SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
26 avril 2012 26 april 2012
________________
Question écrite n° 5-6142 Schriftelijke vraag nr. 5-6142

de Christie Morreale (PS)

van Christie Morreale (PS)

au vice-premier ministre et ministre de l'Économie, des Consommateurs et de la Mer du Nord

aan de vice-eersteminister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee
________________
Mer du Nord - Importante fuite de gaz sur une plateforme gazifière - Impact écologique Noordzee - Groot gaslek in een booreiland - Milieueffect 
________________
mer du Nord
gisement de gaz
impact sur l'environnement
pollution par les hydrocarbures
désastre d'origine humaine
pollution de l'eau
pollution marine
installation en mer
Noordzee
gasbel
invloed op het milieu
verontreiniging door koolwaterstoffen
ramp door menselijk toedoen
waterverontreiniging
vervuiling van de zee
offshore-installatie
________ ________
26/4/2012Verzending vraag
16/5/2012Antwoord
26/4/2012Verzending vraag
16/5/2012Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6143 Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6143
________ ________
Question n° 5-6142 du 26 avril 2012 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-6142 d.d. 26 april 2012 : (Vraag gesteld in het Frans)

Le 25 mars 2012, la société Total a annoncé qu'une importe fuite de gaz avait été détectée sur le gisement d'Elgin, en mer du Nord britannique, à environ 240 km à l'est d'Aberdeen, lors d'une intervention sur un puits.

Selon les informations fournies par Total, le complexe Elgin / Franklin comprend deux plates-formes puits, l'une sur le gisement d'Elgin, l'autre sur le gisement de Franklin, ainsi qu'une plate-forme de production et d'habitation (PUQ), située sur Elgin, qui purifie le gaz. Celle-ci est reliée à la plate-forme puits d'Elgin par une passerelle de nonante mètres de long. Ces deux gisements de gaz à condensats haute pression et haute température permettent d'extraire des couches géologiques d'un gaz principalement constitué de méthane et d'impuretés : sulfure d'hydrogène et dioxyde de carbone.

Le 25 mars 2012, une intervention sur un puits de forage a entrainé une fuite importante, qui place la plateforme, douze jours plus tard, toujours hors de contrôle. L'ensemble du personnel sur place a été évacué, soit deux cent trente-huit personnes et le processus de reprise de contrôle du puits est en cours.

L'exploitation offshore ne cesse de se développer mais est encore peu réglementée au plan international, européen ou belge. Suite à l'explosion de la plateforme Deep Water Horizon de BP en 2010, l'Europe a mis en place un cadre de travail en vue de sécuriser les activités pétrolières et gazières offshore (en octobre 2011). Ce projet de réglementation ne sera cependant pas appliqué avant quelques année. Les risques humains, environnementaux et financiers liés aux exploitations d'hydrocarbure offshore et aux forages en eaux profondes sont considérables.

Outre le risque d'explosion de la plate-forme gazifière, la pollution induite pourrait être sérieuse, notamment de par la présence importante de sulfure d'hydrogène, gaz hautement toxique.

Avez-vous connaissance de l'impact écologique que cette catastrophe génère dans les eaux de la mer du Nord ?

 

Op 25 maart 2012 kondigde de firma Total aan dat er bij het productieplatform Elgin in de Britse Noordzee, ongeveer 240 km ten oosten van de Schotse stad Aberdeen, een groot gaslek is gedetecteerd tijdens pogingen om een dieper gelegen gasbron te dichten.

Volgens de informatie die Total heeft vrijgegeven, bevat het booreiland Elgin/Franklin twee boorplatformen, het ene op de gasbron van Elgin, het andere op de gasbron van Franklin, alsook een productie- en woonplatform (Elgin PUQ), waar het gas wordt gezuiverd. Dat platform is met een negentig meter lange passerelle verbonden met het boorplatform van Elgin. Die twee bronnen van gas met condensaat onder hoge druk bieden de mogelijkheid geologische lagen te extraheren uit het gas dat hoofdzakelijk samengesteld is uit methaan en onzuivere stoffen : waterstofsulfide en koolstofdioxide.

Op 25 maart 2012 heeft een operatie in een boorput een groot lek geslagen, dat het platform twaalf dagen later nog altijd oncontroleerbaar maakt. Het voltallige personeel ter plaatse - tweehonderdachtendertig mensen - is geëvacueerd, en de procedure voor het opnieuw onder controle krijgen van de put is aan de gang.

De offshore-exploitatie ontwikkelt zich constant, maar is op het internationale, Europese of Belgische niveau amper geregeld. Naar aanleiding van de explosie van het Deep Water Horizon-platform van BP in 2010, heeft Europa in oktober 2011 een regelgeving ingevoerd om de offshore-olie- en gasboringen te beveiligen. Die regelgeving zal echter pas over enkele jaren worden toegepast. De risico's op menselijk, ecologisch en financieel vlak die gepaard gaan met de offshore exploitaties van koolwaterstof en de boringen in diepe wateren zijn echter aanzienlijk.

Naast het explosiegevaar op het gasplatform zou er ook zware milieuverontreiniging kunnen ontstaan, met name door de aanzienlijke aanwezigheid van waterstofsulfide, een bijzonder giftig gas.

Weet u wat de ecologische impact is van deze ramp voor de Noordzee?

 
Réponse reçue le 16 mai 2012 : Antwoord ontvangen op 16 mei 2012 :

L'impact écologique d'une catastrophe en mer dépend principalement du type de substances rejetées et de leur quantité, mais aussi du moment et du lieu de la catastrophe ainsi que des conditions environnementales.

A l'heure actuelle, nous ne disposons pas d'information précise sur les substances relâchées suite à l'accident sur la plateforme Elgin. Il semblerait néanmoins que des quantités importantes de méthane, de dioxyde de carbone et de sulfure d'hydrogène aient été (et sont toujours) relâchées, causant principalement des risques d'explosion et d'intoxication des personnes à proximité. Le sulfure d'hydrogène mentionné dans la question, est une substance hautement toxique naturellement présente lors d'éruption volcanique. Mélangée à l'eau, cette substance augmente le taux d'acidité de celle-ci. Néanmoins, nous avons de bonnes raisons de penser que les gaz échappés se sont en grande partie dispersés dans l'atmosphère, limitant ainsi l'impact écologique sur l'environnement marin.

Notons encore que le méthane et le dioxyde de carbone sont de puissants gaz à effet de serre qui contribuent au réchauffement climatique, bien que la quantité émise suite à cette fuite soit négligeable à l'échelle mondiale.

De ecologische impact van een milieuramp in zee hangt voornamelijk af van de soort en de hoeveelheid stoffen die geloosd worden, maar ook van het ogenblik en de plaats van de ramp en van de omgevingsomstandigheden.

Op dit moment beschikken wij niet over nauwkeurige informatie over de stoffen die vrijkomen naar aanleiding van het ongeval op het Elgin-platform. Niettemin zouden er blijkbaar grote hoeveelheden methaan, koolstofdioxide en waterstofsulfide vrijgekomen zijn (en nog steeds vrijkomen), waardoor er vooral sprake is van explosie- en intoxicatiegevaar voor mensen in de nabije omgeving. Het waterstofsulfide waarover u het hebt, is een zeer toxische stof die van nature aanwezig is bij vulkaanuitbarstingen. Als het zich vermengt met water, stijgt de zuurtegraad van het water. Niettemin hebben wij gegronde redenen om aan te nemen dat de gassen die ontsnappen zich grotendeels in de atmosfeer verspreiden, waardoor de ecologische impact op het mariene milieu beperkt is.

Verder is het zo dat methaan en koolstofdioxide krachtige broeikasgassen zijn die de klimaatopwarming in de hand werken, hoewel de hoeveelheid die naar aanleiding van dit lek wordt uitgestoten verwaarloosbaar is op wereldschaal.