SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
3 décembre 2010 3 december 2010
________________
Question écrite n° 5-487 Schriftelijke vraag nr. 5-487

de Claudia Niessen (Ecolo)

van Claudia Niessen (Ecolo)

au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et des Réformes institutionnelles

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen
________________
Régions transfrontalières - Initiative des autorités néerlandaises - Conciliateur pour les régions transfrontalières - Prise de contact avec le gouvernement belge - Réactions Grensregio's - Initiatieven van de Nederlandse overheid - Grensmakelaar voor de grensregio's - Contact met de Belgische regering - Reacties 
________________
coopération transfrontalière
région frontalière
Pays-Bas
grensoverschrijdende samenwerking
grensgebied
Nederland
________ ________
3/12/2010Verzending vraag
24/2/2011Antwoord
3/12/2010Verzending vraag
24/2/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-487 du 3 décembre 2010 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-487 d.d. 3 december 2010 : (Vraag gesteld in het Frans)

Trente pour cent de la population européenne habite dans des régions frontalières. Il est évident que ces régions jouent par conséquent un rôle primordial dans le processus d'intégration et d'identification européenne. Cependant, les travailleurs, les entreprises et les administrations frontaliers y sont souvent confrontés à des contradictions légales et juridiques dont les inconvénients sont néfastes à une identification des résidents avec l'idée européenne. En outre, le potentiel de développement des États nationaux n'est pas exploité d'une façon optimale par manque de concertation des politiques transfrontalières en ce qui concerne les stratégies d'un développement régional.

Sur le territoire belge existent des nombreux exemples de coopérations transfrontalières ; citons les plus connues : « l'Eurométropole Lille-Kortrijk-Tournai » et « l'Eurégio Meuse-Rhin ». À l'heure actuelle, les Pays-Bas s'avèrent particulièrement sensible aux avantages du développement transfrontalier.

En 2008, à la demande du gouvernement néerlandais, le Raad voor het openbaar bestuur (Conseil de l'administration publique) a établi une expertise sur l'importance de la coopération transfrontalière. Cette expertise a été conçue avec de nombreux acteurs du secteur de la coopération transfrontalière et recommande en conclusion la prise de nombreuses mesures supplémentaires.

En conséquence, le gouvernement néerlandais a désigné un Grenzmakler (« conciliateur pour les régions transfrontalières »). Sa mission est la recherche de solutions pour les problèmes au niveau transfrontalier, ceci en coopération avec les États impliqués.

En référence à cette thématique du conciliateur pour les régions transfrontalières, je voudrais poser la question suivante :

Une prise de contact de la part du conciliateur pour les régions transfrontalières avec le gouvernement belge a-t-elle eu lieu ? Le cas échéant, quelle fut la réaction du gouvernement belge ?

 

Dertig procent van de Europese bevolking woont in grensregio's. Deze gebieden spelen een belangrijke rol in het Europese integratie- en identificatieproces. De werknemers, bedrijven en administraties in de grensregio's worden vaak geconfronteerd met wettelijke en juridische tegenstrijdigheden die rampzalig zijn voor de identificatie van de inwoners met de Europese gedachte. Het onwikkelingspotentieel van de nationale staten wordt niet optimaal benut door gebrek aan een grensoverschrijdend overleg inzake een regionale ontwikkelingsstrategie.

Op Belgisch grondgebied zijn er vele voorbeelden van grensoverschrijdende samenwerking, onder meer de “Eurometropool Rijsel-Doornik-Kortrijk” en de “Euregio Maas-Rijn”. Momenteel lijkt Nederland de voordelen van een grensoverschrijdende ontwikkeling bijzonder goed te beseffen.

In 2008 werd op vraag van de Nederlandse regering, de Raad voor het Openbaar Bestuur een deskundigenrapport opgesteld over het belang van een grensoverschrijdende samenwerking. Dat rapport kwam tot stand met verschillende actoren van de grensoverschrijdende samenwerking. In de conclusies worden een aantal bijkomende maatregelen aanbevolen.

De Nederlandse regering heeft een Grenzmakler aangesteld (“grensmakelaar voor de grensregio's”). Hij moet zoeken naar oplossingen voor de grensoverschrijdende problemen, en dat in samenwerking met de betrokken staten.

Met betrekking tot de grensmakelaar wens ik de volgende vraag te stellen:

Heeft de grensmakelaar voor de grensregio's contact opgenomen met de Belgische regering? Zo ja, wat was de reactie van de Belgische regering?

 
Réponse reçue le 24 février 2011 : Antwoord ontvangen op 24 februari 2011 :

Les Pays-Bas ont en effet pris contact avec les différents partenaires belges concernés pour les inviter à contribuer à l’initiative de l’ex-ministre des Affaires intérieures Ter Horst et l’ex-secrétaire d’État aux Affaires européennes Timmermans relative au renforcement de la coopération transfrontalière. L’initiative concerne une coopération trilatérale qui implique outre les Pays-Bas et la Belgique, également l’Allemagne.

La concertation transfrontalière est complexe en raison de la différence dans la structure étatique entre les trois États voisins. Afin de pouvoir donner une réponse coordonnée au relevé des dossiers de coopération transfrontalière en suspens « knelpunten GROS » établi récemment par les Pays-Bas, le service Be.Ne.Lux du Service public fédéral (SPF) Affaires étrangères a reçu le mandat de faire un inventaire des problèmes transfrontaliers belges. À cette fin, une contribution a été demandée aux différentes régions et communautés, ainsi qu’aux entités fédérales concernées. Une coordination interdépartementale sera organisée dès que cet aperçu aura pu être constitué.

Er werd inderdaad door Nederland contact opgenomen met de verschillende betrokken Belgische partners voor medewerking met het initiatief van toenmalig Nederlands minister van Binnenlandse Zaken Ter Horst en toenmalig staatssecretaris van Europese Zaken Timmermans inzake de versterking van de grensoverschrijdende samenwerking. Het initiatief betreft een trilaterale samenwerking waarbij naast Nederland en België ook Duitsland wordt betrokken.

Grensoverschrijdend overleg is complex omwille van het verschil in staatsstructuur tussen de drie buurlanden. Om een gecoördineerd antwoord te kunnen bieden op de “knelpuntenlijst grensoverschrijdende samenwerking” die Nederland reeds opstelde, heeft de dienst Be.Ne.Lux van de Federale Overheidsdienst (FOD) Buitenlandse Zaken de opdracht gekregen een inventaris op te maken van de Belgische grensoverschrijdende problemen. Hiervoor werd input gevraagd aan de verschillende gemeenschappen en gewesten en de andere betrokken federale overheidsdiensten. Zodra dit overzicht klaar is zal een interdepartementale coördinatie worden georganiseerd