SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
30 mars 2012 30 maart 2012
________________
Question écrite n° 5-6020 Schriftelijke vraag nr. 5-6020

de Elke Sleurs (N-VA)

van Elke Sleurs (N-VA)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________________
Le transfert des Collèges des médecins et du Conseil national des établissements hospitaliers à la suite de l'accord communautaire (Accord papillon) De overheveling van de Colleges van geneesheren en de Nationale Raad voor ziekenhuisvoorzieningen tengevolge van het communautair akkoord (Vlinderakkoord) 
________________
médecin
régionalisation
transfert de compétence
politique de la santé
établissement hospitalier
dokter
gewestvorming
bevoegdheidsoverdracht
gezondheidsbeleid
ziekenhuis
________ ________
30/3/2012Verzending vraag
6/6/2012Antwoord
30/3/2012Verzending vraag
6/6/2012Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-2123 Requalification de : demande d'explications 5-2123
________ ________
Question n° 5-6020 du 30 mars 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-6020 d.d. 30 maart 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Selon la Note de politique générale « Réforme de l'État », la politique hospitalière sera partiellement homogénéisée. Les Communautés, qui ne sont actuellement compétentes que pour l'agrément des programmes de soins, définiront à l'avenir les normes auxquelles ceux-ci doivent répondre.

La programmation reste de compétence fédérale. Si une Communauté conclut un accord bilatéral asymétrique, elle pourra cogérer la programmation.

Actuellement, la fixation du niveau de qualité et l'évaluation externe de toutes les composantes du programme de soins relève des Collèges de médecins respectifs.

Par ailleurs, la section Programmation et Agrément du Conseil national des établissements hospitaliers est chargée notamment d'établir les normes auxquelles les hôpitaux et leurs services doivent répondre.

Le transfert aux Communautés des Collèges de médecins et de pans importants du Conseil national des établissements hospitaliers est une conséquence logique de l'accord Papillon.

Je souhaiterais une réponse de la ministre aux questions suivantes :

1. Pouvez-vous me fournir des précisions quant aux accords bilatéraux asymétriques ? Dans quels cas l'autorité fédérale refusera-t-elle d'en conclure ?

2. Quand transférerez-vous les Collèges de médecins aux Communautés ? Avez-vous déjà prévu des réunions avec la « Vlaamse Agentschap Zorg en Gezondheid » ?

3. Quelles sections du Conseil national des établissements hospitaliers relèveront-elles prochainement de la compétence des Communautés ? Comment assurerez-vous ce transfert rapide ? S'est-on déjà concerté avec la « Vlaamse Agentschap Zorg en Gezondheid » ?

4. Quel sera l'impact du transfert aux Communautés des compétences normatives sur l'agrément des dispensateurs de soins ? Par la passé, il est en effet apparu que la reconnaissance des divers titres et qualifications professionnels était souvent étroitement liée à la création de programmes de soins et de services hospitaliers spécifiques.

 

Volgens de algemene beleidsnota 'staatshervorming' wordt het ziekenhuisbeleid voor een deel gehomogeniseerd. Terwijl de gemeenschappen thans enkel bevoegd zijn voor de erkenning van de zorgprogramma's, zullen ze in de toekomst bevoegd worden voor het definiëren van de normen waar die moeten aan voldoen.

De programmatie blijft een federale bevoegdheid. Indien één van de deelstaten een asymmetrische bilaterale overeenkomst afsluit, kan een deelstaat medezeggenschap over de programmatie bekomen.

Op heden is het vastleggen van het kwaliteitsniveau en de externe evaluatie van alle domeinen binnen het zorgprogramma een taak van de respectievelijke Colleges van Geneesheren.

Daarnaast staat de afdeling programmering en erkenning van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen in voor onder andere het vaststellen van de erkenningsnormen waar ziekenhuizen en hun diensten moeten aan voldoen.

Het logische gevolg van het Vlinderakkoord is dan ook de overheveling naar de gemeenschappen van de Colleges van Geneesheren en een groot deel van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen.

Geachte Minister, graag had ik een antwoord op de volgende vragen:

1. Kan u mij meer uitleg geven over de asymmetrische bilaterale overeenkomsten? In welke gevallen zal de federale overheid het afsluiten van zulk een overeenkomst weigeren?

2. Wanneer zal u de Colleges van Geneesheren naar de Gemeenschappen overhevelen? Hebt u daarover reeds vergaderingen gepland met het Vlaamse Agentschap Zorg en Gezondheid?

3. Welke delen van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen zullen binnen afzienbare tijd onder de bevoegdheid van de Gemeenschappen vallen? Hoe zal u de overheveling op korte tijd garanderen? Werd daarover reeds vergaderd met het Vlaamse Agentschap Zorg en Gezondheid?

4. Hoe zal de overheveling van deze normerende bevoegdheden naar de gemeenschappen de erkenning van zorgverstrekkers beïnvloeden? In het verleden bleek immers dat de erkenning van diverse beroepstitels en -bekwaamheden nauw samenhing met de oprichting van zorgprogramma's en specifieke ziekenhuisdiensten.

 
Réponse reçue le 6 juin 2012 : Antwoord ontvangen op 6 juni 2012 :

En ce moment, les secrétaires d’État à la réforme institutionnelle se penchent avec le premier ministre sur la concrétisation de l’accord gouvernemental. Dans ce cadre, ils apporteront très certainement une attention particulière à la problématique que vous soulevez. Mais il est néanmoins prématuré de se prononcer sur les cas où l’État fédéral réagira ou non à la demande de conclure un accord bilatéral. 

Les collèges de médecins ne sont pas des collèges consultatifs qui donnent des avis sur les normes d’agrément des hôpitaux ou des services hospitaliers. Ce sont des structures de contrôle externe de la qualité de l’activité médicale et qui appartiennent donc au domaine de compétence de l’exercice de la médecine et de la législation organique. 

Comme les normes d’agrément seront transférées aux Communautés, la compétence liée à l’octroi d’avis sera aussi transférée. Au niveau fédéral, le Conseil national des établissements hospitaliers sera également transformé, à la suite du transfert des compétences. Les actuelles sections, « financement » d’une part et « programmation et agrément » d’autre part, devraient voir leur champ de compétence adapté. De même, certains groupes de travail permanents, actifs au sein de cette structure, connaîtront des évolutions.  

En réponse à votre dernière question, je pense qu’il est encore trop tôt pour se prononcer sur l’influence que ce transfert de la compétence normative concernant des services hospitaliers ou des fonctions hospitalières, etc. aura sur l’agrément des prestataires de soins.

Op dit ogenblik buigen de Staatssecretarissen voor Staatshervorming en de eerste minister zich over de concretisering van het regeerakkoord. Zij zullen in het kader daarvan zeer zeker aandacht moeten hebben voor de door u geschetste problematiek. Het is echter op dit ogenblik nog te vroeg om een uitspraak te kunnen doen over de gevallen waarin de federale overheid al dan niet zal ingaan op de vraag tot het afsluiten van een bilateraal akkoord. 

De colleges van geneesheren zijn geen adviescolleges die adviezen geven inzake erkenningsnormen van ziekenhuizen of ziekenhuisdiensten. Het zijn structuren voor externe toetsing van de kwaliteit van de medische activiteit en in die zin behoren ze veeleer tot het bevoegdheidsdomein van de uitoefening van de geneeskunde en de organieke wetgeving. 

Vermits de erkenningsnormen naar de Gemeenschappen worden overgeheveld, zal ook de bevoegdheid om ter zake adviezen uit te brengen worden overgeheveld. Als gevolg van de overdracht van de bevoegdheden, zal op federaal vlak de Nationale raad voor ziekenhuisvoorzieningen eveneens worden hervormd. De bevoegdheidsdomeinen van de huidige afdelingen, enerzijds “Programmatie” en anderzijds «Financiering», zouden moeten worden aangepast. Bepaalde vaste werkgroepen in die structuur zullen eveneens veranderingen ondergaan.  

In antwoord op uw laatste vraag moet ik u zeggen dat het momenteel nog te vroeg is om uitspraken te doen over de invloed die de overheveling van de normerende bevoegdheid inzake ziekenhuisdiensten of -functies enz. op de erkenning van de zorgverstrekkers zal hebben.