SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
16 novembre 2011 16 november 2011
________________
Question écrite n° 5-3673 Schriftelijke vraag nr. 5-3673

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Le rôle du procureur de Hasselt dans les problèmes de la zone de police Hazodi De rol van de Hasseltse Procureur bij de problemen in de politiezone Hazodi 
________________
police locale
ministère public
fraude
déontologie professionnelle
liberté d'expression
corruption
gemeentepolitie
openbaar ministerie
fraude
beroepsdeontologie
vrijheid van meningsuiting
corruptie
________ ________
16/11/2011Verzending vraag
24/11/2011Antwoord
16/11/2011Verzending vraag
24/11/2011Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-1315 Requalification de : demande d'explications 5-1315
________ ________
Question n° 5-3673 du 16 novembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-3673 d.d. 16 november 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ces derniers temps, les images de la zone de police Hasselt-Zonhoven-Diepenbeek et du procureur de Hasselt se sont détériorées. Indépendamment du poids et du fondement des différentes positions dans cette affaire peu édifiante, il subsiste une atmosphère lourde d'abus, de mauvaise communication, de mauvaise gestion et de mécontentement, menaçant en profondeur deux piliers de notre État de droit, la police et la justice.

À cet égard, je voudrais confronter le ministre à la façon dont le procureur de Hasselt s'est positionné dans ce dossier. Auparavant, il s'était montré un communicateur avisé, mais ses déclarations récentes minent complètement cette réputation. Ses interventions médiatiques ont donné la nette impression d'un préjugé défavorable à l'encontre de ceux qui dénonçaient des irrégularités, son langage trahissait une frustration mal contenue et relevait davantage du jargon des régimes totalitaires que d'un État de droit démocratique. Le mot « bâillonner » pouvait difficilement être interprété autrement que comme une menace. Les médias évoquent aussi des plaintes indûment classées, entre autres en matière de fraude à l'assurance.

Comment le ministre évalue-t-il les déclarations et le positionnement du procureur de Hasselt quant aux problèmes qu'a connus la zone de police Hazodi ? Le ministre peut-il tolérer cette attitude et cette communication ? À la suite de ces déclarations, cette partialité à peine dissimulée et ces classements difficiles à expliquer, de dossiers de fraude notamment, le ministre envisage-t-il de convoquer le procureur, de le confronter aux faits et - le cas échéant – de le punir ? Le ministre reconnaît-il que la conduite du procureur constitue une menace pour la foi et la confiance en un État de droit impartial ? Le ministre convient-il qu'il doit réagir vigoureusement à ces menaces certes subtiles mais claires, afin de montrer à la population que de telles pratiques sont inacceptables dans un État de droit ?

 

De voorbije periode kwamen zowel de politiezone Hasselt-Zonhoven-Diepenbeek als de Hasseltse procureur op een alsmaar meer negatieve wijze in de publieke opinie. Ongeacht de kracht en het waarheidsgehalte van de verschillende en uiteenlopende standpunten in deze weinig verkwikkelijke zaak, blijft er een koppige sfeer van misbruiken, miscommunicatie, mismanagement en misnoegen hangen. Deze bedreigt op indringende wijze een aantal basisschakels van onze rechtsstaat, namelijk de politie en de justitie.

Ik wil de minister hieromtrent bijzonder confronteren met de wijze waarop de Hasseltse procureur zich positioneerde in dit dossier. In het verleden toonde deze procureur zich een bedachtzaam communicator, maar zijn recente uitspraken ondergraven deze reputatie volledig. Zijn tussenkomsten in de media gaven een sterke indruk van een uiterst bevooroordeelde positie in het nadeel van de klokkenluiders, zijn taalgebruik illustreerde een amper bedwongen frustratie en klonk eerder in het jargon van totalitaire regimes dan van een hoofdrolspeler in een democratische rechtsstaat. Het is moeilijk om de woorden "monddood maken" anders dan bedreigend te interpreteren. Tegelijkertijd gewagen de media van ten onrechte geseponeerde klachten, o.a. over verzekeringsfraude enz.

Hoe evalueert de minister de uitspraken en de positionering van de Hasseltse procureur n.a.v. de problemen die zich stelden in de politiezone Hazodi? Kan de minister deze opstelling en communicatie tolereren en aanvaarden? Overweegt de minister om de betrokken procureur n.a.v. deze uitspraken, de nauwelijks verholen partijdigheid en het klaarblijkelijk moeilijk te verklaren seponeren van o.a. fraudedossiers, te convoceren en hem met deze feiten te confronteren en - indien nodig - ook te bestraffen? Beaamt de minister dat de procureur door zijn optreden een pertinente bedreiging vormt voor het geloof en vertrouwen in een onpartijdige rechtsstaat? Gaat de minister akkoord dat hij bij zulke gevoelige maar toch duidelijke bedreiging, met kracht en doortastendheid moet reageren en de bevolking duidelijk moet maken dat een rechtsstaat dergelijke praktijken niet neemt?

 
Réponse reçue le 24 novembre 2011 : Antwoord ontvangen op 24 november 2011 :

Je renvoie Monsieur le sénateur vers la réponse qui a été donnée à la demande d’explication portant le numéro 5-1341 du Sénatrice Lijnen en Commission de la Justice datant du 9 novembre2011. Cette réponse peut être lue dans le Compte rendu 5-101COM.

Ik verwijs de geachte senator graag naar het antwoord dat werd gegeven op de vraag om uitleg met nummer 5-1341 van senator Lijnen in de Commissie Justitie op 9 november 2011. Dit antwoord kan worden nagelezen in het Verslag 5-101COM.