SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-4885 Schriftelijke vraag nr. 5-4885

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la ministre de l'Emploi

aan de minister van Werk
________________
Construction - Fraude sociale - Inspections - Perte sécurité sociale Bouw - Sociale fraude - Inspecties - Verlies sociale zekerheid 
________________
industrie du bâtiment
travail au noir
cotisation sociale
inspection du travail
bouwnijverheid
zwartwerk
sociale bijdrage
arbeidsinspectie
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
28/12/2011Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
________ ________
Réintroduction de : question écrite 5-2842 Réintroduction de : question écrite 5-2842
________ ________
Question n° 5-4885 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-4885 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le rapport annuel de l'Office national de la sécurité sociale mentionne que près de 40 % des chantiers de construction sont concernés par des fraudes aux cotisations sociales. Bien qu'il ne constitue pas une surprise, ce pourcentage reste inquiétant et totalement inadmissible.

Voici mes questions.

1) Que représentent 40% des chantiers de construction en chiffres absolus ? En d'autres termes, combien de chantiers de construction belges sont-ils concernés par les fraudes aux cotisations sociales ?

2) Quelle est l'ampleur estimée de la perte subie par la sécurité sociale à cause de cette fraude systématique et largement répandue ?

3) Combien d'inspecteurs équivalents temps plein (ETP) sont-ils chargés des contrôles des cotisations sociales sur les chantiers de construction? Combien de contrôles un contrôleur effectue-il en moyenne par an ?

4) La ministre dispose-t-elle d'une analyse coûts-bénéfices permettant de connaître les coûts ou les bénéfices qui résulteraient pour la sécurité sociale de l'affectation de plus d'inspecteurs ?

5) Comment réagissent les défenseurs des intérêts et les représentants du secteur de la construction à cette information? Dans quelle mesure sont-ils un allié dans la lutte contre cette fraude sociale ?

 

Het jaarverslag van de Rijksdienst voor sociale zekerheid vermeldt dat op bijna 40 % van de bouwwerven wordt gefraudeerd met de sociale bijdragen. Hoewel niet verrassend, blijft dit percentage indrukwekkend en totaal onaanvaardbaar.

Hierover de volgende vragen:

1) Wat betekent 40 % van de bouwwerven in absolute cijfers, of op hoeveel Belgische bouwwerven wordt er gefraudeerd met de sociale bijdragen?

2) Hoe groot wordt het verlies geraamd dat de sociale zekerheid oploopt door deze systematische en ruim verspreide fraude?

3) Hoeveel inspecteurs in voltijds equivalenten (VTE) zijn er belast met de controles van de sociale bijdragen op bouwwerven? Hoeveel controles verricht een controleur gemiddeld per jaar?

4) Beschikt de geachte minister over een kosten-baten analyse wat de inzet van meer inspecteurs respectievelijk zou kosten of opbrengen aan de sociale zekerheid?

5) Hoe reageren de belangenverdedigers en vertegenwoordigers van de bouwsector op deze berichtgeving? In welke mate zijn zij een bondgenoot in de bestrijding van deze sociale fraude?