fois sur la protection des droits du citoyen, la garantie de l’égalité de traitement et la prévention des effets secondaires indésirables susceptibles de se manifester en raison d’intérêts financiers.

Ce n’est donc pas sur la base d’une offre du secteur privé qu’une politique sera développée en la matière, mais bien en suivant une méthode de travail s’appuyant sur l’intérêt public et les besoins du secteur public. La conséquence peut également en être que non seulement des entreprises de gardiennage, mais aussi d’autres services publics, comme les gardiens de la paix ou le personnel CALOG, se voient attribuer de nouvelles tâches. Il est par conséquent prématuré de mener dès à présent des discussions avec les firmes de gardiennage ou leur association professionnelle. J’informerai le parlement au sujet des décisions que le gouvernement envisage dans ce dossier. D’ailleurs, la loi devra être modifiée si l’on envisage de confier de nouvelles activités aux entreprises de gardiennage. A cet égard, c’est le législateur qui prendra la décision en dernier ressort.

De regeringsverklaring voorziet inderdaad dat de regering zal onderzoeken hoe de politie kan bevrijd worden van bepaalde taken, zodat ze zich beter kan concentreren op haar kerntaken. Ik heb mijn administratie de opdracht gegeven een werkgroep samen te stellen om deze denkoefening voor te bereiden, zodat de resultaten nog gedurende deze legislatuur kunnen worden gerealiseerd. Het is duidelijk dat het toezicht op het gedrag van burgers op de openbare weg een overheidsfunctie moet blijven en dat ook taken waarbij politiebevoegdheden moeten worden aangewend ook door politiediensten zullen moeten worden uitgeoefend. Er zal in ieder geval moeten blijken dat elke taakverschuiving een werkelijke ontlasting voor de politiediensten betekent en dat nieuwe taakbedelingen de kwaliteit en de efficiëntie van de dienstverlening aan de bevolking ten goede komt. De kwaliteit heeft zowel betrekking op de bescherming van de rechten van de burger, op de waarborg voor gelijke behandeling en op het voorkomen van ongewenste neveneffecten die zouden kunnen ontstaan, ingevolge financiële belangen.

Het is dus niet op basis van een aanbod van de private sector, dat in deze aangelegenheid een beleid zal worden uitgewerkt, maar de te volgen werkwijze zal vertrekken vanuit het publiek belang en de overheidsbehoeften. Het resultaat kan ook zijn dat niet enkel bewakingsondernemingen, maar ook andere publieke diensten, zoals gemeenschapswachten of CALOG-personeel, nieuwe taken krijgen toegewezen. Om deze reden is het vooralsnog voorbarig dat hierover nu reeds gesprekken zouden worden gevoerd met bewakingsfirma’s of hun beroepsvereniging. Ik zal het parlement inlichten over de beslissingen die de regering in dit dossier overweegt. Overigens dient de wet te worden gewijzigd indien zou overwogen worden bewakingsondernemingen te gelasten met nieuwe activiteiten, waardoor het de wetgever is die in laatste instantie de beslissing zal nemen.”