SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
3 novembre 2011 3 november 2011
________________
Question écrite n° 5-3625 Schriftelijke vraag nr. 5-3625

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Identification des policiers - Numéro d'identification - Indignés - Cour européenne des droits de l'homme - Progress Lawyers Network (PLN) Identificeerbaarheid van politieagenten - Identificatienummer - Indignados - Europees Hof voor de rechten van de mens (EHRM) - Progress Lawyers Network (PLN) 
________________
police
vêtement
police locale
politie
kledingstuk
gemeentepolitie
________ ________
3/11/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
3/11/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________ ________
Réintroduite comme : question écrite 5-4856 Réintroduite comme : question écrite 5-4856
________ ________
Question n° 5-3625 du 3 novembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-3625 d.d. 3 november 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le collectif belge d'avocats « Progress Lawyers Network » (PLN) a lancé un appel à la ministre pour qu'elle fasse en sorte que tout agent en uniforme ou en civil soit clairement identifiable, au moins par un numéro d'identification. C'est l'incident dont a été victime la manifestante grecque Niki, membre des Indignés, qui est à l'origine de cet appel : un policier bruxellois en civil lui a donné des coups de pied au visage.

Pour étayer leur appel, les avocats font référence à un récent arrêt rendu par la Cour européenne des droits de l'homme dans l'affaire d'un Bulgare durement pris à partie dans son pays par des agents masqués. Dans son arrêt rendu le 11 octobre 2011 - qui vaut pour tous les États membres du Conseil de l'Europe -, la Cour européenne des droits de l'homme a estimé que les agents doivent être identifiables en toutes circonstances, par exemple grâce à un numéro d'identification sur leur uniforme.

Voici mes questions à ce sujet.

1) Quelles sont les règles qui régissent actuellement la possibilité d'identifier des agents de police en uniforme et en civil ? La ministre pense-t-elle que les règles actuelles assurent un bon équilibre entre la sécurité (et l'anonymat qu'elle requiert) des agents et la protection du citoyen contre un éventuel traitement arbitraire et illégitime par la police ?

2) La ministre envisage-t-elle de rendre les agents identifiables par un numéro ? Envisage-t-elle d'autres possibilités et lesquelles ?

3) Est-il vrai que, comme le prétend le PLN, la Belgique risque une condamnation si elle ne donne pas suite à l'arrêt rendu par la Cour européenne des droits de l'homme ?

 

Het Belgische advocatencollectief " Progress Lawyers Network " (PLN) deed een oproep aan de geachte minister om erover te waken dat elke agent in uniform en in burger zich steeds duidelijk identificeerbaar moet kunnen maken, minstens via een nummer. Aanleiding is het incident met de Griekse Indignados-demonstrante Niki die vorige week vol in het gezicht getrapt werd door een Brusselse agent in burger.

Ter ondersteuning van hun oproep verwijzen de advocaten naar een recent arrest van het Europees Hof voor de rechten van de mens (EHRM) rond een Bulgaarse burger die in zijn thuisland zwaar is aangepakt door gemaskerde agenten. In het arrest dat werd uitgesproken op 11 oktober 2011 - en dat geldt voor alle Lidstaten van de Raad van Europa - oordeelt het EHRM dat agenten te allen tijde identificeerbaar moeten zijn, bijvoorbeeld via een nummer op hun uniform.

Hierover de volgende vragen:

1) Welke regeling bestaat er momenteel rond de identificeerbaarheid van politieagenten voor agenten in uniform en voor agenten in burger? Acht de geachte minister de huidige regeling een goede afweging tussen enerzijds de veiligheid (en de daarmee gepaard gaande anonimiteit) van de agent en anderzijds de bescherming van de burger tegen een potentiële willekeurige en onrechtmatige behandeling door de politie?

2) Overweegt zij om de agenten via een nummer identificeerbaar te maken? Zijn er andere alternatieven die zij overweegt en welke zijn dit?

3) Klopt de bewering van het PLN dat België het risico loopt een veroordeling op te lopen als het zich niet in lijn stelt met het bovengenoemd arrest van het EHRM?