SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-4771 Schriftelijke vraag nr. 5-4771

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au secrétaire d'État à la Fonction publique et à la Modernisation des Services publics, adjoint au ministre des Finances et du Développement durable, chargé de la Fonction publique

aan de staatssecretaris voor Ambtenarenzaken en Modernisering van de Openbare Diensten, toegevoegd aan de minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken
________________
Bâtiments publics - Installation de défibrillateurs automatiques externes Overheidsgebouwen - Verspreiding van automatische externe defibrillators 
________________
bâtiment public
matériel médical
premiers secours
maladie cardio-vasculaire
médecine d'urgence
openbaar gebouw
medisch en chirurgisch materiaal
eerste hulp
hart- en vaatziekte
geneeskundige noodhulp
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
20/1/2012Antwoord
28/12/2011Verzending vraag
20/1/2012Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 5-2121 Réintroduction de : question écrite 5-2121
________ ________
Question n° 5-4771 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-4771 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Chaque année en Belgique, 10 000 personnes sont victimes d'un arrêt cardiaque subit. Moins de 10 % en réchappent. Dans sept cas sur dix, quelqu'un se trouve dans les parages et pourrait intervenir. La recherche scientifique montre que les chances de survie d'une personne frappée d'arrêt cardiaque doublent lorsqu'on fait usage d'un défibrillateur automatique externe (DAE).

Je souhaiterais une réponse aux questions suivantes, portant sur la présence d'un tel appareil dans les bâtiments publics :

1. Combien de DAE se trouvent ils actuellement dans les locaux des services publics fédéraux ? Quelles actions la ministre a t elle déjà entreprises pour introduire un DAE dans les différents locaux de l'administration fédérale ?

2. Tous les bâtiments comptant un grand nombre de fonctionnaires disposent ils d'un DAE ? La ministre peut elle fournir un relevé des bâtiments relevant de la Régie des bâtiments qui sont équipés d'un DAE ? Dans quels autres immeubles la ministre prévoit elle l'installation d'un DAE ?

3. La ministre sait elle si ces appareils ont déjà servi à une réanimation ? Dans l'affirmative, peut elle fournir un relevé du nombre d'interventions avec un DAE ?

4. La ministre dispose t elle d'un plan d'action dans ce domaine, qui comprendrait entre autres une augmentation du nombre de DAE, une formation, une sensibilisation,… ? Si oui, peut elle le communiquer ? Si non, ne trouve t elle pas que cette approche préventive vaut la peine ?

 

In België worden elk jaar 10.000 mensen slachtoffer van een onaangekondigde hartstilstand. Minder dan 10% procent overleeft. Zeven op de tien keer is er wel altijd iemand in de buurt die zou kunnen ingrijpen. Uit wetenschappelijke onderzoek blijkt dat iemand die een hartstilstand krijgt buiten het ziekenhuis dubbel zo veel overlevingskansen heeft wanneer een automatische externe defibrillator (AED) gebruikt wordt gebruikt.

Over de aanwezigheid van dit apparaat in overheidsgebouwen kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen:

1. Hoeveel AED toestellen bevinden er zich momenteel in de gebouwen van de federale overheidsdiensten? Welke inspanningen heeft de minister al ondernomen om op de verschillende werkplekken van de federale administratie het AED-toestel te introduceren?

2. Beschikken alle gebouwen met een groot aantal ambtenaren over een AED-toestel? Kan de minister een overzicht geven van welke gebouwen, die ressorteren onder de regie der gebouwen, voorzien zijn van een AED-toestel? In welke andere gebouwen plant de minister de installatie van een AED toestel?

3. Weet de minister of deze toestellen al noodzakelijk waren bij een reanimatie? Zo ja, kan hij, vanaf 2006, een overzicht geven van het aantal tussenkomsten met een AED?

4. Beschikt de minister hieromtrent een actieplan, met daarbij uitbreiding van het aantal AED-toestellen, vorming, sensibilisering enz.? Zo ja, kan de minister dit plan bezorgen? Zo niet, vindt de minister deze preventieve aanpak onvoldoende waardevol?

 
Réponse reçue le 20 janvier 2012 : Antwoord ontvangen op 20 januari 2012 :

Je fais savoir à l’honorable membre que l’objet de la question relève de la compétence du ministre de la Santé publique, à qui elle doit dès lors être posée.

Ik deel het geachte lid mee dat het onderwerp van deze vraag onder de bevoegdheid van de minister van Volksgezondheid ressorteert, aan wie zij dus dient te worden gesteld.